40gon
20 gon
3m
5 m
Fig. 9. De invloed van de opstelhoogte.
Het onderzoek naar het gewenste aantal opnamepunten is nog niet
afgerond. Voorlopig gaat het onderzoeksteam ervan uit, dat het in
terval van de opnamen ongeveer gelijk ligt aan de halve straat
breedte. Dit levert een geweldige hoeveelheid foto's op. Het geheel
kan daarom alleen rendabel zijn, als de uitwerking zoveel mogelijk
wordt geautomatiseerd.
Op dit moment wordt ten behoeve van het FRANK-project een
mechanisch uitwerkingsinstrument gemaakt met medewerking van
de vakgroep Fijnmechanische Techniek van de Technische Hoge
school Delft.
litwerkings instrument
kode
opslag
schappen
posities
mechanisch gedeelte
grafische
___J posities
kodering
opdrachten
opdrachten
instelling
Fig. 10. Schema uitwerkingssysteem.
Fig. 10 geeft een schema van het uitwerkingssysteem. Het is de be
doeling dat twee foto's tegelijk zichtbaar zijn om dezelfde te meten
topografische objecten te kunnen interpreteren. De waarnemingen
uit het mechanische deel gaan via een interface naar een micro
computer. Deze tussenstap is nodig om tot een goede opslag van
de waarnemingen te komen, deze te controleren en eventueel cor
recties van coderingen en metingen uit te voeren. Vrij lang is in het
onderzoeksteam gedelibereerd over hoe de foto's moeten worden
uitgemeten. De punten in de foto's kunnen worden aangemeten
met behulp van rechthoekige coördinaten (x, y) of met voerstralen
(r, cp). Voorlopig is gekozen voor een r, cp -benadering, omdat dit
het meest overeenkomt met de manier waarop een landmeter ta-
chymetrische metingen uitvoert. In de projectgroep leven ideeën
om de mechanische uitwerking geheel te vervangen door een elek
tronische, waarbij de metingen worden uitgewerkt door middel van
videobeelden.
De codering van de meting is nog niet goed opgelost. In de eerste
plaats gaat het om de meting en archivering van een groot aantal
foto's. Op deze foto's komen twee soorten punten voor: triangula-
tiepunten die dienst doen bij de berekening van de coördinaten, en
detailpunten die nodig zijn om de situatie te kaarteren. Er is welis
waar een theoretisch model ontwikkeld voor deze codering, maar
dit moet nog worden uitgetest in de praktijk.
Het rekensysteem
In de projectgroep is uitvoerig gediscussieerd over toepassing van
een tweedimensioneel of een driedimensioneel rekensysteem. Het
tweedimensionele systeem was in principe reeds ontwikkeld. Hier
bij kan namelijk gebruik worden gemaakt van het algemene reken
systeem voor geodetische netwerken, SCAN-II.
Problemen bij FRANK zijn dat het gaat om zeer veel punten, dat
zeer veel opnamen nodig zijn om een stevige constructie te krijgen
en dat het liefst vanuit een rijdend voertuig wordt gefotografeerd,
waarbij het opnamesysteem niet verticaal staat.
In verband met het grote aantal punten wordt een nieuwe versie
van SCAN-II vervaardigd die ongeveer vijfmaal sneller is dan het
huidige systeem. Toepassing van driedimensionele rekentechnie
ken geeft de mogelijkheid om de meetkundige constructie te ver
sterken. Gebruik wordt dan gemaakt van de eigenschap dat wan
den van gebouwen verticaal staan; het geeft ook de mogelijkheid
opnamen te verwerken die gemaakt zijn met een rijdende auto,
waarbij het opnamesysteem niet steeds verticaal staat. Ten be
hoeve van de vereffening van de waarneming en het berekenen van
de coördinaten is een aantal simulatieberekeningen uitgevoerd. In
figuur 11 is een afbeelding van een dergelijk proefnet opgenomen,
waarbij het erom ging aansluitingen op kruispunten zo goed moge
lijk tot stand te brengen.
De fotografische variant is thans in het stadium, dat de vervaardi
ging van een functiemodel in het eindstadium is. Voordat het echt
een industrieel produkt wordt, moet eerst een marktonderzoek
worden gehouden om te kijken wat de mensen in de landmeet
kundige praktijk van dit systeem vinden.
Fig. 11. Proefnet.
De elektronische variant
De elektronische opname wordt uitgevoerd met de reeds eerder ge
noemde CCD-component. Opnamen vanuit de lucht geven bevre
digende resultaten, omdat het opnamesysteem zo ver verwijderd is
van de te meten punten. Fig. 12 laat een luchtfoto zien die is opge
nomen met een CCD-scanner. Ogenschijnlijk verschilt deze niet
Fig. 12. Opname met MOMS-CCD-scanner (MOMS Modular
Opto-electronic Multispectral Scanner).
58
NGT GEODESIA 84