2009. Een wenkend vergezicht of een grimmige overpeinzing? Het artikel is geplaatst in een science fiction-achtige kadasteromgeving. Het behandelt meettechniek, vastgoedinformatie en kaartvervaardiging, zodat de meeste aspecten aan de orde komen van wat onder landmeetkunde kan worden verstaan. Ook wordt inge gaan op de gevolgen van maatschappelijke ontwikkelingen op onder meer de wetgeving ten aanzien van Kadaster en op de organisatie van de kadasterwerkzaamheden. Voor degenen die met het Kadaster bekend zijn, zijn enkele discussies herkenbaar, die in heden en verleden de aandacht vroegen. Een bijzonderheid is de verwijzing naar een dissertatie over een vroege vorm van het Kadaster gedateerd 22 juni 1767 van de acade mie te Harderwijk. Er is wel enige kritiek op woordgebruik en zinsconstructies in dit artikel. Daar staat tegenover dat verteltrant en compositie van het verhaal positief zijn beoordeeld. Vanwege de compleetheid van deze inzending is de Ie prijs toegekend. (juryrapport) door ir. E. Muller, gepensioneerd geodeet. Vermeulen zat achter zijn bureau op de 47e etage van de landelijke Rijksdienstenflat van het Ministerie van Algemene Zaken te Woerden. Hij staarde door het raam naar het landschap van hoge flats en glastuinbouw, dat zich tot aan de einder uitstrekte. Hij zag nauwelijks iets. Hij zat te dubben en probeerde de situatie zakelijk te analyseren, maar kon niet tot een conclusie komen. Het eigenmachtig vernietigen van de afgedreven Albanese kunstmaan zou tot allerlei juridische en internationale implicaties kunnen leiden, om maar niet te denken aan de gevolgen voor hemzelf. Anderzijds kende hij zijn verantwoordelijkheid als Directeur-Generaal van de Dienst van het Kadaster en de Open bare Registers. Hij glimlachte even. Bespottelijke naam eigenlijk. Openbare registers waren er allang niet meer; er was alleen een geheugen in de computer van het BOAKR te Heerlen. Hoe dan ook, hij zat er maar mee! Natuurlijk kwam het geregeld voor, dat een enkele van de tienduizenden kunstmanen onklaar raakte en uit zijn baan zakte. Meestal was de beheerder er als de kippen bij om tijdig een baancorrectie te geven, of om de kunstmaan terug te nemen, dan wel deze in een hogere baan in het zonnestelsel te laten verdwijnen. Als door nalatigheid zo'n zwervende kunstmaan nadeel aan andere satellieten aanbracht, was de schadeclaim namelijk niet gering, en de Ruimtejustitie zou deze ook zeker toekennen als de schade concreet en te bewijzen was. Maar zo'n landje als Albanië had er natuurlijk niet de appa ratuur, de capaciteit, en misschien ook niet de wil voor om zelf in te grijpen of te laten ingrijpen, ledereen wist immers, dat de eventuele schade voor het Kadaster achteraf moeilijk te concretiseren en te bewijzen zou zijn. Het was weliswaar mogelijk de ruimtepolitie op zo'n afgedwaalde kunstmaan af te sturen, maar die wachtte liefst zo lang mogelijk met ingrijpen om zelf niet een schade claim aan de broek te krijgen. Natuurlijk kwam in de ruimte ook weieens piraterij voor. Dat was echter een zeer riskant bedrijf, waar zware straffen op stonden; vaak zelfs de doodstraf. Om de gelegenheid tot piraterij tot een minimum te beperken, was het ge bruik van laserstralen in de ruimte verboden, want daarmee konden gevaarlijke dingen worden gedaan; alleen de ruimtepolitie mocht in noodgevallen dit wapen gebruiken. Behalve de ruimtepolitie beschikte ook het Kadaster, zij het onder strikte voorwaarden, over de benodigde laserapparatuur om vanuit de stationaire kadastersatelliet, 36 000 km boven Nederland, allerlei grenzen en punten elektronisch in het terrein te markeren. Gemoduleerde stralen, als zodanig geheel ongevaarlijk, konden hoogfrequent worden gefocust, waardoor ze op exact bepaalde afstanden alleen op bepaalde stoffen inwerk ten. Zo werden alle mogelijke punten in het terrein met een nauwkeurigheid van 1 a 2 cm „gemerkt" zonder schadelijke neveneffecten en zonder lastige paaltjes in het terrein. Via de computer van het BOAKR werd de satelliet met de laserapparatuur automatisch bestuurd, al was het mogelijk gebleven een enkele handeling onder handhaving van de automatische piloot manuaal uit te voeren. De grenspunten konden zonodig met een detector in het terrein worden opgespoord, 389

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1984 | | pagina 23