De nauwkeurigheid van oriënteren en meten is afhankelijk van de eisen die worden
gesteld. Door middel van een code wordt aangegeven welke maximale standaardaf
wijking is toegestaan, waarna de tachymeter de bijpassende lichtbundel uitzendt. Met
een druk op een knop worden de verticale hoek, de horizontale hoek, de afstand, de
tijd en de doorgeseinde objectcode ingelezen. Op datzelfde moment registreren instru
mentjes aan de arm de luchtgesteldheid, de geluidsbelasting, de trillingen en de hinder
lijke stralingen. De aan de tachymeter ingebouwde passantenstroommeter neemt
tijdens de hele meting de verkeersintensiteit op. Allemaal informatie die van belang is
voor de bestuurskracht van de overheid en met name van de lagere overheid.
Landmeetkundig tekenaar, een uitstervend ras?
Hoe lang is het geleden dat de tekenaar de Oostindische inkt zelf moest maken, voordat
aan het tekenwerk kon worden begonnen? Met een hard stuk inkt moest in een glazen
bakje worden gedraaid, totdat het water daarin de gewenste kleur zwart had.
In ,,de mededelingen over het gebruik van de trekpen" werd het gebruik en het onder
houd tot in detail beschreven in de twaalf geboden, die nauwkeurig en stipt dienden te
worden opgevolgd. Hoe exact blijkt uit bijvoorbeeld gebod nummer 7, hetgeen luidde:
„Onmiddellijk na het gebruik wordt de pen grondig gereinigd. Inktkorstjes weekt men
los met een nat lapje. De schroefdraad mag niet met water in aanraking komen (roest).
De stalen pin en de schroefdraad worden op gezette tijden voorzien van een vleugje
zuurvrije dunne olie".
De geboden zouden afkomstig kunnen zijn van de gebroeders Hondius of van Abraham
Ortelius. Het gemak waarmee het kopiëren in deze tijd plaatsvindt, hadden de vroegere
kartografen nooit kunnen bevroeden. Het op juiste wijze slijpen van potloodpunten op
het schuurplankje heeft eveneens eeuwen geduurd.
In deze jagende en jachtige tijd met de vele soorten verslaving zijn er nog maar weinigen
die uit de vrije hand een lijn kunnen trekken zonder de nodige zijdelingse trillingen. Met
draadschrift moet dit al helemaal een ramp zijn. De met de loep gewapende tekenleraren
van weleer krijgen buikkrampen bij het zien van de lijn- en letterkwaliteit van de compu
ter gestuurde „tekenaar". Zij moeten welhaast in huilen uitbarsten bij het aanschouwen
van de demonstraties op NGL congressen. De kreten van verwondering en bewondering
van de potentiële kopers moeten hun ziel doorsnijden en vreselijke littekens veroor
zaken. Zulke demonstraties zijn voor hen, in de ware zin des woords, demonisch, des
duivels.
Al het typografisch tekenwerk is in het jaar 2009 historie. Ook de verordonnering van
24 november 1953 door het toenmalige hoofd van het CTO, dat de rechterzijde van de
noordpijl zwart moet zijn, is dan nog slechts een leuke anekdote.
De geofysiogeet komt met schijven, bandjes en veldgeheugen op zijn kantoor en treft
geen landmeetkundig tekenaar aan. Het kantoor lijkt ook veel meer op een cockpit. De
klokjes, wijzertjes, schermpjes en de oplichtende lampjes in velerlei kleuren worden ge
controleerd en bediend door een zogenoemde operator. Deze bedieningsvakman ver
werkt op een exact omschreven wijze de verzamelde gegevens. In de vele megabytes
bevattende geheugens wordt de informatie opgeslagen. De afdelingen Welzijnsont-
wikkelingen en Financiën, die samen met de afdeling Vastgoedinformatie de gemeente
lijke organisaties vormen, zijn uiteraard via terminals verbonden. Voorts zijn er op een
of andere wijze communicatiemogelijkheden met o.a. CBS, alle ministeries, notarissen,
provinciale diensten en nutsbedrijven.
Labore et constantia
Het visualiseren van de informatie gebeurde in vroeger tijden door kunstenaars. Op kaart
werden vele kunstzinnige symbolen bedacht om de gebruiker het lezen te vergemakke
lijken. De kaarten werden ook voorzien van monogrammen, uitgeversmerken, naam-
vignetten en handelsmerken. Zo was het merk van het huis Plantijn (zie Geodesia 16e
jaargang no. 9) een passer met devies labore et constantia (arbeid en volharding) en
daaromheen figuren met allerlei tierelantijnen. De laurierkrans, symbool van over
winning en beloning, werd veel gebruikt, evenals de druiventros, symbool van oogst en
feestvreugde. Het geheel is zoveel mogelijk in goud, symbool van voortreffelijkheid. Na
de hiëroglyfen, het symbolenschrift, kwam het phoenicische alfabet. In het jaar 2009 zal
de informatieuitwisseling nog slechts bestaan uit nullen en enen. Dat lijkt misschien wat
koud en kil, maar ik acht de inventiviteit van de mens hoog genoeg om ook daarop iets
te vinden. Het op een bepaalde wijze structureren van enen en nullen kan tot verras
sende voorstellingen leiden, die boeiend genoeg kunnen zijn als omlijsting van de gevi
sualiseerde informatie.
Planimeter, een ongebruikt instrument
De Deense kapitein H. Prytz heeft er waarschijnlijk nooit bij stilgestaan, dat zijn vinding
(fig. 1een eeuw zou standhouden. De planimeter veranderde qua constructie, maar het
NGT GEODESIA 84 401