Tenslotte wordt aanbevolen (niet verplicht) om in de zomervakantie van het tweede jaar een snuffelstage te volgen van één week, d.w.z. bij een geodetisch bedrijf of instelling te gaan kijken welke taken een geodetisch ingenieur heeft. Zulk een stage is bijzonder nuttig bij het oriënteren op de beroepspraktijk en ook bij het kiezen van een eindstudierichting. Eindstudie eerste fase De eindstudie van de eerste fase (cursusduur 1 V2 jaar) wordt gekenmerkt door de volgende drie eindstudie- richtingen: 1. landmeetkunde, met de varianten A en B; 2. planologische en technisch-administratieve geodesie; 3. fysische en mathematische geodesie. Deze eindstudierichtingen zijn gebaseerd op een inde ling, zoals men die ook in de beroepspraktijk wel tegen komt. In dit artikel zal uitsluitend aandacht worden besteed aan het nieuwe eindstudieprogramma, dat op 17 november 1983 in de Raadsvergadering van de Afdeling der Geode sie is vastgesteld. Voor alle drie eindstudierichtingen, die in totaal 2 600 uur studielast omvatten, geldt de volgende hoofdindeling: 800 uur 1 500 uur J 300 uur 1 300 uur 1 300 uur 1e deel: kernvakken keuzevakken 2e deel: stage 2 mnd.) verlengde stage vervangende opdracht 200 uur zomerkamp J afstudeerscriptie 800 uur De kernvakken van het eerste deel zijn vastgesteld; de keuzevakken worden in overleg met de afstudeerdocent gekozen. Om de kleur van de drie eindstudierichtingen nader aan te duiden, volgen hieronder de verplichte kernvakken, die voor elke richting een studielast van 800 uur bete kenen. Eindstudie Kernvakken Studie richting last 1A 1B 1. Landmeet Puntsbepaling en waarn. rek. v.c. 100 100 kunde Fotogrammetrie 100 100 Technische metingen 100 100 Remote sensing en foto-inter pretatie 100 100 Vastgoedinformatie en kartografie 200 200 Traagheidsnavigatie en toeg. sat. geodesie 100 Approximatietheorie en dynamische gegevensverwerking 100 Planologische geodesie 100 Recht 100 800 800 2. Planolo Vastgoedinformatie 200 gische en Kartografie 100 techn.- Planologische geodesie 1 tnn adm. Grondeconomie J geodesie Onroerend goed recht 200 800 3. Fysische Potentiaaltheorie 100 en mathe Approximatietheorie en dyna matische mische gegevensverwerking 100 geodesie Fysische geodesie 200 Meetkundige geodesie 100 Zeegeodesie 100 Traagheidsnavigatie en toegepaste satellietgeodesie 100 Case studies 100 800 De 500 uur, die beschikbaar is voor keuzevakken, geven mogelijkheden tot ruime overlapping tussen de drie rich tingen, want een kernvak voor de ene studierichting kan een keuzevak zijn voor een andere richting. Ook kunnen de keuzevakken worden gekozen uit vakken van andere afdelingen, zoals civiele techniek, elektrotechniek, bouwkunde, enz. In vele gevallen zal het echter niet zo zijn, dat alle keuzevakken betrekking hebben op het vak gebied van andere afdelingen. Voor het tweede deel van de eindstudie is een scriptie van 800 uur voor alle drie eindstudierichtingen verplicht. In het algemeen heeft de scriptie als hoofddoel een ver dieping in een bepaald gedeelte van de stof. Voor richting 1 is verder verplicht het derdejaars zomer kamp, met een studielast van 200 uur; voor richting 3 is het een keuzevak. Voor richting 1 en 2 wordt een mini male stage van twee maanden 300 uur studielast) sterk aanbevolen. Ook is het in sommige gevallen moge lijk om in de eindstudie de scriptie uit te breiden tot 1 300 uur (d.i. 500 800 uur). Dit geeft de mogelijkheid voor een meer op onderzoek gerichte eindstudie of voor het afstuderen in de praktijk. Uit bovenstaande volgt, dat het derdejaars zomerkamp en de stage in het nieuwe studieprogramma niet meer voor iedereen verplicht is. Het eindstudieprogramma van elke student behoeft de goedkeuring van de betreffende vakgroep. Eindstudie bij een kleinste werkeenheid Bij deze variant, welke voorlopig nog als proef geldt, wordt de student na het beëindigen van de basisstudie tewerkgesteld bij een werkeenheid. Dit is een groep rondom een leerstoel van de Afdeling der Geodesie. Het doel is de student te laten deelnemen aan onderzoeks projecten. De kern- en keuzevakken, met een studielast van 700 uur, kunnen zo worden gekozen, dat zij aansluiten bij de werkzaamheden; voor het werk bij de werkeenheid staat 600 uur studielast, dus blijft er nog 1 300 uur over voor de scriptie, al dan niet aangevuld met een vervangende opdracht of een stage. Door het deelnemen aan een project zal de student in zicht verkrijgen in onderzoeksprojecten en alles wat daarmede samenhangt. Bovendien zal het meewerken aan actueel onderzoek de motivatie van de student sterk kunnen vergroten. Uiteraard zijn voor deze afstudeer variant slechts een beperkt aantal plaatsen beschikbaar. Een vergelijk tussen de verschillende eindstudierichtin gen laat zien, dat er veel mogelijkheden van overlappin gen zijn en praktisch zal dat ook veelal het geval zijn. Slechts bij uitzondering zal een student zich in de eind fase richten op één beperkt onderdeel van het vakge bied. Bovendien is er de brede basisstudie, die meer dan 60% van de gehele studie omvat. Een en ander is ook in overeensteming met het doel van de opleiding, namelijk dat de afgestudeerde geodeet na de eerste fase op een breed gedeelte van het vakgebied werkzaam moet kun nen zijn. De afstudeerrichting bepaalt slechts in geringe mate de kleur van het werkterrein, waarvoor de pas afgestudeer de geschikt is. Veeleer wordt het toekomstige werkter rein bepaald door persoonlijke ambities en voorkeur. In het voorafgaande zijn de eindstudierichtingen geka rakteriseerd door middel van vakken en overige eisen van het afstudeerpakket. Wellicht is het zinvol om ook verbaal een korte omschrijving van de genoemde rich tingen te geven. NGT GEODESIA 85 11

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1985 | | pagina 13