Schriftelijke opleidingen in de
Landmeetkunde en Kartografie*)
a. Landmeetkunde
Deze eindstudie richt zich op het brede middengebied
van de geodesie, waar veel geodeten werkzaam zijn.
Het accent ligt hierbij op het verzamelen, verwerken,
presenteren en gebruik van geometrische en andere
gegevens met betrekking tot onroerend goed. Er zijn
twee varianten: variant A met een meer technisch ac
cent en variant B met een meer juridisch en planolo
gisch accent.
b. Planologische en technisch-administratieve geodesie
Deze eindstudierichting richt zich op activiteiten van
particulieren en overheid in relatie tot vastgoed, zoals
informatievoorziening, bescherming rechtsverkeer in
onroerend goed, land- en stadsvernieuwing, beheer
vastgoed enz. Dit betekent, dat in deze afstudeerrich
ting het accent ligt op informatievoorziening, recht
en planning met betrekking tot vastgoed.
c. Fysische en mathematische geodesie
In deze eindstudierichting wordt de nadruk gelegd op
de meer fundamentele en theoretische aspecten van
de fysische geodesie en de hogere geodesie. Verder
is deze eindstudie gericht op zeegeodesie, dynami
sche gegevensverwerking en de toepassing hiervan
in de traagheidsnavigatie en in de satellietgeodesie.
Kenmerken
Vergelijken we inhoudelijk de vakkenpakketten van TH
en HTS met de daarbij behorende trefwoorden, dan is er
moeilijk een wezenlijk verschil tussen de beide oplei
dingen te onderscheiden. In het bijzonder geldt dit voor
de eerste jaren; daarna treedt er differentiatie op, vooral
als gevolg van het praktijkjaar op de HTS. De TH-
opleiding is in sommige gevallen wellicht minder strak
geprogrammeerd, waardoor de zelfstandigheid in de
opleiding meer accent krijgt. Maar ook dit is niet echt be
palend voor de opleiding.
Wel een kenmerkend verschil is de relatie tussen onder
wijs en onderzoek, die bij de TH-opleiding een belang-
1. Schriftelijk onderwijs
1.1. Schriftelijk onderwijs is onderwijs aan volwassenen
Volwasseneneducatie wordt steeds meer gezien als een
wezenlijk bestanddeel van het totale onderwijssysteem.
Het volwassenenonderwijs kent vele verschillende vor
men, waarvan het schriftelijk onderwijs de vorm is met
de langste geschiedenis. Niet alleen vervulde het schrif
telijk onderwijs een belangrijke functie ten aanzien van
het tweede weg- en het tweede kans-onderwijs; we zien
ook steeds meer, dat dit soort onderwijs koploper is bij
Inleiding gehouden tijdens de NGL studiedag „Onderwijs in de
Landmeetkunde" op 21 september 1984 te Utrecht.
rijke rol speelt. Door de staf van de afdeling wordt naast
onderwijs ruim aandacht besteed aan onderzoek in de
vorm van researchprojecten of anderszins. Dit onder
zoek heeft niet alleen zijn invloed op de wijze van kennis
overdracht, maar komt ook tot uiting bij case-studies,
projecten en in het bijzonder bij de afstudeerscriptie, die
voor iedere student verplicht is. Een deel van een re-
searchproject dient daarom te zijn ingebouwd in de
opleiding.
De combinatie onderwijs en onderzoek geeft aanleiding
om de opleiding meer theoretisch in te richten, hetgeen
veelal gepaard gaat met een hoger abstractieniveau. De
student leert hoe vanuit grondprincipes tot meer alge
mene oplossingen kan worden gekomen. De TH-oplei-
ding is daarentegen minder gericht op het vermogen om
iets praktisch te realiseren en heeft dus een minder vak-
specialistisch karakter.
Bij de tweede fase van de opleiding, in welke vorm deze
straks ook komt, zal de wetenschappelijke onderzoeks-
component een belangrijke rol spelen. Ook daarom zal
onderzoek reeds in de eerste fase aan de orde moeten
komen, opdat aanleg en belangstelling dan reeds kun
nen worden vastgesteld.
Slotopmerking
Tot slot dient te worden opgemerkt, dat een studiepro
gramma niet star is voor een aantal jaren; elk jaar zijn er
min of meer kleinere wijzigingen en van tijd tot tijd zijn
er extra impulsen, zoals de Wet Twee-fasenstructuur,
die het studieprogramma doen wijzigen.
Over de tweede fase in de opleiding die, zoals reeds op
gemerkt, pas in september 1986 van start zal gaan, zijn
reeds vele ideeën ontwikkeld, maar het is nog te vroeg
om hierover uit te weiden.
Literatuur
TH Delft, Gids 1984- 1985.
Papieren Patroon Geodesie 1984- 1985.
Beleidsnota Beiaard, februari 1983.
vernieuwingen. Nieuwe kennisgebieden worden in het
algemeen niet zo snel in het regulier onderwijs opgeno
men. Het duurt meestal vrij lang, voordat nieuwe leer
programma's kunnen worden ingevoerd. Het schriftelijk
onderwijs daarentegen beschikt over de mogelijkheden
om binnen een periode van één a twee jaar, nadat nieu
we opleidingsbehoeften zijn gesignaleerd, een daarop
aansluitend onderwijsaanbod te realiseren. Dat is het ge
volg van de flexibele organisatievorm en het feit, dat het
schriftelijk onderwijs een landelijk bereik heeft. Reeds bij
een vrij beperkte vraag is zij in staat tegen lage maat
schappelijke kosten aan de gesignaleerde behoefte tege
moet te komen.
door drs. ing. J. de Haan, cursuscoördinator civiele techniek bij PBNA.
SUMMARY
Surveying and cartography training through correspondence courses
In the article the principles and the most important features of education by mail are described. Specific
aspects of the technical education as given by the Royal PBNA through correspondence courses are dis
cussed. Finally a review is given of the PBNA curriculum in the area of surveying and cartography.
12
NGT GEODESIA 85