t?
De waarnemingen met Syledis, telkens drie afstanden
tot de meest gunstig gelegen zenders, werden in inter
vallen van drie seconden op een HP9845B computer in
gelezen en samen met het tijdstip van de waarneming op
cassette magneetband geschreven. Ook werden in de
zelfde tijdintervallen de Hifix-6 waarnemingen gere
gistreerd om de posities later te kunnen berekenen. We
hebben aan deze methode de voorkeur gegeven boven
real time navigatie, om de twee systemen apart te
kunnen verwerken.
In fig. 2 wordt het schema van de opstelling voorgesteld.
Hieruit blijkt, dat op de Syledis ontvanger ook een twee
de computer was aangesloten. Deze HP9920 computer
werd voor real time navigatie (tevens als back up) en
voor de berekening van line crossing gebruikt. Tijdens
het varen werden namelijk alle basislijnen van het
SYNET-2 meerdere malen ongeveer loodrecht gekruist,
en de waarnemingen in real time verwerkt.
SYLEDIS
IGEOFIX INTERFACE I
H P 9 8 9 5 B
c HP/lR
DATA-LOG
(cassette)
KLOK
16 BITS 1/0
I
I
I
t
1
1
4
1
HIFIX-6
ROBERTSON
GIRO
H P 9 9 2 0
REAL TIME NAVIGATION
LINE CROSSING
HP 2671 G
PRINTER
H P 9 i
i 9 5 B
POST PROCESSING
1
i
9-track tape
I
V
I
i
VAX-750/11
COMPUTER
Fig. 2. Registratie en verwerking van de waarnemingen van Syledis
en Hifix-6.
In fig. 3 wordt een voorbeeld van line crossing voor
gesteld tussen de zenders PENZOIL en PETROLAND.
De som van de gemeten afstanden minus de lengte van
de basislijn R1 R2 L) werd hier tegen de afstand
tot de basislijn uitgezet; vervolgens is door deze punten
een parabool gelegd (een hyperbool ware juister). Het
minimumpunt van deze parabool, in dit geval Y 1,7
meter, geeft een sluitterm, die representatief is voor de
nauwkeurigheid van de afstandmeting, en natuurlijk ook
voor de nauwkeurigheid van de coördinaten van de zen
ders, en van de uitgevoerde kalibratie.
In tabel 1 wordt een overzicht gegeven van de verkregen
sluittermen. Hieruit blijkt, dat alle sluittermen (na midde
ling) goed voldoen aan de verwachte nauwkeurigheid
van Syledis, behalve de sluitterm bij de langste basislijn
TEXEL - PENZOIL (108 km). Een verklaring hiervoor is
dat deze lijnkruisingen ver (ca. 80 km) van één van de
stations lagen. Hierdoor belemmert de aardkromming
een directe ontvangst van de grondgolf; het signaal is
vermoedelijk via hoger gelegen luchtmassa's verspreid,
de zgn. „tropospheric scatter". Dit veroorzaakt grotere
spreiding in de waarnemingen en te lang gemeten af-
G.0 n
5.0 n
4.0 n
9.0 n
2.0 n
1 0 n
G.0 r
-J .0 n
-2 .0 n
-3.0 r
-4 .0 n
-3 .0 n
PHRR05 BASELINE CROSSING
Sy l-adf-o PI PENNZOIL 3 R2i FETROLAMD 4
MIN Yi 1.G0 Cnl
1111111111111111111111111111111111111111111111111111 lLlij-U
ro
ra u ra <n ca en cn rei cn
0 0 0 a «3 o >r>
0I9T.rO BBSELItC
Fig. 3. Voorbeeld van een lijnkruising getekend in real time.
Basislijn
Afstand
(km)
Sluittermen (meter)
(R1 R2 - LU
Gemiddeld
NAM TEXEL
67
1.2 1.6 -1.1 -2.7
-0.3
NAM UNION
43
3.5
3.5
NAM PENZOIL
42
3.1 2.0
2.8
NAM PETR0LAN0
52
0.2 2.0
1.1
TEXEL UNION
42
1.3 0.9
1.1
UNION PENZOIL
77
-1.5 -1.0
-1.3
PENZOIL - PETROL
69
-0.8 1.7 1.8
0.9
PETROL - TEXEL
91
-1.5 -1.9
-1.7
UNION - PETROLAND
89
10.1 -3.7 -1.7 -3.5
0.3
TEXEL PENZOIL
108
6.8 7.2 10.6 8.5 7.9
8.2
Tabel 1Sluittermen bij de lijnkruisingen bij Syledis.
standen. Een omhullende hyperbool na verwerping
van duidelijke blunders geeft een juister minimum,
daar obstakels de signalen wel kunnen vertragen, maar
nooit versnellen. Na het inlezen van de Syledis afstan
den werden ook de Hifix-6 waarnemingen geregistreerd,
en wel met een vertraging van ongeveer 0,07 seconden.
Zo'n klein tijdverschil kan worden verwaarloosd, daar
het schip nooit sneller voer dan negen knopen (4,5 m
sec).
Hifix-6 is een hyperbolisch plaatsbepalingssysteem op
een frequentie van ongeveer twee MHz. De waarnemin
gen worden gevormd door twee of drie simultaan geme
ten afstandsverschillen tussen de volgende zendercom
binaties:
1-3: RENESSE - THORPENESS
1-5: RENESSE - TEXEL
4-5: DEAL -TEXEL
De waarnemingen van Syledis en Hifix-6 werden na af
loop van de navigatietest op de HP9845 computer met
het programma RLNAV van Shell verwerkt. Op de ge
noemde Hifix-6 waarnemingen werden vaste kalibratie-
correcties aangebracht van respectievelijk +0,06,
0,18 en +0,05 lane op grond van de in dit stadium als
correct aangenomen Syledis posities. Voorts werden alle
op diverse tijdstippen geconstateerde lane-slips gecorri
geerd. Daarna werden de verschillen in posities bere
kend op de VAX-computer bij de Afdeling der Geodesie
van de Technische Hogeschool Delft. Deze verschillen,
die een variatie van enkele meters tot ongeveer 20 meter
vertonen, worden in fig. 4 grafisch voorgesteld. Voor
deze variaties kunnen we de volgende oorzaken aan
wijzen:
- invloed van de voortplantingsfouten en de sterkte
van de geometrische oplossing; de laatste is plaats-
NGT GEODESIA 85
397