Het 13e NGL congres (1985)
13 een ongeluksgetal? Niets van gemerkt, integendeel!
Een alternatief programma dat zeer geanimeerd verliep.
Een congres met tentoonstelling die als bruisend kunnen worden gekenmerkt.
Een feestavond die uitbundig werd gevierd.
Elan en enthousiasme, overal zichtbaar.
Voordrachten waarin werd teruggeblikt naar wat tot stand is gekomen, maar vooral ook
vooruit werd gekeken naar mogelijkheden, zowel op bestuurlijk als technisch gebied.
Aanleiding tot levendige discussies. Zelfs leidend tot poëtische uitingen.
Primeurs op de tentoonstelling; professionalisering van het trekken van de aandacht van
het publiek door standwerkers van nationale allure; eenmalig in ons vakgebied.
In het navolgende wordt hiervan door de redactie een impressie gegeven en de voor
drachten worden in dit en de komende nummers van uw vakblad gepubliceerd; maar
toch
u had het zelf moeten meemaken, en velen hebben dit ook gedaan!
Nationale standwerkers op de tentoonstelling.
Inleidingen
23 oktober
De voorzitter opende het congres met een rede (zie p.
430 in dit nummer), waarin hij onder meer op het belang
van ons tijdschrift NGT Geodesia wees. Aan het eind
van zijn rede kondigde hij zijn aftreden als voorzitter en
J. Schoemakers als zijn opvolger aan.
De rest van de dag werd gewijd aan „Organisatie en
coördinatie van de vastgoedvoorziening door Kadaster
426
en Gemeenten". Rond 900 congresgangers hoorden toe
hoe drs. D. F. van der Mei het reilen en zeilen van de
RAVI schetste, drs. M. P. W. C. van Veen de grote lijnen
aangaf, dr. J. M. Linthorst enige uitgesproken meningen
over de verantwoordelijkheden van de Gemeenten op
het gebied van de vastgoedinformatie verwoordde en
mr. ir. C. J. Remijnse een klantgericht en flexibel Kadas
ter aankondigde. De forumdiscussie was levendig!
NGT GEODESIA 85
