„Vertrouwen in de toekomst' Interview*) met ir. R. Vellema, hoofdingenieur-directeur van de Meetkundige Dienst van de Rijkswaterstaat, door AM. den Boer en M. P. Moolenaar. „Confident about the future" Interview with the recently apporated director of the Survey Department of Rijkswaterstaat. Zoudt u iets willen vertellen over uw persoon en uw werkzaamheden tot nu. Ik ben geboren in 1927 in het noordelijkste puntje van Friesland, heb daar een heel plezierige jeugd gehad en voel me nog steeds aangetrokken tot en thuis in Fries land. Na de tweede wereldoorlog ben ik naar Delft ge gaan en heb ik de studie voor civiel-ingenieur opgepakt. Gezien mijn achtergrond dacht ik aan de natte water bouw, maar daar is niets van gekomen. Na mijn afstude ren kwam ik al snel in de droge richting terecht, namelijk op de ontwerpafdeling van de afdeling Staalconstructies van het Bruggenbureau van Rijkswaterstaat (precies op de dag van de ramp in Zeeland). Kort daarna ging ik in militaire dienst en na die tijd, dat zal in 1956 zijn geweest, kwam ik bij de uitvoeringsafdeling van de directie Brug gen en had te maken met de grote bouwprojecten van Rijkswaterstaat, die over heel Nederland werden uitge voerd. Ik had in die tijd veel contacten met de grote staalconstructiebedrijven hier in het westen. Na een korte tijd bij de Wegenbouwdienst in Utrecht ben ik vervolgens overgestapt naar het bedrijfsleven, naar de directie van het constructiebedrijf Kloos-Kinderdijk. Dat waren uitdagende jaren, die erg vormend waren en waarin ik veel heb geleerd. Daarna ben ik teruggegaan naar de directie Bruggen als hoofd van de afdeling Uit voering van de Staalafdeling. In die tijd (1972/1973) was Rijkswaterstaat nogal in beweging; de bouw begon af te nemen en de organisatie werd onder de loep genomen. De personeelskant en het bedrijfseconomisch gebeuren werden uitgebouwd en er werden directieteams ge vormd. Deze nieuwe aspecten boeiden mij zeer en ik raakte bij de directie Bruggen intensief betrokken bij het op poten zetten van deze nieuwe ontwikkelingen. Vier jaar geleden, november 1981, kwam plotseling de func tie van hoofd van de Meetkundige Dienst vrij en werd ik daarin benoemd. Vlak daarna kwam Nederland in een stroomversnelling (inkrimpingsoperaties, heroverwe ging, ombuigingen, reorganisatie van de overheid) en ik In vrij kort tijdsbestek zijn bij de drie rijksdiensten op landmeet kundig gebied nieuwe directeuren benoemd. Te zamen met de maatschappelijke ontwikkelingen reden voor de redactie hen te interviewen. Als eerste de hoofdingenieur-directeur van de MD. werd met deze zaken direct geconfronteerd, waarbij met name de inkrimping snel en radicaal zou aankomen. Persoonlijk ben ik altijd geboeid geweest, een soort nieuwsgierigheid, door onbekende nieuwe dingen, door veranderingen; geboeid vooral door de relatie met en tussen mensen. Ik geloof in mensen, ondanks meege maakte teleurstellingen. Voor mij betekent werk een ge legenheid om samen iets te doen. Mijn aanstelling bij de MD betekende, dat ik met voor mij betrekkelijk onbe kende vakgebieden werd geconfronteerd. Eigenlijk vond ik dat wel leuk. Ik heb altijd gewerkt met andere disci plines dan waarin ik ben afgestudeerd: werktuigbou wers, elektrotechnici, verfspecialisten, materiaaldeskun digen. Dat gebeurt onbewust. Pas achteraf kom je ach ter deze gevolgtrekking. Ik was nooit de beste deskun dige, die mensen wisten er allemaal meer van dan ik. Je krijgt daardoor een andere instelling, je geeft anderen de mogelijkheid hun kennis te benutten, en je zorgt ervoor dat die deskundigheid op de goede plaats komt. Er zijn in Nederland op landmeetkundig gebied drie grote rijksdiensten, namelijk de Meetkundige Dienst van de Rijkswaterstaat, de Topografische Dienst en de Dienst van het Kadaster en de Openbare Registers. In tegen stelling tot de Topografische Dienst fungeren bij de Meetkundige Dienst en het Kadaster voor het eerst directeuren die niet de specifieke materie-achtergrond hebben. Hoe staat u hier in het algemeen tegenover en wat betekent het voor uw Dienst. Dat hangt sterk van de situatie af. Als je naar de MD kijkt, was daar in het begin Schermerhorn, dé deskun dige. Toen was er zo'n technische ontwikkeling in gang, dat een technisch deskundige de aangewezen man was. Tegenwoordig ben je meer bezig met allerlei maatschap pelijke zaken, en is veel meer een algemeen manager nodig, met heel andere persoonseigenschappen. Je moet de ontwikkeling van je Dienst zien in het licht van de maatschappelijke ontwikkelingen; daarom heb je nu eerder een algemeen manager nodig dan een vakman. Inderdaad had ik zakelijk nooit met deze Dienst te maken gehad en kende ik de MD ook niet. (De directie Bruggen heeft als enige binnen Rijkswaterstaat een eigen afdeling Landmeten, red.) Toch moet ik zeggen dat ik erg onder de indruk ben van wat ik hier heb aangetroffen. Er is bij 78 NGT GEODESIA 86

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1986 | | pagina 4