Icfel OO O O m li li li li De data uit een DTM kunnen op allerlei manieren aan de gebruiker worden gepresenteerd. Zo is uit de data weer een hoogtelijnenkaart af te leiden, maar meestal is een driedimensionale voorstelling het doel. Om de drie dimensionale werking van het beeld te versterken, wor den allerlei grafische technieken gebruikt, zoals de toe passing van perspectief, het aanbrengen van schaduwe- ring en het weglaten van de zgn. „hidden lines". De meest gangbare (en populaire) presentatievorm is de oblique isometrische afbeelding (ook wel visnet-repre sentatie genoemd). In een regelmatig grid zijn de punten in zowel x- als y-richting door lijnen met elkaar verbon den. Ook is het mogelijk in dergelijke beelden schaduwe- ring aan te brengen. Een gridvakje krijgt afhankelijk van z'n positie ten opzichte van een denkbeeldige lichtbron en de standplaats van de kijker een intensiteit (grijs waarde). Een DTM wordt veelal niet alleen gemaakt om er een driedimensionale voorstelling van het terrein mee te maken. Vaak zijn ze geïntegreerd in toepassingsge richte softwarepakketten. In sommige landen (Frankrijk en de Verenigde Staten) zijn reliëfmodellen opgenomen in het produktiepakket van kaarteringsinstanties. De hoogtelijnenkaart dient als basis voor het model. Bij het IGN (Institut Geographique National) in Frankrijk maakt men deze modellen door met een aan een freesmachine gekoppelde pantograaf de hoogtelijnen op een kaart te volgen. De machine freest de lijnen uit in een blok gips, dat vervolgens aan de hand van kaarten en luchtfoto's wordt bewerkt. Dit bewerkte gipsblok dient in het verdere proces tot mal. Een sterk verhit, met een kaartbeeld bedrukt stuk plastic wordt onder vacuüm over de mal geperst. Het resultaat is, dat het plastic de vorm aanneemt van de mal. Het gebruik van DTM's is in vele disciplines denkbaar. In het onderwijs is vooral het reliëfmodel bruikbaar. In het lager onderwijs kan een dergelijk model de leerlingen een inzicht geven in het terrein rond hun woonplaats. Zo kunnen begrippen als relatieve hoogte en absolute hoog te duidelijk worden gemaakt. In het hoger onderwijs kunnen de reliëfmodellen naast inzicht in het terrein ook andere verschijnselen, zoals de geologische gesteldheid, verduidelijken. Dergelijke voorbeelden behoeven zich zeker niet tot de lokale omgeving te beperken. De mo dellen kunnen de invloed van verschillende gesteente soorten op het terrein duidelijk maken. De grafische voorstelling van een DTM kan hier dezelfde rol spelen als het reliëfmodel, maar kan ook dienen als basis voor een blokdiagram, waarin bepaalde landschappelijke kenmer ken naar voren komen. In een produktieomgeving (civiele techniek, architec tuur) kunnen DTM's een inzicht geven in geplande toe komstige situaties. Zo kan men, voordat een weg wordt aangelegd, het effect hiervan op het landschap beoor delen. Ook kunnen grafische afbeeldingen worden ge maakt van de effecten die diverse alternatieve grondver- zetwerkzaamheden (zicht op een weg, aard van de bochten, enz.) op het landschap hebben. Het reliëf model kan in dergelijke situaties dienen als maquette om een geplande situatie aan het publiek te presenteren. In luchtvaartkringen worden DTM's veel toegepast in vluchtsimulatoren, waar piloten kunnen trainen, of on bekende lokaties kunnen bekijken. De verkeersleiding kan de modellen toepassen in combinatie met radar om een beter inzicht te krijgen in de situatie rond het vlieg veld. Ook in militaire kringen zijn de toepassingen legio. De meeste hiervan zijn geclassificeerd en komen pas later voor civiel gebruik beschikbaar. De DTM's dienen o.a. als kaart voor onbemande vliegtuigen en geven voertuigbemanningen een idee van het zicht en het schootsveld. Produktiesysteem van de TH Delft In dit hoofdstuk wordt een korte beschrijving gegeven van de gebruikte apparatuur, de software en de metho den waarmee de digitale terreinmodellen en reliëfmodel len zijn vervaardigd. Fig. 1 geeft het produktieproces schematisch weer. RASTERKIEUREN- BEELOBUIS SHADED IMAGE i> FREESMACHINE I RELIEFMODEL UIT POLYURETHAAN VACUUMPERS RELIEFMODEL MET BETEKENDE FOLIE Fig. 1. Produktieschema TH-reliëfmodellen De belangrijkste hardware die is gebruikt, betreft het Intergraph interactief grafische systeem (IGS) van de Afdeling der Geodesie, dat wordt gebruikt voor het ver werken en redigeren van geodetische gegevens tot kar- tografische produkten en het bij de Afdeling Industrieel Ontwerpen opgestelde C ADAM P-systeem (Computer Aided Design And Model Production) [2], Dit bij de TH ontwikkelde CAD-systeem is toegespitst op het compu terondersteund ontwerpen van industriële produkten door middel van dubbelgekromde vlakken. De ontwor pen modellen kunnen hier worden gevisualiseerd, ver anderd en in kunststofschuim worden uitgefreesd. Ten behoeve van het in dit artikel beschreven onderzoek zijn de mogelijkheden van beide hardwaresystemen slechts ten dele benut. Als proefgebied voor een digitaal terreinmodel en reliëf model is een stukje van de Ardennen ten zuiden van Luik gekozen. Het is een gebied van ongeveer 20 km2 rondom de dorpen Durbuy en Bomal langs de rivier de Ourthe. De rivier heeft zich hier diep in het landschap inge sneden, waardoor het hoogteverschil in het gebied ruim 100 m is. De Ourthe stroomt van west naar noordoost door het gebied (zie de hoogtelijnenkaart in fig. 2). NGT GEODESIA 86 83

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1986 | | pagina 9