grafische beschrijving. Deze structuur biedt de mogelijkheid om
vragen te stellen zoals: teken binnen dit gebied alle leidingen van
dit materiaal met deze specifieke diameter, die ouder zijn dan tien
jaar.
In de Duitstalige landen gebruikt men de term Grafische Daten Ver-
arbeitung (GDV), terwijl men in Nederland ook wel de aanduiding
Geografisch Informatie Systeem (GIS) tegenkomt.
De driedaagse conferentie bestond uit een inleidende sessie en vier
reguliere sessies, die werden afgewisseld door presentaties van
leveranciers. De inhoud van de sessies was als volgt:
Inleidende sessie
grondbeginselen van AM/FM;
algemeen overzicht.
Sessie 1 met als thema: Haalbaarheid en kosten/batenanalyse van
projecten
economische haalbaarheidsanalyse;
project van de stad Zurich;
onderzoek naar de kwaliteit van software;
ontwikkeling van een informatiesysteem bij een nutsbedrijf.
Sessie 2 met als thema: Gegevensinwinning, conversie met inbe
grip van automatische technieken
betekenis van de grafische gegevensverwerking voor een ge-
integreerde informatieverwerking;
grondbeginselen bij kartografische toepassingen;
technieken bij de conversie van records.
Sessie 3 met als thema: Database toepassingen
digital mapping, een informatiecentrum voor wegen;
kartografie bij Electricité de France-Gaz de France, gebruik van
de informatie, tendensen en verwachtingen;
AM/FM bij Wessex Water Authority en haar plaats in de totale
gegevensstrategie;
de introductie van een AM/FM systeem bij de South Electricity
Board.
Sessie 4 met als thema: Volledige projectuitvoering
digital mapping bij de Nederlandse Gasunie;
project van een informatiesysteem voor de infrastructuur van
de Italiaanse spoorwegen;
experiment van de firma BKS om een geïntegreerde topogra
fische en utility database op te zetten.
De sessies werden afgewisseld door presentaties van leveranciers
van apparatuur. De volgende firma's gaven acte de présence: Com-
putervision, Intergraph, Sysscan, Tektronix, Contraves, Synercom
en Wild.
De lezingen en presentaties stonden over het algemeen op een
goed peil. De conferentie was op voortreffelijke wijze georgani
seerd. Bij de aanvang kregen de deelnemers de proceedings uitge
reikt, waardoor men zich kon voorbereiden op de lezingen, hetgeen
ook de discussies verlevendigde. Tijdens de conferentie kwam dui
delijk naar voren dat:
er in Europa nog maar weinig bedrijven zijn, die zijn begonnen
met de automatisering van de leidingenregistratie;
over het algemeen wordt gepleit voor een geïntegreerde aan
pak, waarbij een geautomatiseerd leidingeninformatiesysteem
dient te worden ontwikkeld als onderdeel van een distributie
informatiesysteem
F. J. Straus
SEMINAR KARTOGRAFISCHE EN LANDMEETKUNDIGE
AUTOMATISERING
Waterland Engineering Consultants, een samenwerkingsverband
tussen Waterland Systeemhuis uit Purmerend en Ingenieursbureau
HEC uit Alphen a.d. Rijn, hield op 22 oktober 1986 in Utrecht een
introductiedag. Daarvoor hadden zich ongeveer dertig mensen op
gegeven uit kringen van in hoofdzaak gemeentelijke en provinciale
overheden, landmeetkundigen en andere vastgoedinformanten.
Na een korte introductie van Waterland volgden een lezing van
mevrouw T. P. G. Crommentuyn, een in het Engels uitgesproken
introductie van het programma DOGS (Design Office Graphics
System) en in de middaguren een demonstratie. Dankzij een groot
scherm was die voor alle aanwezigen goed te volgen.
De lezing van Crommentuyn is volledig opgenomen in het novem
bernummer van ons tijdschrift, en kan door de geïnteresseerde
lezer zelf worden beoordeeld. Mij en een aantal collega's in de zaal
gaf de lezing het gevoel overbekende dingen te horen, en ook de
demo in de middag gaf geen enkele aanleiding tot enthousiasme.
De gebruikersvriendelijkheid van het programma was niet groter
dan de mij bekende CAD-systemen (voor micro's) en ook de ge
toonde verwerkingssnelheid van de Prime-(mini-)computer was
niet verbluffend te noemen. Bovendien was ter plekke sprake van
nog maar één aangesloten terminal!
Al met al maakte de introductiedag het voor de vele „zoekenden
naar een passend systeem" niet duidelijker. De landmeetkundigen
in dienst van provincie en gemeente, die nu toch al enigszins wor
den gedwongen mee te denken en te praten in het moderne jargon
van automatisering, zullen het best moeilijk hebben met het maken
van een goede keuze. Mini- of microcomputer, wel of geen total-
station, wat te doen met de fragmenten van vroegere automatise
ringsrondes, moeten de mensen „landmeetkundigen" blijven of
zich presenteren als „geoinformanten" (naar E. A. Janssen uit
Oss).
Uit ervaring weet ik, dat een persoonlijke verkenningstocht door
computer/landmeetland de enige garantie biedt op een goede
keuze. (Na uiteraard een compleet wensenlijstje te hebben ge
maakt!) Dat is de enige mogelijkheid om de externe deskundigen
van hun imago van allesweters en alleskunners te ontdoen en hen
om te vormen tot waardevolle „meedenkers".
Wist u, tot slot, dat voor minder dan honderdvijftigduizend gulden
een landmeetkundige afdeling van vijf of zes personen, van een
middelgrote gemeente dus, volledig kan worden geautomatiseerd!
Interactief! Op een microcomputer. Met alle voordelen die een pc
biedt, zoals een groot aanbod aan goedkope software, mogelijke
netwerkstructuren en een korte leertijd.
Peter Miete
NGL RAYONBIJEENKOMST ZUID-HOLLAND
Op 23 oktober 1986 werd in Delft een rayonbijeenkomst gehouden
die een Zuidhollands keerpunt kan worden genoemd. Trokken de
avonden in dit rayon in de afgelopen jaren weinig bezoekers, de
laatste bijeenkomst was een doorslaand succes. Op die bewuste
woensdagavond (voetbalavond!) was de zaal in het ITC-gebouw
bomvol. Voor de laatste van de ruim zestig bezoekers moesten
extra stoelen worden neergezet.
In de eerste plaats moet deze grote belangstelling worden toege
schreven aan de enorme inzet en creativiteit van de rayoncommis
sieleden. Circa vijfhonderd enquête-formulieren werden rondge
stuurd met vragen over o.a. voorkeur voor onderwerpen en plaat
sen van samenkomst. De honderdveertig personen die op deze
enquête reageerden, ontvingen vervolgens een persoonlijke uit
nodiging om de avond te bezoeken. Verder dient nog te worden
vermeld, dat een speciaal voor dit doel ontworpen poster naar een
groot aantal overheidsinstellingen en particuliere bureaus op land
meetkundig gebied werd gezonden met de boodschap „hoort zegt
het voort".
In de tweede plaats, maar uiteraard niet minder bijdragend tot de
grote opkomst, moeten de twee sprekers van die avond worden ge
noemd. De eerste was de heer Quee, die er opnieuw in slaagde zijn
gehoor te boeien met alweer een spectaculair NS-project. (Met
Rijkswaterstaat schijnen de Nederlandse Spoorwegen een soort
alleenrecht te hebben op interessante landmeetkundige projecten.)
Ditmaal werden projectvoorbereiding en landmeetkundige begelei
ding van de „Spoortunnel Rotterdam" toegelicht. Deze tunnel
maakt deel uit van de noord-zuid spoorverbinding en vormt al jaren
een knelpunt door de noodzaak de huidige brug regelmatig te ope
nen voor het scheepvaartverkeer. Bovendien is de brug zelf sterk
verouderd.
Het zou in dit verslag te ver voeren een gedetailleerd beeld te schet
sen van de voordracht van Quee. Bovendien is het mogelijk dat zijn
optreden in de andere rayons in Nederland zal worden herhaald en
dat zou dan geen nieuws meer bevatten.
Wat wel moet worden genoemd, zijn de door hem gedane uitspra
ken over de kwaliteit van en de aandacht voor het landmeetkundig
werk bij aannemers bij het uitvoeren van grote werken. Quee stelt
dat noch de belangstelling noch de vereiste mankracht bij de aan
nemers aanwezig is. Dit heeft vaak tot gevolg dat de opdrachtgever
of directievoerder de verantwoordelijkheid voor een juiste en tijdige
maatvoering maar op zich neemt. In de discussie die volgde, werd
duidelijk dat zijn mening niet door iedereen werd gedeeld, met
name niet door landmeetkundigen in dienst van de „grote" aan-
nemerij.
Als vervolg poneerde Quee nog twee stellingen:
de meetkundige grondslag in Nederland is onvoldoende be
trouwbaar voor een plaatselijke verdichting ten behoeve van
grote werken. Dit maakt het meten van een nieuw plaatselijk,
homogeen net noodzakelijk;
er bestaat geen statuut waarin taakverdeling en verantwoorde
lijkheid tussen opdrachtgever en aannemer voldoende zijn vast
gelegd. Let wel, het gaat hier over de landmeetkundige aspec-
436
NGT GEODESIA 86