i 70
UJ
CO
I 60
50
40
38,1
3,2% l|6% 0.4% °'S% °'8%
F/gr. 6. Tunesië; y-verschillen op lijnkruisingen in m.
Fig. 4, 5 en 6 geven een statistisch overzicht van de
coördinaatverschillen op kruispunten van polygonen.
Hieruit kan worden geconcludeerd, dat de standaard
afwijking van de hoogten ongeveer 20 cm bedraagt en
voor X en Y ongeveer 2 m.
b. Netwerkverdichting
Petroleum Development Oman (PDO), een werkmaat
schappij van Shell, heeft verschillende keren gebruik ge
maakt van traagheidsplaatsbepaling, onder andere voor
het verdichten van het netwerk van vaste punten nodig
voor een seismisch onderzoek. In dit project in de
,,Wahibah Sands" moesten 19 nieuwe punten worden
ingemeten tussen twee bestaande vaste punten die 90
km uit elkaar lagen. De onderlinge afstand tussen de
nieuwe punten varieert tussen de 3 en de 25 km, zoals
in fig. 7 is te zien. De meting werd uitbesteed aan
Nortech Surveys, Calgary, met de volgende nauwkeu-
righeidseisen:
Horizontaal 1 5000 relatief tussen de punten met een
maximum van 4 m ten opzichte van de
vaste punten.
Verticaal 50 cm relatief tussen de punten met een
maximum van 2 m ten opzichte van de
vaste punten.
BRANDSTOFDEPOT
O
PAWR (2
10 KM
Fig. 7. Netwerk Wahibah Sands, Oman.
Het FILS II systeem werd binnen een halve dag geïnstal
leerd in een Bell 206 Jet Ranger helikopter. De eigenlijke
operatie begon de volgende ochtend om 4.00 uur op het
vliegveld met het opwarmen van het systeem en het uit
voeren van een „initial alignment". Om 5.30 uur startte
de helikopter voor de vlucht naar een plaats in het werk
gebied, waar tevoren brandstof voor het bijtanken was
neergezet. Vanuit die plaats werd eerst een verkennings
vlucht langs alle punten uitgevoerd, waarbij het FILS
systeem voor de navigatie werd gebruikt.
De verkenning was nodig, omdat de omvang van de
missie net op de grens lag van het bereik van de helikop
ter en van de tijdslimiet van 2,5 uur om een polygoon
af te sluiten. Er moest dus voor worden gezorgd, dat tij
dens de meetvlucht geen tijd werd verspild met het zoe
ken naar punten of naar geschikte landingsplaatsen.
Na de verkenning werd nog een keer getankt en daarna
werd de eigenlijke meting uitgevoerd langs de in fig. 7
aangegeven route. Na afloop werd weer bijgetankt voor
de vlucht terug naar het vliegveld, waar de helikopter om
14.00 uur arriveerde. De hele operatie werd dus in 10 uur
tijd voltooid.
De behaalde nauwkeurigheid kan worden beoordeeld
aan de hand van de coördinaatverschillen voor de pun
ten 76019 en 84010 die op de heen- en terugweg werden
ingemeten (tabel 2).
Punt
X (m)
Y (m)
Hoogte (m)
76019
84010
1,54
- 1,41
5,50
5,14
0,17
- 0,67
Tabel 2. Verschillen tussen heen en terug metingen Wahibah
Sands.
c. Laser Profiling
Laser Profiling is een aantrekkelijke methode om snel
hoogteprofielen te meten over grote afstanden. Nortech
Surveys, Calgary, biedt een systeem aan, dat in een heli
kopter wordt gemonteerd en dat bestaat uit een FILS II
voor de plaatsbepaling van de helikopter en een infra
rood laser voor de afstandmeting van de helikopter naar
de grond.
Door het gebruik van een hoge pulsfrequentie (4000 pul
sen per seconde) kunnen grondhoogten ook in dicht-
bebost gebied worden bepaald. Volgens opgave van
Nortech kan een dagproduktie van 150 km en een nauw
keurigheid van 50-70 cm worden behaald (fig. 8).
HOOGTE
TURNER VALLEY (Line 2)
/"-Y /CA
HELIKOPTER VLUCHT
V_si GRONDPROFIEL.
S S i S i i i f
Fig. 8. Voorbeeld van een laserprofiel.
d. Meting van tunnelprofielen
Voor het meten van tunnelprofielen wordt een FILS II
systeem gecombineerd met ultrasone afstandmeters.
Het geheel wordt op een open voertuig gemonteerd met
vijf afstandmeters op een meetkop, radiaal naar buiten
metend in een vlak loodrecht op de rijrichting. Door het
FILS systeem wordt om de 1,2 seconden een x, y, z
positie van het voertuig geregistreerd, terwijl de afstan
den naar de tunnelwanden met een interval van 0,4 se
conden worden gemeten en geregistreerd. De maximum
rijsnelheid is 4 km per uur. Volgens opgave van Nortech
Surveys, die dit systeem heeft ontwikkeld, is een nauw-
NGT GEODESIA 87
13