z r keurigheid van 3 - 5 cm (één sigma) van punt tot punt in de tunnel te bereiken. De methode lijkt zeer attractief, omdat met een operatio neel eenvoudige methode en met een grote snelheid (6 km tunnel voor iedere periode van 3 uur ononderbroken toegang) metingen kunnen worden verricht. e. Metingen in testnetwerken Om een beter inzicht te geven in de nauwkeurigheden die met traagheidsplaatsbepaling op land kunnen wor den bereikt, lijkt het mij nuttig hier nog een paar resulta ten van metingen op testnetwerken weer te geven. Dit biedt de gelegenheid om ook GEOSPIN, LASS II en FILS III in de beschouwing te betrekken. De metingen van tabel 3, allemaal gepresenteerd op het „Third Inter national Symposium of Inertial Technology for Survey ing and Geodesy" 1985 in Banff, zullen hierbij worden betrokken. Netwerk Uitvoerend Gebruikte Referentie instituut systemen Edinburgh North East FILS III Cross, 1985 London Polytechnic Ebersberger Universitat der FILS II Caspary, 1985 Forst Bundeswehr GEOSPIN München LASS II Werdenfelser Universitat der FILS II Hein, 1985 Land Bundeswehr LASS II München GEOSPIN II Tabel 3. INS testnetwerken. TRAV NO. AFST. (KM) TIJD (MIN) TRAV VORM VASTE =UNTEN NIEUWE PUNTEN GEMIDDELDE FOUT E N H 3 19 45 2 1 0,06 0,01 0,04 4 53 136 2 4 0,17 1,19 0,07 5 32 80 2 4 0,21 0,54 0,35 6 20 55 2 3 0,58 0,08 0,16 7 15 63 2 3 0,25 0,42 0,10 8 85 194 3 12 0,26 0,31 0,47 9 80 167 3 6 0,18 0,37 0,06 10 78 205 3 7 0,23 0,24 0,13 GEMIDDELD 0,24 0,40 0,17 Tabel 4. Enige resultaten van FILS ill in Edinburgh. 14 In tabel 4 zijn de resultaten weergegeven van enkele polygonen gemeten met FILS III in het Edinburgh net werk, alle heen en terug (fig. 9). In een toelichting in [Cross 1985] wordt daarbij opgemerkt: i) de resultaten in hoogte zijn significant beter dan in horizontale richting; ii) horizontale fouten in rechtlijnige polygonen zijn het grootst loodrecht op de polygoonrichting; iii) polygoon 4 volgde een zeer hoekige lijn. Een bereke ning met drie vaste punten resulteerde in gemiddelde fouten van 0,12, 0,33 en 0,09 m. 266269 po 5 20/ 0,0 05 1,0 15 2,0 km 0279 Fig. 10. Netwerk Ebersberger Forst. Systeem X (m) Y (m) Hoogte (m) FILS II 0,85 0,45 0,16 GEOSPIN II 0,13 0,11 0,11 LASS II 0,16 0,15 0,08 Tabel 5. Gemiddelde standaardafwijking Ebersberger Forst. Tabel 5 geeft een overzicht van de resultaten die zijn be reikt met heen en terug gemeten polygonen in het net werk Ebersberger Forst (fig. 10). Daarbij zijn de coördi naten gebruikt, zoals die door de contractors werden afgeleverd, zonder verdere bewerking. Het valt op, dat de resultaten van het FILS II systeem in horizontale rich ting duidelijk minder nauwkeurig zijn dan de twee andere systemen. Deze indruk wordt bevestigd door de resul taten van acht heen en terug gemeten polygonen in „Werdenfelser Land" in tabel 6 (fig. 11). Hierbij dient nog te worden opgemerkt, dat het testnet „Werden felser Land" in zeer geaccidenteerd terrein ligt, met hoogteverschillen van 300 m. Systeem X (m) Y (m) Hoogte (m) FILS II 0,66 0,72 0,24 GEOSPIN II 0,22 0,24 0,32 LASS II 0,21 0,18 0,19 Tabel 6. Gemiddelde standaardafwijkingen Werdenfelser Land. NGT GEODESIA 87 FIRTH OF FORTH EDINBURGH Fig. 9. Het Edinburgh testnetwerk.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1987 | | pagina 14