publikaties De nieuwste investering, ter waarde van 1 miljoen gulden, betekent een nieuwe uitbreiding van het hoofdkantoor in Terneuzen tot 2300 m2. Hier werken 158 van de in totaal 256 medewerkers. Uitgebreid dienstenpakket Het dienstenpakket van Bravenboer Scheers is uitgebreid. In feite worden alle voorbereidingen die noodzakelijk zijn voor de reali satie van een project, tot aan de ingebruikneming uitgevoerd. Dit gebeurt vanuit de zeer vele disciplines die Bravenboer Scheers BV in huis heeft: o.a. bouwconstructie, weg- en waterbouw, ver warming, luchtbehandeling, bouwfysica en werktuigbouw. Ook piping, machinebouw, elektrotechniek, meet- en regeltechniek, landmeten, akoestiek, hydrografie, lawaaibeheersing en automati sering behoren tot het specialistische takenpakket. De opdrachten worden uitgevoerd voor industriële bedrijven, architectenbureaus, foodindustrie, staalverwerkingsbedrijven, (petro)chemie, aanne mers en nuts- en overheidsbedrijven in binnen- en buitenland. JAARGANGEN „PHOTOG RAM METRIC ENGINEERING" AANGEBODEN Ter overname aangeboden (tegen vergoeding van transportkos ten): Veertig jaargangen (1946 tot heden) van het tijdschrift „Photo- grammetric Engineering", uitgegeven door de American Society for Photogrammetry, benevens een ,,Kompendium Photogramme- trie" in 16 banden, uitgegeven door Zeiss Jena. Belangstellenden gelieven dit te melden aan: A. J. van der Weele, Herikebrink 61, 7544 ES Enschede. WORKSHOP ON QUALITY DESCRIPTION AND QUALITY CONTROL OF INTEGRATED PHOTOGRAMMETRIC/ TERRESTRIAL NETWORKS Commissie III van de ISPRS (International Society for Photogram metry and Remote Sensing) organiseert op 30 en 31 maart 1987 op de Faculteit der Geodesie van de TU Delft bovenstaande internatio nale workshop", waarbij het de bedoeling is de deelnemers door voordrachten en praktische voorbeelden in te voeren op het gebied van de ,,Delftse" aanpak voor de beschrijving van precisie en be trouwbaarheid van gecombineerde terrestrisch/fotogrammetrische puntsbepaling, en de verschillen in aanpak met andere bestaande methoden te bediscussiëren. Hierbij gaat het om het operationaliseren van de bestaande theo rieën en de bijeenkomst is daarom ook bedoeld voor zowel mensen uit de praktijk als uit de sfeer van het onderzoek. De voertaal zal Engels zijn en vanwege het karakter van de bijeen komst is het maximum aantal deelnemers op 25 gesteld. Meer informatie bij de voorzitter van Werkgroep III/1prof. dr. ir. M. Molenaar, LU Wageningen, postbus 339, 6700 AH Wage- ningen. GESLAAGD TU DELFT Op 28 november 1986 is aan de Faculteit der Geodesie van de Tech nische Universiteit Delft het diploma voor Geodetisch Ingenieur uit gereikt aan: R. Boekhold, G. M. Hogenhout, M. A. Maged Ellithy, A. B. J. van der Ven en M. G. Vosselman (met lof). Vermeldenswaard is dat de heer Vosselman de eerste student is, die is afgestudeerd volgens het nieuwe vierjarige (eerste fase) stu dieprogramma, en dan nog in slechts een paar dagen meer dan Minister Deetman van Onderwijs en Wetenschappen daarvoor heeft gepland: voorwaar een felicitatie waard. PHLO CURSUS REMOTE SENSING De Stichting Post-Hoger Landbouwonderwijs (PHLO), gevestigd op de Landbouw Universiteit Wageningen, zal dit jaar een post academische cursus Remote Sensing (teiedetectie) in landbouw-, natuur- en milieubeheer organiseren. De voorlopige data zijn 6, 7, 8, 13, 14 en 15 mei. Verdere inlichtingen kunnen worden verkregen bij het bureau PHLO, Hollandseweg 1, 6706 KN Wageningen. Telefoon 08370- 84093. PUBLIKATIE OVER GESCHIEDENIS FIG Het Canadese bureau van de Fédération Internationale des Géo- mètres heeft het plan opgevat een drietalige uitgave te publiceren over de geschiedenis van de FIG gedurende de periode 1878 tot 1986. Het boek zal tevens de teksten bevatten van alle resoluties die door de Algemene Vergadering zijn aanvaard. Personen en bibliotheken die belangstelling voor deze uitgave heb ben, worden verzocht dit kenbaar te maken aan de secretaris van de NVG, Waltersingel 1, 7314 NK Apeldoorn. De prijs zal ca. 10,— bedragen. PRAKTISCHE GEODESIE EN TOPOGRAFIE Deel 1 Metrologie Prof. U. L. van Twembeke. Eerste druk 1986, 290 pagina's. Uitgever Acco, Leuven/Amers foort. Prijs f 33,50. De eerste indruk van dit boekwerk is „volumineus" en het was dan ook met enige aarzeling dat werd begonnen aan de recensie ervan. Het volume is echter voornamelijk te wijten aan de benutting van de pagina's; slechts de rechterpagina is bedrukt. De aanduiding deel I wijst op een vervolg. Deel II zal gaan over de numerieke verwerking van kwantitatieve waarnemingen en deel III over geodetische en topografische opmetingen. Het niveau is niet aangegeven, maar beweegt zich op academisch en HBO-hoogte. Er wordt een behoorlijke kennis verondersteld op mathematisch en mathematisch-statistisch gebied. De term metrologie is in Neder land niet zo bekend, maar wordt in de inleiding verklaard naar zijn belangrijkste aspect: de techniek van het meten. Op uiterst systematische en logische wijze worden achtereenvol gens de begrippen van het meetproces en waarnemingsproces, de meting van hoeken, lengten, richtingen en hoogteverschillen be handeld. Naast de beschrijving van de methode volgt steeds op welke wijze men dit met behulp van verschillende instrumenten kan uitvoeren, met als afsluiting een beschouwing over de precisie van te bezigen methode of methoden. Dit is gebeurd met een direct taalgebruik en met een hoge mate van exactheid. Afgezien van een aantal termen dat bij ons minder gebruikelijk is (enerzijds worden soms termen gebruikt in zuiver Nederlands, waar wij gewend zijn om gallicismen te bezigen, anderzijds komen uitdrukkingen voor die wij als Franstalig zouden betitelen), leest het boek bijzonder ge makkelijk. De systematiek is zo consequent, dat het boek ook bij zonder geschikt is als naslagwerk met een hoge toegankelijkheid. Bij de tekst kunnen echter enkele opmerkingen worden geplaatst: In hoofdstuk 1 zouden bijvoorbeeld de begrippen nauwkeurigheid, betrouwbaarheid en precisie beter in hun samenhang kunnen wor den beschreven. In hoofdstuk 2 ontbreekt de beschrijving van een nadirhoek bij de indeling van hoeken; de aanduiding gon als dimensie ontbreekt. Bij de soorten aflezingen van hoekmeetinstrumenten is geen be schrijving van de symmetrie-instelling gegeven. De bel in een niveau (nivelle) wordt aangeduid als luchtbel, terwijl met betrekking tot de vloeistof in de nivelle beter over dampbel zou kunnen worden gesproken. Bij de behandeling van richtkijkers ontbreekt de beschrijving van de parallax of het verschilzicht. Wel wordt een duidelijk recept ver strekt betreffende het scherp stellen van de kruisdraden en het in stellen van het beeld, maar de controle daarop ontbreekt. De aanduiding primaire verticale en secondaire horizontale assen van theodolieten doet aan als een pleonasme. Primair en secondair lijkt voldoende; de overige aanduiding geldt slechts in de toe passing. De rol van optisch lood is te beperkt beschreven; het dient mijns inziens niet alleen voor controle, maar ook om de materialisering van de primaire as te preciseren. Moderne instrumenten hebben ook twee indexen, in tegenstelling tot het beschrevene; deze worden echter langs optische weg tot een beeld samengebracht in de aflezing. Uit de tekst blijkt niet dui delijk of dit is bedoeld. De invloed van een eventuele scheve stand van de primaire as wordt niet besproken. Het beginnen op een randstand in de buurt van nul wordt wel veel gebruikt, maar heeft nauwelijks een functie; het doorslaan van de kijker na iedere serie is wat overdreven. Naast de hoekspiegel en het vijfzijdig prisma wordt geen melding gemaakt van het driezijdig prisma. De wijze waarop prisma's kun nen worden gecontroleerd, ontbreekt. Bijzondere waardering verdient de korte, maar exacte, beschrijving van de werking van de elektronische theodoliet; het meten hiermee wordt aangeduid als dynamische hoekmeting. Hoofdstuk 3 is gewijd aan de afstandmeting. Het afloden gebeurt met een verzwaarde meetpen, waar wij het schietlood zouden be nutten. Goede aandacht wordt besteed aan de precisie van de lengtemeting. Bij sommige methoden van lengtemeting, met name de zgn. onrechtstreeke lengtemeting, begint men zich af te vragen of deze ooit nog worden toegepast sinds men de beschikking heeft over moderne apparatuur voor dit doel. Bewondering is passend voor de efficiënte wijze waarop de wer king van de elektromagnetische afstandmeters is beschreven. De verschillende invloedsfactoren worden kort, maar duidelijk, be- 24 NGT GEODESIA 87

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1987 | | pagina 24