De ontwikkeling van de GBKN
in Overijssel*)
december 1986 de TRIMBLE 4000S van de Rijkscom
missie voor Geodesie (twee stuks).
Wereldwijd worden voor geodetische doeleinden voor
namelijk de Macrometer en de TI4100 gebruikt. Deze zijn
beide van goede kwaliteit, maar tevens erg duur, terwijl
de Macrometer het bijkomende bezwaar heeft dat hij de
baanparameters niet kan ontvangen en dat men voor de
verwerking tot op zekere hoogte afhankelijk is van de
fabrikant. In 1986 is de Wild-Magnavox WM101 geïntro
duceerd, maar er zijn nog niet veel tests mee uitgevoerd.
Vele andere ontvangers zijn in ontwikkeling of juist op de
markt gekomen. De prijzen per ontvanger variëren tus
sen ruim 160 000 en 400 000 gulden. De hoeveelheid bij
geleverde randapparatuur en verwerkingsprogramma-
tuur heeft grote invloed op deze prijzen. Voorts speelt
een rol of slechts één of beide frequenties kunnen wor
den ontvangen en hoeveel satellieten gelijktijdig kunnen
worden waargenomen.
Toepassingen
Tot slot nog de resultaten van twee toepassingen. De
eerste heeft betrekking op vijf dagen waarnemingen op
een vaste locatie, waarbij gebruik wordt gemaakt van
pseudo-afstandmeting (C/A-code, Trimble ontvanger).
Het betreft hier „absolute", dus niet differentiële
plaatsbepaling. In fig. 10 is iedere zeven minuten de af
wijking ten opzichte van de bekende geodetische positie
zowel in lengte als in breedte uitgezet tegen de tijd.
Vooral de geringe fouten op dag 207 zijn erg opvallend.
Tabel 2 geeft de resultaten weer van de meting van een
vierhoek tussen Delft, Kootwijk, Leeuwarden en Een
rum. Deze werd op initiatief van de Shell gemeten om de
mogelijkheden te testen voor het meten van bodem
daling over grote afstanden. Er werd gebruik gemaakt
1. Inleiding
Omdat het lezerspubliek van dit tijdschrift enigermate
vertrouwd is met het begrip GBKN, Grootschalige Basis-
kaart van Nederland, kan worden volstaan met een korte
schets van de landelijke ontwikkelingen, om vervolgens
meer uitvoerig bij de Overijsselse situatie stil te staan.
Bewerking van een lezing voor het rayon Overijssel van het
NGL, gehouden op 11 november 1986, en van een door de
Directie Overijssel van het Kadaster op 26 november 1986 in
Tubbergen (O.) verzorgde GBKN-presentatie.
De auteur schrijft dit artikel op persoonlijke titel.
NGT GEODESIA 87
van fasemetingen op twee frequenties met twee TI4100
ontvangers. De metingen werden op de TU Delft uitge
werkt met het PHASER programma [6]. Heel duidelijk
komt de grote afhankelijkheid van de gebruikte frequen
tie aan het licht. Bovendien blijkt de grote verbetering
die ontstaat door de ionosferische correctie (L1/L2) aan
te brengen, waardoor de sluitfouten zelfs over deze
grote afstanden onder de 1 op 1 000 000 (1 ppm) blij
ven. Overigens heeft de praktijk bewezen, dat dergelijke
goede resultaten niet altijd mogen worden verwacht.
Slotbeschouwing
Proefmetingen hebben aangetoond, dat GPS niet alleen
grote mogelijkheden biedt voor de nauwkeurige bepaling
van punten voor geodetische netwerken, maar vermoe
delijk ook geschikt zal zijn voor diverse conventionele
landmeetkundige toepassingen. Dit wordt momenteel
ook in Nederland onderzocht. Organisaties, die een
duidelijk onderzoeksprogramma hebben, kunnen con
tact opnemen met de Rijkscommissie voor Geodesie.
Onder bepaalde voorwaarden kan dan assistentie wor
den verleend, onder andere door metingen met de twee
beschikbare ontvangers.
Literatuur
1. Spaans, J. A., Navstar-GPS. Lezing voor de Hydrogr. Soc.,
Neth. Branch., 6 april 1984.
2. The Institute of Navigation, Global Positioning System. ISBN
0-936406-00-3, 1980.
3. Seeber, G., The Global Positioning System. NGT Geodesia,
maart 1985.
4. Sluiter, P. G., Satelliet Plaatsbepaling nu en in de toekomst.
NGT Geodesia, maart 1985.
5. Van der Wal, J. H. M., Global Positioning System en Foto-
grammetrie. NGT Geodesia, december 1986.
6. De Jong, C. D., Relative Geodetic Positioning with the Global
Positioning System. Afstudeerscriptie TU Delft, augustus 1986.
De achtergronden van de ontwikkeling in Overijssel, het
vervaardigings- en bijhoudingsprogramma, de kosten en
de gebruiksmogelijkheden komen daarbij aan de orde.
Kortom: een schets van de wijze waarop vanuit de
Directie Overijssel van het Kadaster en vanuit de Provin
ciale Kaarteringscommissie van Overijssel tegen het pro-
dukt GBKN werd en wordt aangekeken.
2. Landelijke ontwikkeling
In het begin van de zeventiger jaren bestond in de krin
gen van gebruikers van grootschalig kaartmateriaal alom
een drang om:
47
door irJ. B. van der Veen, projectingenieur bij de Directie Overijssel van de Dienst van
het Kadaster en de Openbare Registers.
SUMMARY
Development of the GBKN (Large Scale Base Map of the Netherlands) in the province of
Overijssel
Production, updating and publication of the so-called Large Scale Base Map of the Netherlands (GBKN)
is one of the tasks of the Dutch Land Registry (Dienst van het Kadaster en de Openbare Registers).
Production and updating take place in cooperation with several other map-users.
The author discusses the way how, among the users in the province of Overijssel, the ideas about map
production and updating have developed during the last decade. At the moment several projects already
have been completed.
The plans that have been developed for further activities in the field of large-scale-base-mapping are
described.