Probeert het NAP de geschiedenis naar
zijn hand te zetten?
door H. N. Pelkman, gepensioneerd geodeet, lid van de werkgroep Historie der
Geodesie" van de Rijkscommissie voor Geodesie.
SUMMARY
NAP three hunderd years of age?
The author motivates his conviction that the NAP (Normaal Amsterdams Peil) does not exist for three
centuries.
Begin januari 1987 ontving ik de produktfolder no. 10
van de Meetkundige Dienst van de Rijkswaterstaat, het
Normaal Amsterdams Peil. In deze uitgave wordt een
overzicht gegeven van de geschiedenis van het (N)AP,
waaruit ik het volgende citeer:
Het NAP heeft een lange geschiedenis, die ongeveer 300
jaar geleden begon. Ter herdenking daarvan werd in
1986 een postzegel uitgegeven. Rijkswaterstaat gaf ter
gelegenheid daarvan een publicatie uit getiteld ,,Drie
Eeuwen Normaal Amsterdams Peil" (no. 48)
en vervolgens:
Toen bij een landelijke meting bleek, dat er nogal wat
verschillen waren met oudere metingen, werd voor de
uitkomsten van de nieuwe metingen een nieuwe naam
ingevoerd, nl. Normaal Amsterdams Peil". Het NAP
ligt nu ongeveer op de zelfde hoogte als het gemiddelde
zeeniveau.
De invoering van de ,,N" werd in de aflevering no. 48
van de Rijkswaterstaatserie door ir. A. Waalewijn als
volgt uit de doeken gedaan:
De toevoeging van de ,,N" is geschied op voorstel van
de Rijkscommissie voor Graadmeting en Waterpassing,
vastgelegd in de notulen van de 46ste vergadering.
Daarbij werd uitdrukkelijk gesteld, dat NAP zou beteke
nen Normaal Amsterdams Peil. Het ontbreken van een
verklaring voor de letter ,,N" als zodanig heeft tot vele
misverstanden geleid.
HET AMSTERDAMSCH- EN NIEUW AMSTERDAMSCH PEIL
DOOR
C. W. VAN DER STERR,
Hoofdopzichter-landnuter bij den dienst der P. W. van Amsterdam.
Toen het register van verkenmerken betrekkelijk
het N. A. P. in de gemeente Amsterdam, publiek
verkrijgbaar werd gesteld, werd aan schrijver dezes
herhaaldelijk uit Amsterdam de vraag gesteld hoeveel
toch wel het verschil was tusschen het Nieuw- en
Oud-Amsterdamsch peil. Er waren er zelfs die met
het Nieuw Amsterdamsch peil niet te maken wilden
hebben. Zij verlangden liet Oud-Amsterdamsch peil,
want daar hadden zij altijd naar gewerkt. Het
gebeurde schrijver dezes ook dat toen hij, voor een
hekend Amsterdamsch koopman, de hoogteligging
van een terrein onder Heemstede, bepaalde ten
opzichte van het Nieuw-Amsterdamsch peil, die
koopman verstoord was. In Heemstede had hij
liever niets met Amsterdam te maken. Het was hem
niet bekend dat het Nieuw-Amsterdamsch peil
voor geheel Nederland en met gering verschil ook
voor Duitschland, hoewel onder een andere naam,
geldende is.
De woorden „Nieuw" en „Amsterdamsch" stich
ten dus wel eenige verwarring.
Wanneer eenige millimeters verschil buiten be
schouwing worden gelaten, dan wordt met Amster
damsch- en Nieuw-Amsterdamsch peil, beide het
zelfde bedoeld. Zij zijn beide gebaseerd op de hoogte
van de groeven in de marmeren steenen met opschrift.
ZEEDIJKS HOOGHTE
IE NEGEN VOET VIJF DUYM
Boven Stadtspeyl
in verschillende sluizen in Amsterdam. Negen voet vijf
duim Ainsterdamsche maat is gelijk aan 2.67689 M.
De benaming Nieuw-Amsterdamsch peil werd
ingevoerd om de volgende reden.
Bij de, in 1875, door Dr. L. Cohen Stuart, aange
vangen nauwkeurigheidswaterpassingen, bleek dat
de in de verschillende provinciën geplaatste hoogten
betrekkelijk het Amsterdamsch peil niet geheel juist
waren. Het Amsterdamsch peil in Rijnland hijvoor
beeld aangehouden verschilde en verschilt nog
9 cM. met de bij de nauwkeurigheidswaterpassingen
verkregen hoogte. Bleef nu de naam A.-P. behouden,
hetzij aan de merken zelf, hetzij in registers, zonder
meer, dan zou men niet kunnen bespeuren of zij de
oude dan wel de verbeterde hoogte betrof.
Tot wegneming van allen twijfel en voorkoming
van verwarring werd besloten de nieuw bevonden
hoogten niet meer aan te wijzen betrekkelijk A P
maar betrekkelijk N A P waardoor normaal A P
kan verstaan worden.
Over de beteekenis en de geschiedenis van het
Amsterdamsch peil is reeds veel geschreven. Ecnig
besluit tot bepaling en invoering van het Stads- of
Amsterdamsch peil is echter tot nu nog niet gevonden.
Met zekerheid heeft men dan ook nog niet kunnen
aangeven wat liet Amsterdamsch peil eigenlijk voor-
SifilL
Fig. 1. No. 6 Technisch Gemeenteblad TG. September 1920.
NGT GEODESIA 87
Op 1 januari 1891 kwam een ministeriële beschikking tot
stand, gericht aan de Hoofdingenieurs en districten van
de Waterstaat, waarin het NAP werd aangeduid als het
te gebruiken vergelijkingsvlak. Merkwaardig is dat zelfs
de registers gebezigd door de Waterstaat geen
aanwijzingen bevatten wat NAP precies betekent. De in
leiding van het artikel door C. W. v.d. Sterr, hoofdop
zichter landmeter bij de Dienst der Publieke Werken van
Amsterdam, is verschenen in het Technische Gemeente
blad no. 6 in september 1920 en is daarom erg interes
sant (fig. 1Dat de schrijver wel degelijk het begrip Nor
maal AP bekend was, blijkt mijns inziens uit de door mij
onderstreepte regels. Van Rijkswaterstaat uit is er dan
ook zeer weinig aan gedaan om de duidelijkheid van de
,,N" naar voren te brengen. Onderzoek dezerzijds heeft
dan ook het volgende opgeleverd:
1. Het Ministerie van Oorlog geeft in de Algemene
Voorwaarden bij uitvoering van werken door den
Dienst der Genie, bij beschikking van juni 1906, regel
matig gewijzigd tot 1921, op pagina 33 „aandui
dingen en verkortingen" AP voor Amsterdams Peil
en NAP herzien Amsterdams Peil, dus geen normaal
c.q. nieuw (fig. 2).
2. In de uitgave no. 48 van de Rijkswaterstaatserie komt
een foto voor op pagina 48: Het aanbrengen van de
funderingspaal voor het ondergrondse merk op de
Dam. Let op de vergissing Nieuw in plaats van Nor
maal Amsterdams Peil (fig. 3).
Ik kan mij moeilijk voorstellen dat gezien het
feestelijke en officiële karakter van het gebeuren in
Amsterdam het de Rijkswaterstaat zou zijn ont
gaan, dat er is vermeld Nieuw, dus geen Normaal.
3. In de filateliekalender van 1986 van de PTT wordt niet
„Normaal", maar „Nieuw" Amsterdams Peil ge
bruikt. (Zie Volkskrant van 5 april 1986, pag. 19.)
4. In het Mekka van de Geodesie, de toenmalige afde
ling der Geodesie in Delft, gaf men omstreeks 1976 bij
de opening van het nieuwe gebouw een folder uit ge
titeld „Geodesie". Deze folder, samengesteld door
de heren H. C. v.d. Hoek, T. J. Poelstra en C. E. T.
Triesscheijn en getiteld „Geodesie, één van de
oudste, maar minst bekende wetenschappen", ver
meldt op pag. 8: Hetzelfde geldt voor de bepaling van
de hoogten in Nederland: het NAP (Nieuw Amster
dams Peil) (fig. 4).
5. Uit het leerboek van dr. Ch. M. Schols (Landmeten
en waterpassen, negende druk, 1912, bewerkt door
T. J. H. M. Thys) blijkt alleen, dat de hoogteme
tingen voortaan worden voorgesteld door de letters
NAP en dat dit slaat op de waterpassingen ontwor
pen en aangevangen door H. G. van de Sande Bak-
huyzen en G. van Diesen 1875 - 1885 en vastgelegd in
239