1. Achtergronden De fotogrammetrie wordt algemeen beschouwd als een interpolatiemethode, dat wil zeggen dat over grotere af standen een versteviging van de fotogrammetrische puntsbepaling nodig is. Hiervoor dienen de terres- trisch bepaalde paspunten. De laatste tijd is er veel gezegd en geschreven [1], [2]*) over de kwaliteit van terrestrische paspunten, en niet zonder reden. De afdeling Fotogrammetrie van het Kadaster kan een schier eindeloze reeks van gevallen tonen, waarbij men in de blokvereffening op grote pro blemen stuitte door verwisseling van puntnummers, 200 graden fouten in azimuts van lijnstukken en ordinaire meetfouten in vaak ongecontroleerde centrerings- constructies die de vliegschijf vastleggen aan kringnet- of polygoonpunt. Recent traden ook weer grote tegenspraken op tot drie meter, afgezien van een paar „echte" verstoringen van vliegschijven tussen de fotogrammetrisch en de terrestrisch bepaalde coördinaten van de paspunten in het GBKN-project Landgraaf (Zuid-Limburg), dat onge veer 8 x 10 kilometer groot is. Het kringnet waaruit de paspunten volgden, was uitge breid geanalyseerd, maar er was geen enkel redelijk ver moeden dat er nog fouten van bovengenoemde grootte onontdekt waren gebleven. Er restte nog een zeer kleine mogelijkheid, dat de RD punten ten gevolge van de mijnzakking waren verstoord, waardoor een systematische fout zou ontstaan. Aan de andere kant zag ook de fotogrammetrische blokvereffening volgens de onafhankelijke modellenmethode er zeer goed uit, zo dat men zich tegenover vooralsnog onverklaarbare tegenspraken gesteld zag. Op verzoek van de directeur Landmeetkunde en Karto- grafie van het Kadaster heeft de afdeling Rijksdriehoeks meting (RD) een onafhankelijke bepaling uitgevoerd van de terrestrische paspunten met behulp van GPS (Global Positioning System) om de kwaliteit van deze paspunten te onderzoeken. Als onderzoeksaspecten heeft de RD er nog twee doelstellingen aan toegevoegd, namelijk het ervaring opdoen met GPS metingen op terreinpunten en een afschatting maken van de efficiëncy van het bepalen van paspunten met GPS in plaats van door een kringnet. 2. GPS instrumentarium Over de GPS techniek is reeds veel in NGT Geodesia ge publiceerd; zie o.a. [3] en [4], In dit artikel gaan we der halve aan dit aspect voorbij. Wel nog iets over het instru mentarium waarmee werd gemeten. Onder de geldende voorwaarden (o.a. alleen gebruik voor onderzoeksdoel einden, publikatieplicht van meetresultaten) heeft de RD de beschikking gekregen over de twee TRIMBLE 4000S GPS ontvangers van de Rijkscommissie voor Geodesie. Om sneller te kunnen opereren, is nog een derde instru ment bijgehuurd. Deze TRIMBLE 4000S is een vijf-kanaals ontvanger die alleen het signaal van de GPS satelliet, dat wordt uitge zonden op de L1-frequentie (golflengte ongeveer 19 cm), kan ontvangen. Dit betekent, dat maximaal vijf satellieten tegelijkertijd kunnen worden ontvangen en gedecodeerd. De TRIMBLE 4000S (fig. 1) kan desgewenst volledig automatisch en onbemand waarnemen. Alleen als men gedurende een meetsessie wil overschakelen op andere De nummers 11] t.m. [6] verwijzen naar „Literatuur" op p. 320 aan het eind van dit artikel. 318 Fig. 1. TRIMBLE 4000S GPS ontvanger met GRIDcase personal computer. satellieten, dient iemand via een toetsenbord enige com mando's in te geven. De TRIMBLE 4000S wordt bij geodetische GPS metin gen aangestuurd door een GRIDcase personal compu ter. Er is voor deze PC gekozen, omdat hij zeer compact is uitgevoerd en daarom gemakkelijk transporteerbaar. Bovendien is de GRIDcase erg robuust gebouwd; vol gens de specificaties heeft een val van 1 meter hoogte geen beschadigingen tot gevolg (niet geverifieerd door de auteurs). Op dit moment hebben we de beschikking over de vol gende software voor GPS metingen met geodetische nauwkeurigheid: LOG5, dat de TRIMBLE 4000S aanstuurt op grond van minimumelevatie en aantal zichtbare satellieten Fig. 2. Statief met GPS antenne op stationspunt. NGT GEODESIA 87

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1987 | | pagina 6