stuk 4 haalbaar moesten zijn. Zeer benieuwd waren we echter naar de vergelijking tussen de GPS WGS-84 coör dinaten en de terrestrisch bepaalde RD coördinaten en NAP hoogten. Deze vergelijking is op tweeërlei wijze uit gevoerd: a. Tweedimensionale vergelijking Via een ruimtelijke transformatie en de dubbelprojectie van Schreiber zijn de WGS-84 coördinaten geprojec teerd op het vlak van de stereografische kaartprojectie. Vervolgens is het resultaat middels een overbepaalde ge lijkvormigheidstransformatie vergeleken met de RD coördinaten. Uit tabel 1 blijkt, dat het grootste verschil tussen terrestrisch en met GPS bepaalde coördinaten slechts 36 mm bedraagt, terwijl de standaardafwijking van de inpassing in X en Y respectievelijk 24 en 16 mm is. De transformatieconstanten zouden bijvoorbeeld kunnen worden gebruikt om nieuw bepaalde GPS pun ten direct om te rekenen naar het stelsel van de Rijks driehoeksmeting. b. Driedimensionale vergelijking Via een ruimtelijke gelijkvormigheidstransformatie (met 7 parameters: 3 translaties, 3 rotaties en 1 schaal) zijn de WGS-84 coördinaten direct met de RD coördinaten ver geleken, nadat de derde dimensie aan de terrestrische bepaling was toegevoegd via de gemeten NAP hoogten en geschatte geoïdehoogten. Deze geoïdehoogten volg den uit interpolatie van het model van de TU Delft [6], Ook hier bleken (tabel 2) de X- en Y-verschillen kleiner dan 36 mm, terwijl de hoogtediscrepanties onder de 26 mm bleven. 6. Kostenvergelijking De personeelsinzet was drie RD ploegen (van twee man) bij de metingen. Een RD ploeg kost ruwweg f 2 000,— per dag (all-in). De kosten van het GPS project be droegen dus 3 x 5 x 2 000,— is f30 000, Het kring- net Landgraaf kent ongeveer 200 punten. Een ge middelde prijs per kringnetpunt is f 500, zodat het kringnet f 100 000,— heeft gekost. Voor bovenstaande f 30 000,— krijg je maar 8 punten, dit is f 3 750,— per punt. Nu is het natuurlijk wel zo, dat een groot aantal van de kringnetpunten nooit zal worden gebruikt en slechts zijn gemeten omwille van de constructie. Zou dit bijvoor beeld in de verhouding 1 3 zijn, dan zijn de kosten per „nuttig" kringnetpunt f 2 000, Bepaling met GPS is dan op dit moment nog tweemaal zo duur, maar dit zal, als er meer satellieten beschikbaar komen, zeker anders komen te liggen. Voornaamste reden hiervoor is, dat ge durende een langere periode kan worden gemeten, ter wijl de tijd voor één meting minder kan zijn door de ver beterde satellietconfiguratie. 7. Conclusies Ten aanzien van het hoofddoel van dit GPS project werd uit de resultaten van hoofdstuk 5 geconcludeerd, dat geen ongerechtigdheden konden worden geconstateerd in de terrestrische bepaling van de paspunten; naar het inzicht van de RD heeft de Directie Limburg van het Kadaster dus een kringnet geleverd, dat aan de te stellen eisen voldoet. De fotogrammeters zijn op dit moment van schrijven nogmaals kritisch hun resultaten aan het bestuderen om te trachten een fout op te sporen; wel licht leest u te zijner tijd meer hierover in dit tijdschrift. Voor de RD zelf was het belangrijker in dit project te kun nen constateren, dat de GPS techniek goed bruikbaar is ter bepaling van paspunten; de resultaten zijn „net zo goed" als met een kringnet, terwijl de turn-around-tijd veel korter is. Het bleek namelijk mogelijk in één maand het totale project uit te voeren. Er was een week voorbe reidingstijd nodig, er werd één week gemeten en er zijn twee weken gebruikt om alle gegevens uit te werken (GPS vereffening, centreringsberekeningen, vergelijking met RD en NAP, opstellen rapport). Tot slot nogmaals: paspuntbepaling met GPS is op dit moment nog duurder dan met de kringnetmethode, maar dit zal naar verwachting in de nabije toekomst wel eens omgekeerd kunnen komen te liggen. T ransformatieconstanten P 1,000003; Q -0,000004; A 1,000003 Hoek tussen oude en nieuwe stelsel - 0,0003 gon. Restverschillen (meters) puntnummer proj. dir. Limburg DX DY c.q. RD 1 RD 629308 -0,004 0,028 2 pp 848050 -0,002 -0,018 3 pp 848070 -0,021 0,011 4 pp 848110 0,000 0,002 5 pp 868150 0,028 -0,015 6 pp 868170 0,036 - 0,006 7 pp 805170 -0,007 0,003 8 RD 600804 -0,029 -0,003 Tabel 1. Resultaten overbepaalde gelijkvormigheidsaansluiting tweedimensionale vergelijking. puntnummer proj. dir. Limburg c.q. RD DX DY Dh 1 RD 629308 0,004 -0,028 -0,023 2 PP 848050 0,003 0,018 0,026 3 PP 848070 0,021 -0,011 -0,005 4 PP 848110 0,000 -0,002 -0,005 5 PP 868150 -0,028 0,015 0,014 6 PP 868170 -0,036 0,007 0,018 7 PP 805170 0,007 -0,002 -0,015 8 RD 600804 0,029 0,004 -0,011 Tabel 2. Restverschillen in meters na driedimensionale transforma tie, omgerekend naar X, Y (RD) en NAP-hoogte. Literatuur 1. Sonnenberg, W., Efficiënte fotogrammetrische kaartvervaardi ging, lezing bij gezamenlijke studiedag NVG en NVF, 28 april 1986 (niet gepubliceerd). Zie ook het verslag van de lezing van W. Sonnenberg op de NGL-rayonbijeenkomst van 6 mei 1986 in NGT Geodesia 1986, no. 7/8, p. 263. 2. Molenaar, M., Over de interactie tussen terrestrische netwerken en fotogrammetrische blokken. NGT Geodesia 1986, no. 11. 3. Rummel, R., Geodetisch gebruik van traagheidsnavigatie en van het Global Positioning System. NGT Geodesia 1987, no. 1. 4. Sluiter, P. G., GPS techniek, apparatuur en toepassingsmetho den. NGT Geodesia 1987, no. 2. 5. Husti, G. J., F. J. J. Brouwer J. van Buren, First experiences using the TRIMBLE 4000S GPS receiver in the Netherlands. GPS-nieuwsbrief, uitgave Werkgroep Toegepaste Ruimtegeo- desie van de Rijkscommissie der Geodesie, Delft, no. 87-1, juni 1987. 6. Willigen, G. W. van, De gravimetrische geoide van Nederland, NGT Geodesia 1986, no. 7/8. 320 NGT GEODESIA 87

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1987 | | pagina 8