examenopgaven
K-M\(
Examen voor Landmeetkundig tekenaar NLF
1987*)
1753. Het boek bevat ook nog enige illustraties, ledereen die be
langstelling heeft in de geschiedenis van ons vakgebied, zou kennis
moeten nemen van de inhoud van de diverse artikelen, die geza
menlijk een waardevolle bijdrage leveren tot onze kennis van de
vaderlandse landmeetkunde.
H. C. Pouls, secretaris werkgroep
„DRIE EEUWEN NORMAAL AMSTERDAMS PEIL
2E DRUK
Publikatie no. 48 in de Rijkswaterstaatserie, Hoofddirectie van de
Waterstaat. Verkrijgbaar bij de Meetkundige Dienst van de Rijks
waterstaat, postbus 5023, 2600 GA Delft.
De NAP-jubileumbrochure uit 1986 (zie mijn bespreking in NGT
Geodesia 1986, no. 4, p. 142 - 143) is vanwege de kennelijk grote
belangstelling herdrukt. Volgens de titelpagina gaat het om een
herziene druk. De wijzigingen betreffen niet de ouderdom van het
NAP, maar op hetzelfde aantal van 56 pagina's kon een tiental
foto's meer worden afgedrukt.
Een schoonheidsfoutje van de afdeling Reprografie van de Meet
kundige Dienst is, dat de befaamde NAP-postzegel negatief (dus in
omgekeerde tinten) op de omslag staat afgebeeld.
Een fraaie uitgave die nog steeds goed is voor één a twee uur infor
matief leesplezier!
F. J. J. Brouwer
KAARTTEKENEN Tijd: 6 uur
Verstrekt werden twee veldwerken (no. 1 en 2), tekenmateriaal
(Stabilene no. 441107), calqueermateriaal (Stabilene no. 441127)
en afwrijfschrift.
Gegeven zijn de coördinaten van een achttal grondslagpunten.
Kaarteer de veldwerken no. 1 en 2 op schaal 1 500 op het ver
strekte tekenmateriaal. Het ruitennet en de op dit blad vallende
grondslagpunten zijn reeds uitgeprikt. De figuratie op verzorgde
wijze in potlood afwerken. Daarna de situatie calqueren in inkt op
het verstrekte calqueermateriaal.
De kaarttekst dient de kandidaat naar eigen keuze en inzicht aan te
brengen op de calque, zoals lettertype en -hoogte, draad- en/of
blokschrift, alsmede welke elementen beschreven c.q. met een sig
natuur moeten worden aangegeven. De beschrijving van de calque
kan naar eigen keuze van de kandidaat geschieden:
a. met handbeschrifting;
b. met behulp van het ter beschikking gestelde afwrijfschrift.
N.B. De beschrijving en afwerking van de calque dient te worden
uitgevoerd met inachtneming van het normblad NEN 3256.
Bij de beoordeling van de resultaten zal rekening worden gehouden
met het feit of de kandidaat al dan niet gebruik heeft gemaakt van
afwrijfschrift.
TECHNISCH TEKENEN Tijd: 2/z uur
Voor de aanleg van een rioolpersleiding (0 300 mm uitwendig) is
over de Oostelijke Rijkswaterleiding in de geprojecteerde as een
lengtemeting uitgevoerd. Aansluitend zijn een enkele doorgaande
waterpassing, een profielmeting en een peiling verricht volgens bij
gaande opnamegegevens (blad 1, 2 en 3). In onderstaande kaart op
schaal 1 2000 (verkleind weergegeven) is de as van de persleiding
getekend.
TOPOGRAFISCH TEKENEN Tijd: 3 uur
Verstrekt werden bijgaand kaartje van een situatie op schaal
1 2000 (verkleind weergegeven), tekenmateriaal (Stabilene no.
441127) en afwrijfschrift.
1.
2.
Bijgaand kaartje calqueren in inkt op het verstrekte tekenmate
riaal. De contourlijnen van de bebouwing in een dikkere lijn teke
nen dan de overige lijnen.
De calque afwerken met inachtneming van het normblad NEN
3256. De beschrijving naar eigen keuze aanbrengen, hetzij door
middel van handbeschrifting, hetzij met behulp van het beschik
baar gestelde afwrijfschrift. Een keuze uit lettertype en -hoogte,
draad- en blokschrift wordt overgelaten aan het inzicht van de
kandidaat.
s/A
N.B. De kandidaat dient van elk van de hierna genoemde onder
delen tenminste een gedeelte te behandelen: hoogtelijnen, bebou
wing, signaturen en kaarttekst.
De volledige examenopgaven en -verslagen van onderstaand
examen, evenals die van 1955 tot en met 1977 en van 1979,
1981, 1983 en 1985 kunnen worden besteld bij het secretariaat
van de NLF-examencommissie, Hoyledesingel 36, 3054 EL
Rotterdam, door overmaking van 7 6,— per examen op post
rekening 390479.
H00GTEMERK A
AS PFRS1E1DING
De Rijkswaterleiding zal worden gekruist door middel van een
zinkerconstructie, die op de oever zal worden vervaardigd en later
zal worden afgezonken. Het aanzicht van de zinker is onderstaand
geschetst.
OOSTELIJKE
RIJKSWA TERLEIOING
as 0300mm
De dekking kortste afstand tussen de bovenkant van de perslei
ding en het aardoppervlak) bedraagt in de vaart: 1,50 m, onder
sloten: 1,00 m en in het maaiveld: 1,25 m.
Gevraagd:
1. Bereken de waterpassing, inclusief de peiling van de vaart in
NAP.
2. Kaarteer met potlood het lengteprofiel zowel horizontaal als ver
ticaal in de schaal 1 200 en werk het profiel af volgens NEN 449
in potlood. (Oostzijde is links op de tekening!)
3. Bereken de hoogte in NAP van de boven- en onderkant van de
persleiding ter plaatse van:
a. de beschoeiingen;
b. het diepste punt onder de vaart;
c. de sloot ten westen van de vaart;
d. de oostelijke oever.
NGT GEODESIA 87
421