Planvorming en bestuurlijke aspecten:
Nederlandse situatie")
door ir. S. Huijberts, inspecteur Landinrichting te Roermond.
SUMMARY
Planning and governmental aspects: situation in the Netherlands
After an overview of the old and new landconsolidation projects in Limburg, a description is given of
the governmental aspects concerning the preparation phase of landconsolidation as is laid down in the
Landconsolidation Law of 1985. The author concludes that more and more time is needed for the deve
lopment of landconsolidation plans and makes a plea for a more simple and a faster plandevelopping
process.
Inleiding
De inleiders hebben van de organisatoren van deze stu
diedag de vrijheid gekregen bij het uitwerken van deze
titels in hun inleidingen. Noch de heer De Muynck, noch
ik hebben de behoefte gevoeld om sterk af te wijken van
de gegeven titels, omdat daardoor mogelijk de onder
linge afstemming van de inleidingen en daarmee de op
zet van deze studiedag in het gedrang zouden kunnen
komen. Wel heb ik de vrijheid genomen om in mijn inlei
ding te refereren aan de Limburgse situatie, daarbij tege
lijk vermeldend dat de Limburgse situatie niet wezenlijk
anders is dan in overig Nederland.
Limburgse situatie
Gereedgekomen vrijwillige ruilverkavelingen en kavelruil
Op de figuur op p. 403 zijn de ruilverkavelingen bij over
eenkomst en de kavelruilen aangegeven, die tot nu toe
in Limburg zijn uitgevoerd, namelijk:
vrijwillige ruilverkave
lingen: 10 000 ha, 26 projecten;
kavelruil: 1 000 ha, 104 projecten.
Kenmerkend voor Limburg zijn de grote vrijwillige ruil
verkavelingen in Midden- en Noord-Limburg in de jaren
zestig. Zij hadden vaak een oppervlakte van 500- 1 000
ha, met een uitschieter van 1 672 ha (Egchel) in Midden-
Limburg. Typerend voor deze soort ruilverkavelingen
was de relatief korte tijd van vijf jaar, voor voorbereiding
en uitvoering gezamenlijk. Dit systeem van omvangrijke
vrijwillige ruilverkavelingen is overigens weer vrij snel
verlaten, omdat de 100% overeenstemming door de
maatschappelijke ontwikkelingen steeds moeilijker kon
worden bereikt en ook omdat het proces in financieel op
zicht moeilijk was te besturen en te controleren. Overi
gens was dit een vorm van privatisering van de land
inrichting, die wellicht nader onderzoek verdient. De be
geleiding van het proces berustte goeddeels bij de cul
tuurmaatschappijen, bijgestaan door een zogenaamde
„contactcommissie" van landbouwers uit het gebied.
De kavelruil is in Limburg naar verhouding bescheiden
gebleven met rond 1 000 ha, ondanks de slechte verka
velingstoestand. Oorzaken zijn wellicht de grote behoef
te aan ambtelijke begeleiding en de toch vaak te grote
omvang (bedrijven en belanghebbenden), waardoor
overeenstemming moeilijk blijft.
Inleiding gehouden op 26 maart 1987 te Baarle-Nassau tijdens
de studiedag van het Genootschap voor Kuituurtechniek (Bel
gië) en de Studiekring voor Cultuurtechniek (Nederland).
NGT GEODESIA 87
Gereedgekomen wettelijke ruilverkavelingen
De figuur geeft aan, welke wettelijke ruilverkavelingen
in Limburg tot stand zijn gekomen. Tot nu toe zijn sinds
de Broekbemden in 1932 rond 35 projecten voltooid met
een gezamenlijke oppervlakte van ongeveer 65 000 ha.
Kenmerkend is de geleidelijke verschuiving door de
jaren heen van Noord- en Midden-Limburg naar Zuid-
Limburg. Dit is te verklaren door de veranderingen in de
landbouw. Naast het verbeteren van de produktiemoge-
lijkheden, waterbeheersing en grondverbetering gingen
ook geleidelijk aan de produktiekosten een grotere rol
spelen. Daardoor kwam Zuid-Limburg, met goede pro-
duktiemogelijkheden (lössgrond) maar hoge produktie
kosten door slechte verkaveling en ontsluiting, meer in
beeld.
Landinrichtingsprojecten in voorbereiding en in uit
voering
In uitvoering zijn 10 projecten met een oppervlakte van
47 000 ha. In voorbereiding zijn 6 projecten met een
oppervlakte van 28 000 ha. In dit geheel komen alle
vormen van landinrichting voor, die in de wet worden
genoemd. Interessant daarbij is met name de aanpas
singsinrichting „Beek" ter begeleiding van de uitbrei
ding van het vliegveld „Zuid-Limburg".
Structuurschema Landinrichting
Het structuurschema is, via de procedure van de Plano
logische Kernbeslissing, vastgesteld in het voorjaar van
1986. Op het structuurschema komen voor de gebieden,
die in aanmerking komen voor ruilverkaveling öf herin
richting. In Midden- en Noord-Limburg zijn dit in hoofd
zaak reeds eerder verkavelde gebieden, waar met name
de waterbeheersing en de verkaveling, en de land
schapsbouw om verbetering vragen.
In Zuid-Limburg betreft het vooral het gebied van de
Oostelijke Mijnstreek en de verbetering van het land
schap en de landbouw in enkele kleinere gebieden. Voor
Limburg is ongeveer 30 000 ha op het structuurschema
aangegeven.
Bestuurlijke aspecten
Wat planvorming inhoudt, behoef ik in dit gezelschap
niet uiteen te zetten. Wel wil ik aangeven, wat ik in dit
verband versta onder „bestuurlijke aspecten". Als defi
nitie daarvoor wil ik u voorleggen:
,,Het richting geven door de Overheid aan de vraag van
uit de samenleving naar landinrichting".
Ikzelf vind deze definitie uiteraard hanteerbaar omdat
hierin de keuzemogelijkheden worden opengelaten voor
de bestuurders, zowel ten aanzien van de richting die
men wil uitgaan als de mate waarin men de gekozen
401