L_ L J L Uitgangspunten Als basis voor het programma CONTOUR LINES werd een personal computer gekozen met MS DOS [2] als operating system. Met behulp van een bestaand teken pakket, zoals Autocad (TM) [3], kunnen de berekende isolijnen worden gevisualiseerd. Ter afbakening van de probleemstelling is aan de invoer een (voorlopige) be perking opgelegd. Zo moet de meetinformatie voort komen uit een rastermeting, bestaande uit doorlopende, loodrecht op elkaar staande lijnen. Globale werkwijze Vooraleer dieper in te gaan op de werking van het pro gramma en de theoretische benadering van de pro bleemstelling, volgt eerst een totaalbeeld van het wer ken met CONTOUR LINES. De landmeter meet het terrein volgens de alom bekende raaienmethode (gridmethode). De verzamelde meet gegevens worden daarna manueel in het programma CONTOUR LINES ingevoerd, waarna het rekenproces kan worden opgestart. De berekende isolijnen worden door het programma weggeschreven naar een Drawing Interchange File (.DXF). Deze .DXF File kan door een hiervoor geschikt tekenpakket, zoals Autocad (TM), worden ingelezen. De gebruiker kan nu met behulp van dit tekenpakket de isolijnenkaart verder naar believen manipuleren. Invoer Zoals reeds bij de uitgangspunten is vermeld, moet de in voer voortkomen uit een rastermeting, bestaande uit doorlopende, loodrecht op elkaar staande lijnen. Voor de methode van opmeten van het terrein en de wijze van in voer van de meetgegevens in het programma wordt ver wezen naar fig. 1. Van ieder snijpunt van het horizontaal geprojecteerde raster wordt de x-, y- en z-coördinaat ten opzichte van een lokaal coördinatenstelsel bepaald. Het is mogelijk om middels bepaalde opties het raster te transleren en/of te roteren. Op deze wijze kan men diverse raster- metingen aaneenschakelen of coördinaten omrekenen naar bijvoorbeeld RD-coördinaten. Berekening isolijnen De handmatige lineaire interpolatietechniek, toegepast bij rastermetingen, is als leidraad genomen voor het pro- BA oorsprong meeHijn 5 -meeHijn 4 meetlijn 3 -meetlijn 2 meetlijn 1 delta-x Fig. 1. Invoer CONTOUR LINES. gramma CONTOUR LINES. Globaal komt deze hand matige berekeningswijze erop neer, dat voor het verkrij gen van een isolijn tussen elk van de ingemeten punten middels rechtlijnige interpolatie, punten van de desbe treffende isolijn worden bepaald. Een aldus verkregen opeenvolgende rij van punten wordt dan door een vloei ende lijn verbonden. Verder is ernaar gestreefd om middels de computer- matige berekeningswijze een hogere nauwkeurigheid te verkrijgen. Globaal is de berekening, welke door CON TOUR LINES wordt toegepast, op te splitsen in drie be werkingen: 1Het met behulp van interpolatie bepalen van een aan tal punten van de isolijn. 2. Het in de juiste volgorde zetten van deze punten. 3. Het met behulp van een wiskundig model bepalen van een vloeiende isolijn door deze punten. Ad 7. Voor de bepaling van een aantal punten van de ge zochte isolijn moet het raster in rechthoeken worden op gedeeld. De hoekpunten van deze rasterrechthoeken worden gevormd door vier ingemeten rasterpunten. Uitgangspunt voor het bepalen van een aantal punten van de isolijn is dat, indien de desbetreffende isolijn een rasterrechthoek doorloopt, men in deze rasterrechthoek drie punten van deze isolijn bepaalt. Deze drie punten te zamen geven de vorm van de isolijn binnen de raster rechthoek zo goed mogelijk weer. De snijpunten van de desbetreffende isolijn met de randen van de rechthoek vormen de eerste twee punten. Deze randsnijpunten vindt men met behulp van rechtlijnige interpolatie con form handmatige berekeningswijze. Om de nauwkeurig heid van de isolijn binnen de desbetreffende rasterrecht hoek te vergroten, wordt ook nog een derde punt van deze isolijn bepaald. Hiervoor wordt de isolijn binnen de rasterrechthoek benaderd door een hyperbolische func tie. Het derde punt wordt nu bepaald door dat punt van de hyperbool, dat de vorm van de isolijn binnen de rasterrechthoek het beste weergeeft. Ad 2. Met behulp van de onder ad 1 vermelde methode kan men, indien aanwezig, per rasterrechthoek een drie tal punten bepalen van de gezochte isolijn. Op deze manier kan men, door steeds een andere rasterrecht hoek te bekijken van de gehele rastermeting, groepjes van drie punten berekenen. Daar het verloop van de iso lijn echter niet van tevoren te bepalen is, verkrijgt men een ongeordende verzameling van dit soort groepjes. Om nu de ongeordende verzameling in de juiste volgorde te zetten, wordt gebruik gemaakt van een eenvoudig ge geven: twee naast elkaar gelegen rasterrechthoeken be zitten een gemeenschappelijke zijde en dus een gemeen schappelijk randsnijpunt. Aan de hand van dit gegeven is een routine opgezet, waarmee men de ongeordende verzameling van groepjes van drie punten in de juiste volgorde kan zetten. Ad 3. Voor het berekenen van vloeiende lijnen staan diverse wiskundige modellen ter beschikking, zoals Be- zier, Hermite en B-spline [4], Uitgaande van een ge geven opeenvolgende rij van punten is voor de bepaling van een vloeiende isolijn door deze punten de Hermite Form het aangewezen model. De Hermite Form legt een lijn vast aan de hand van twee punten met bijbehorende richtingsvectoren (fig. 2). Hiervoor dient aan de hand van de opeenvolgende rij van punten een aantal derde- machts-vergelijkingen te worden opgesteld. 508 NGT GEODESIA 87

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1987 | | pagina 12