De resultaten van bezwarenbehandeling, van kartografi- sche verwerking van mutaties na peildatum en van de perceelsvorming worden eveneens aan ARAK aange leverd. Bij de bezwarenbehandeling blijft ten behoeve van het aangeven van mogelijke oplossingen de admi nistratieve component in KAS beschikbaar. Bij de beide andere handelingen vindt rechtstreekse levering aan ARAK plaats. De resultaten van het ondersteunen van de tweede schatting worden eveneens rechtstreeks aan ARAK aan geleverd. De relatie met het INOK-systeem is gesitueerd in de in- schetsfase. Ten behoeve van het inschetsen wordt de eindoplossing uit INOK overgenomen, waardoor tevens de verschillen ten gevolge van het inschetsen zichtbaar worden. Na het inschetsen worden de resultaten in z'n geheel of in gedeelten naar INOK overgebracht, zodat zonodig met behulp van de functie selecteren en aggre geren een evaluatie van de schets kan plaatsvinden. De relatie met LKI houdt in, dat digitale topografische bestanden aan KAS worden geleverd, zodra men ge gevens wil invoeren die verband houden met het Werk plan II (zoals het definiëren van de blokgrens en andere blijvende grenzen). Afhankelijk van het nog nader vast te stellen alternatief ten aanzien van bijhouding van de topografie levert daarna LKI actuele bestanden aan KAS of andersom. Aan het einde van de ruilverkaveling levert KAS de perceelsgewijze indeling in digitale vorm aan LKI en, afhankelijk van het nog nader vast te stellen alter natief, eveneens de topografie. Apparatuur Het Kartografisch Administratief Systeem is in principe apparatuur-onafhankelijk ontwikkeld en zal, althans in eerste opzet, op de volgende configuratie worden ge ïnstalleerd: MicroVax (intern geheugen 1Mb per werkstation 1 Mb; extern geheugen 150 Mb harddisk); Tektronix 4207 grafisch scherm (13 inch) in combina tie met AO GTCO digitizer, of Tektronix 4111 grafisch scherm (19 inch) met A3 GTCO digitizer; printer; Calcomp 1043 drumplotter; schijfeenheid (400 Mb). Overigens waren bij de FINGIS opleiding acht grafische schermen, drie AO digitizers, een printer en een plotter aangesloten op een MicroVax met een intern geheugen van 16 Mb en een harde schijf van 160 Mb. ARAK Automatisering Ruilverkavelings Administratie Ka daster. DFK Digitaal Fotogrammetrisch Kaartering. INOK Interactief Ontwerpen van Kavelstructuren. SSI Systeem Scherp Inrekenen. GIMMS Geographic Information Manipulation and Map ping System. Ontwikkeling van het systeem Projectorganisatie De materieverantwoordelijkheid voor de ontwikkeling van KAS berust bij de directeur Landinrichting. De pro jectverantwoordelijkheid berust bij een projectgroep die de volgende samenstelling heeft: ir. M. P. Moolenaar (projectleider) C. M. J. Lemmen (secretaris) dhr. A. S. Booij (projectadvisuer) dhr. L. J. Venema (systeemontwerper) dhr. W. Witteveen (systeemontwerper) Door de opsplitsing in subsystemen zijn twee werkgroe pen geformeerd waarin tevens deelnemen mr. J. H. Kampman, dhr. L. den Boer, dhr. H. Leenders, allen materiedeskundige. Planning KAS is gesplitst in vier subsystemen die een eigen ont wikkelingsgang volgen. De subsystemen KAS-V en KAS-T verlopen parallel en zijn gedetailleerder gepland. 1. functioneel ontwerp februari 1988 2. technisch ontwerp april 1988 3. programmering mei 1988 4. systeemtest juni 1988 5. acceptatietest juli 1988 6. invoering september 1988 Gelijktijdig met het subsysteem KAS-T wordt het sub systeem SSI-digi ontwikkeld. Dit betreft het aan SSI toevoegen van een digitaliseermogelijkheid. De sub systemen KAS-K en KAS-S zijn nog niet gedetailleerd gepland, maar het ligt in de bedoeling de invoering medio 1989 te doen plaatsvinden. Invoering van het systeem Bij de invoering wordt onderscheid gemaakt tussen pro jecten met een DFK-bestand, projecten die beschikken over Systeem Detailmeting '76-bestanden en de analoog uitgevoerde projecten. In projecten met een DFK-be- stand wordt KAS ingezet, in projecten met een Systeem Detailmeting '76-bestand en in analoge projecten wordt SSI-digi gebruikt. Daarnaast wordt in de vestigingen Zwolle en Alkmaar ten behoeve van het vervaardigen van kavelkaarten en bijbladen het FINGIS ingezet. Opleiding Opzet a. De activiteiten met betrekking tot opleiding worden onderscheiden in voorlichting, introductie en training (leren omgaan met). De voorlichtingsactiviteiten dragen een algemeen karakter en zijn gericht op het Kadaster in het alge meen en op de vestigingen in de provincie. De introductie is meer specifiek gericht op de provin ciale vestigingen waar voor de eerste keer het sys teem of delen ervan zullen worden toegepast. De training is gericht op medewerkers in de landin richtingsprojecten die zich in een fase bevinden waar in het systeem, of delen ervan, kunnen worden toe gepast. ir ir. J. v.d. Veen dhr. M. P. den Breejen 518 (materiedeskundige) (materiedeskundige) Overzicht van een gedeelte van de opleiding. NGT GEODESIA 87

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1987 | | pagina 22