niet-geodeten op posities zitten, zoals aan het hoofd van het Kadaster, de Meetkundige Dienst enz., waar mijns inziens geodeten behoren te zitten. Kweek geen vak idioten die alle details van metingen kennen, maar mensen met overzicht. Zorg voor het juiste evenwicht. Hoe zie je de toekomst van de mariene geodesie in het licht van de opkomst van deblack box" techniek, zoals GPS, de Sercel SR3/STR4 Syledis mobiles enz.? Er zit een groot gevaar aan de „black box" techniek, vooral als je nagaat, wie de systemen ontwerpt. Het blijkt dat dit veelal informatici en elektrotechnici zijn, ter wijl de geodeet erbij betrokken had moeten zijn. Daarom ontwikkelen wij ook altijd zelf onze software om de ruwe data te kunnen verwerken. Wij zijn op het ogenblik bezig met het ontwikkelen van een QC (kwaliteitscontrole) pakket voor GPS-waarnemingen. Ook hier geldt, dat je moet weten wat een ander produceert. Ondanks het feit dat bij vele contractors geodeten werkzaam zijn, heeft Shell ook voor de standaard positionering een kwaliteits controle pakket ontwikkeld. Afgezien van de genoemde „black box" techniek ligt er voor de mariene geodeet nog veel werk in het verschiet. Om enkele voorbeelden te noemen, in de toekomst zal er in steeds diepere wateren worden gewerkt, tot enkele duizenden meters diep. De problemen die daarbij komen kijken, liggen voor een groot deel op het gebied van de plaatsbepaling: als je een robot iets wilt laten vervangen, dan zul je exact moeten weten waar hij is. De problemen met betrekking tot de verschillende da tums in het licht van de ontwikkeling van de satelliet- plaatsbepalingssystemen zijn ook nog lang niet opge lost. De digitale kaart, remote sensing, noem maar op. Dit betekent natuurlijk wel, dat de geodeet een brede opleiding moet krijgen om al die problemen te kunnen oplossen en de samenspraak met de informaticus, de elektrotechnicus en de civiel, enz. aan te kunnen. Je kunt het niet aan de anderen overlaten, want het denk patroon van de niet-geodeten ligt toch altijd geheel anders met betrekking tot nauwkeurigheden, statisch en dynamisch. Hoe komt Shell in de Rijkscommissie voor Geodesie en wat doen jullie daar? Om de eerste vraag te beantwoorden, dat weet ik niet, het stamt vermoedelijk uit de tijd van de fotogramme- trische opnemingen in Nieuw-Guinea, toen een nauwe samenwerking ontstond tussen TU, Rijkswaterstaat en Shell. Shell zit overigens niet in de Rijkscommissie, maar in de subcommissie Mariene Geodesie. Ik heb uit hoofde van mijn functie in de commissie gezeten; mijn opvolger Paul Edge heeft dat nu overgenomen. Shell is het enige, niet overheidsbedrijf, dat zitting heeft. Ik vind het zinvol, dat het bedrijfsleven is vertegenwoordigd in zo'n com missie. Het nut van de commissie en onze inbreng blijkt bijvoorbeeld uit de invloed die we hebben kunnen uit oefenen op het studiepakket van de geodetische oplei ding en de samenwerking tussen de Shell/Koninklijke Marine en de TU. Afgezien van de Rijkscommissie hebben wij ook op ad- hoc basis contacten met de TU voor assistentie bij het oplossen van geodetische problemen. Dan blijkt toch wel, dat de faculteit een opleidingsinstelling is en geen geodetisch instituut. Men is wel geïnteresseerd om een probleem op te lossen, maar daarna is het routinewerk en is er geen belangstelling meer. Wat zijn de technische diepte- en hoogtepunten van je carrière geweest? (Lange stilte). Tja, dat is moeilijk.Ik geloof dat de werkmethoden zoals Shell, eigenlijk iedereen, die vroe ger had, een dieptepunt was; zonder controle, zonder de geëigende middelen. Hoogtepunt was feitelijk het mo ment, dat ik de Amerikanen van Shell Oil ervan had overtuigd dat surveying op de juiste wijze een noodzaak is. Je moet daarbij bedenken, dat het vak landmeet kunde in zeer laag aanzien stond. Om een visum te ver krijgen voor de Verenigde Staten, heb je een prioriteiten rangorde. Er zijn vijf of zes gradaties, onderop staat de ongeschoolde werknemer en op de een na onderste plaats staat de „technician". De surveyor had vroeger deze positie, ondanks zijn kwalificaties als bijvoorbeeld MSc. in Surveying of Geodesie. Door de inspanning van velen, waaronder ook het American Congress of Sur veying and Mapping, is de status van het beroep nu ver schoven naar de tweede plaats. In feite is het begin van mijn carrière het technische dieptepunt geweest en het einde het succes in Amerika het hoogtepunt. Qua projecten is het plaatsen van het eerste grote be tonnen Brent platform op de Noordzee een hoogtepunt in mijn carrière geweest. Dat ik eraan heb meegedaan was niet alleen uit technisch oogpunt interessant, maar het heeft me ook de ervaring gegeven dat ik bij de vol gende platforms wist wat de problemen waren. Wat zijn de criteria, die Shell stelt voor het aannemen van nieuw personeel? Shell kijkt vooral of de sollicitant geschikt is om later een manager te worden, met andere woorden je kijkt naar „personality". Daarbij kijk je niet alleen of de kandidaat geschikt is voor een managerfunctie binnen Topo, maar ook daarbuiten. Uiteraard wordt ook op kennis en capa citeiten geselecteerd. Over het algemeen zijn de mensen uit Delft goed. Het feit dat er een aantal jaren geen men sen uit Delft zijn aangenomen, lag meer aan de omstan digheden binnen Shell dan dat de mensen niet goed ge noeg waren. Al heb ik ook wel een keer gedreigd geen Delftenaren meer aan te nemen als bepaalde zaken niet zouden worden veranderd, maar dat was niet zo serieus NGT GEODESIA 87 Interviewer Ferwerda: vol aandacht voor de geïnterviewde. 500

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1987 | | pagina 4