licht durfde niemand het toe te geven dat NGT Geodesia bijna ongeopend bij het oud papier verdwijnt. Ons bleek ook, dat de belangstelling van de lezers op de eerste plaats uitgaat naar de artikelen; 65% noemde dit als belangrijkste. De rubrieken in het kleine lettertype (Berichten, Verslagen, enz.) had voor 23% de eerste interesse, terwijl 12% het niet uitmaakte, of de personeelsadvertenties noemde als voornaamste reden een abonnement op NGT Geodesia te hebben! Het volgende blokje vragen betrof een aantal technische aspecten. Gevraagd naar de uitvoering, opmaak en verzorging vond 16% dat dit voortreffelijk was en niets te wensen overliet. 80% hechtte hieraan het predikaat goed, terwijl slechts 4% vond dat het echt wat beter moest. Overigens vond niemand de uitvoering slecht. Dit is zeker een groot compliment in de richting van onze redactie assistente en van onze drukker; dat mag ook weieens worden ge zegd! Even doorpratende blijkt dat niet iedereen „voortreffelijk" zegt, omdat men de uitvoering en opmaak toch wat „stijfjes" vindt en er ook wel wat meer kleur zou kunnen worden gebruikt. Aangezien ons weieens klachten bereiken over de lettergrootte, hebben we ook gepeild wat men vindt van de kleine lettertjes van de rubrieken. 78% blijkt er geen problemen mee te hebben, dus 22% vindt ze eigenlijk te klein om voldoende leesbaar te zijn. Dit is derhalve wel een punt waarover de redactie eens moet na denken. De advertenties zijn minder een steen des aanstoots: slechts 10% heeft zich hieraan ooit gestoord. Dit betreft dan ofwel de klacht dat het soms wel teveel een advertentieblad is alhoewel men wel beseft dat ook financiële overwegingen daarbij een rol spelen ofwel men ergert zich aan de losse advertentiebijlagen. De volgende vraag was of men het acceptabel vindt, dat er af en toe een artikel in de Engelse taal wordt gepubliceerd. De kleinst mogelijke meerderheid (51 is daar tegen; men denkt er te veel moeite mee te hebben of vindt gewoonweg dat in een Nederlands tijdschrift ook in het Nederlands moet worden gepubliceerd. Dit is een duidelijk signaal voor de redactie, dat slechts met de grootst mogelijke terughoudendheid Engelse artikelen kunnen worden ge plaatst! Het laatste blokje van de enquête ging enigszins in op wat u nu van de inhoud van NGT Geodesia vindt. Als eerste vroegen we of men de laatste tijd een kwaliteitsverandering bij het tijdschrift heeft ervaren. Bij deze vraag was dus niet nader gespecificeerd wat voor verandering; men kon zelf invullen of dit inhoudelijke kwaliteit was of vormgeving of wat dan ook. Daarop antwoordde de meerderheid (57%), dat het naar hun idee gelijk was gebleven. Een kleine minderheid vond het tijdschrift eerder slechter gewor den; dit „slechter" werd dan gelijkgesteld met „moeilijker", dus dat er minder dan voorheen artikelen geplaatst worden die direct aansluiten bij de praktijk van alledag. Gelukkig voor de redactie blijft er dan toch een royale 35% van onze lezers over die juist vinden, dat NGT Geodesia de laatste tijd beter en interessanter is dan een paar jaar geleden. We schrijven hier „gelukkig", omdat we uiteraard als redactie vinden dat er de laatste tijd enige zaken zijn verbeterd. Denk bijvoorbeeld aan het weer opstarten van de rubriek „Scripties", de nieuwe vormgeving van de inhoudspagina en ons streven om wat meer aan nieuwsgaring te doen in de ru brieken „Berichten" en „Verslagen". Over dit streven naar een verdergaande journalistieke aanpak van NGT Geodesia stelden we de vraag of men dit een goede koers vindt of niet. Maar liefst 90% zou inderdaad meer „nieuwswaar de" op prijs stellen! Slechts 6% had er bezwaar tegen, onder het motto dat NGT Geodesia toch op de eerste plaats een vakblad moet zijn en geen krant mag worden. De resterende 4% maakte het niet uit. In het verlengde hiervan vroegen we ook of men een landmeet kundige software rubriek zou waarderen, een plannetje dat wel door het hoofd van de redactie speelt. Hierover waren de menin gen verdeeld: 49% zei „ja"; 37% „nee"; en 14% „misschien". We zullen er nog eens over nadenken. Ook informeerden we hoe de miniserie was bevallen, niet zozeer qua inhoud, maar om het idee om in een aantal opvolgende num mers een onderwerp dieper uit te spitten, bijvoorbeeld ook in cur- susvorm. 67% ziet wel iets in deze aanpak en vindt het in ieder geval beter dan een „themanummer", terwijl 31% juist liever dit laatste ziet. De resterende 2% kon geen keus maken. Tenslotte vroegen we ook nog naar eventuele kritiek op of sug gesties voor het tijdschrift. Zonder verder commentaar noemen we de volgende uitspraken: Komen de rekenopgaven ooit weer terug? Waarom ook niet samenvattingen van HTS-afstudeerscripties? Het papier glimt te veel. NGT GEODESIA 88 4 Graag meer berichten over benoemingen, overplaatsingen enz. van personen. Ook eens wat meer aandacht voor de landmeetkundig-juri dische aspecten. Graag eens een „vergelijkend warenonderzoek" van software. Omslag is wat saai. Ook eens wat meer oog voor wat er in de landen om ons heen gebeurt. Gelukkig kregen we ook nog een compliment, namelijk voor het in stellen van de prijs voor het beste artikel van het jaar (zie hier onder). De redactie voelt zich door deze enquête gesterkt in het gevoel op de goede weg te zijn. Over een aantal punten heeft u duidelijk gesproken, bijvoorbeeld dat Engelse artikelen ongewenst zijn en dat meer nieuwswaarde zeer op prijs wordt gesteld. We proberen dan ook de ingeslagen koers door te zetten in het nieuwe jaar, onder leiding van onze nieuwe hoofdredacteur Henri Aalders (zie interview op p. 2), maar we blijven natuurlijk openstaan voor ver dere suggesties. Schrijf gerust! NGT Geodesia en ook het NGL is er toch voor u! Frits J. J. Brouwer NGL PRIJS „BESTE ARTIKEL 1986" Tijdens de tweede dag van het NGL congres werd ook de aan dacht gevraagd voor een nieuwigheid, namelijk het instellen van een prijs door de Stichting Nederlands Genootschap voor Land meetkunde (NGL) voor „het beste artikel van het jaar verschenen in het tijdschrift NGT Geodesia". Als winnaar van de eerste NGL prijs over het jaar 1986 werd aangewezen: mevrouw ir. M. W. van den Bogaard, geodetisch medewerker bij het Kadaster, op grond van haar artikel „Fotogrammetrische bijhouding van de GBKN", dat is geplaatst in het novembernummer 1986 van NGT Geodesia. Bij de prijsuitreiking verwoordde onze NGL voorzitter Jan Schoe- makers de reden voor het instellen van de prijs: het past in de tota le aanpak van de redactie van NGT Geodesia om een interessanter tijdschrift te vervaardigen, waarbij vooral ook wordt gelet op het vergroten van de „nieuwswaarde", ledereen zo zei hij had de hartekreet in het juli/augustusnummer 1987 kunnen lezen, waarin wordt gevraagd om medewerking bij het publiceren van een aantrekkelijk en evenwichtig artikelenpakket. Deze prijs is nu één van de methoden om dit te stimuleren. Het ligt dan ook in de bedoeling de prijs voortaan jaarlijks uit te reiken. Voor 1986 is de selectie tot stand gekomen middels een beoorde lingsformulier dat is toegezonden aan de leden van het NGL bestuur, de besturen van de aangesloten verenigingen, de redactie en de rayoncommissies. De criteria waren: de aansluiting bij het niveau van de gemiddelde lezer, de interessantheid voor de doel groep, de lengte en vormgeving, de kwaliteit van de opbouw en een algemene totaalindruk. Van de 43 beoordeelde artikelen werd dat van mevrouw Van den Bogaard het hoogst gewaardeerd, namelijk met 8,4 van de maximaal 10 te behalen punten. (N.B. Het „slechtste" artikel Nee, we noemen geen namen! behaalde nog altijd 5,8 punten.) De redactie zal deze cijfers verder gebruiken om nieuwe artikelen te selecteren naar de belangstelling van het lezerspubliek. Jan Schoemakers overhandigt prijswinnares Mia van den Bogaard bloemen en de bijbehorende cheque. 9

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1988 | | pagina 11