stichting NGL
publikaties
Aansluitend reikte ir. W. J. Wolff, president van het Klvl, de prijs
uit, die bestaat uit een legpenning en oorkonde (zie foto).
In zijn dankwoord liet prof. Rummel ook zijn medewerkers en col
lega's meedelen in de eer, vanwege de vele steun die hij had ont
vangen. Een fraaie schets van zijn gehele geodetisch onderzoeks
gebied volgde daarna, als een bekroning van deze middag. Beslo
ten werd met een geanimeerde receptie, waarop velen uit land
meetkundig Nederland van de gelegenheid gebruik maakten prof.
Rummel met zijn prijs te feliciteren.
Frits Brouwer
van de Technische Universiteit Delft, over „Generalisatieproble
men bij het presenteren van digitale topografische bestanden".
Ing. F. B. de Vries, hoofd van de afdeling Terrestrische Geodesie
Zuid van de Meetkundige Dienst van de Rijkswaterstaat, over
„Gemotoriseerd profielmeten".
Ing. H. H. Assink, plv. hoofd automatisering bij de centrale directie
Landinrichtingsdienst te Urecht, over „Automatische datakoppe-
ling m.b.v. interactief grafische systemen".
Deelnamekosten ƒ5, Leden van bij het NGL aangesloten vere
nigingen krijgen f 2,50 korting.
Aanmelden voor de gemeenschappelijke lunch kan tot uiterlijk 20
april 1988. Kosten lunch f 12,50 (tegelijkertijd overmaken op
bankrekening 47.38.27.972 t.n.v. rayoncommissie Zeeland NGL).
De rayoncommissie Zuid-West Nederland
ATTENTIE
In januari j.l. hebben de vrije abonnees en studenten van de
Stichting NGL een acceptgirokaart ontvangen voor de be
taling van het abonnement op NGT Geodesia. Uit de finan
ciële administratie blijkt, dat nog niet alle abonnementen
zijn betaald. Wij verzoeken u vóór 1 mei a.s. alsnog te be
talen, daar wij anders genoodzaakt zijn de toezending van
het tijdschrift stop te zetten.
Mocht de acceptgirokaart zijn zoekgeraakt, verwijzen wij u
naar de inhoudspagina van dit nummer
C. W. Nelis (2e penningmeester),
J. J. S. Kopaszewski (ledenadministrateur).
JAARVERGADERING EN SYMPOSIUM NVG
Op donderdag 19 mei 1988 houdt de Nederlandse Vereniging
voor Geodesie (NVG) haar jaarvergadering te Venlo. Gedurende
het middagprogramma is ook een symposium gepland onder de ti
tel: Aardgericht Ruimteonderzoek. Hierbij zal een beeld worden ge
geven van het onderzoek dat de Faculteit der Geodesie van de TU
Delft verricht op dit terrein.
Het sprekersprogramma is als volgt:
prof. dr. ir. R. F. Rummel: Aardgericht Ruimteonderzoek: the
ma voor geodetisch speurwerk;
ir. E. J. O. Schrama: Satelliet radar hoogtemeting: Meten aan
de vorm van het zeeoppervlak;
dr. ir. B. H. W. van Gelder: Satelliet laser afstandmeting: verle
den, heden en toekomst;
dr. ir. F. J. J. Brouwer: Radio interferometrie: afstandverschil-
meting naar het oneindige via radiotelescopen;
dr. ir. H. van der Marei: Hipparcos: de astrometrische satelliet
van de ESA.
Voor een beperkt aantal deelnemers van buiten de ledenkring van
de NVG is het mogelijk dit symposium bij te wonen. U dient in dit
geval contact op te nemen met: ir. S. Stellingwerff Beintema, tel.
023-31 41 92 (kantoor) of 02522-149 39 (thuis).
NIEUWE REDACTEUREN
Door te drukke werkzaamheden in zijn reguliere baan heeft ir. W.
N. Ferwerda zijn functie in de redactie per 1 maart 1988 moeten
opgeven. Wij danken je hartelijk voor je inzet Nils en wensen je in
je werk veel succes toe. Het bestuur heeft Wlm van Pijkeren bereid
gevonden hem op te volgen; Wim zal zich in de redactie voorna
melijk bezighouden met Mariene Geodesie, Onderwijs, Organisatie
en Efficiëntie. Hij is lid van de VVL en werkzaam bij de Heidemij
Vastgoeddiensten.
Door de steeds groeiende omvang van de redactionele werkzaam
heden heeft het bestuur van de stichting NGL, ter versterking van
de redactie, Theo Scheele bereid gevonden zich als redacteur
bezig te houden met Landinrichting en activiteiten die verband
houden met het verzamelen van informatie om de nieuwswaarde
van NGT Geodesia te verhogen.
NGL RAYONBIJEENKOMST TE GOES
De rayoncommissie Zuid-West Nederland houdt op donderdag 28
april 1988 zijn 30e congres in „de Prins van Oranje", Nieuwstraat
20 te Goes, aanvang 9.15 uur. De lezingen worden gehouden
door:
Ir. B. J. Beers, technisch directeur bij Tele Atlas, over „Topografi
sche databanken voor vervoer, toerisme en overheid".
Drs. T. P. M. Tijssen, medewerker van de Faculteit der Geodesie
PRAKTISCHE GEODESIE EN TOPOGRAFIE
Deel 3a en 3b. Opmetingen.
Prof. U. L. van Twembeke; eerste druk 1987. Uitgeverij Acco,
Leuven/Amersfoort; ISBN 90 334-1405-8. Prijs f 50,—.
Het derde deel van de cursus Praktische Geodesie en Topografie
bestaat uit twee boekwerken, omvattende 421 pagina's.
Ter herinnering zij hier vermeld dat deel 1 (Metrologie) de meet
technieken behandelt die in de toegepaste geodesie worden ge
bruikt (besproken in NGT Geodesia 1987, no. 1). In deel 2 komt
de numerieke verwerking van kwantitatieve waarnemingen aan de
orde (zie hiervoor de bespreking in NGT Geodesia 1988, no. 3).
Het hier te bespreken derde en laatste deel gaat over klassieke op-
metingstechnieken bij de geodetische plaatsbepaling en de daarbij
toegepaste kartografische afbeeldingen.
Evenals dat bij de eerste twee delen het geval was, is de toeganke
lijkheid van de leerstof groot. De auteur vangt aan met de basisbe
grippen uit de geodesie, waarbij het vakgebied door middel van
een organigram wordt geplaatst in de orde van de geoweten-
schappen, tussen geofysica en geografie, en verder logisch wordt
ingedeeld in geometrische en dynamische geodesie. Bij de be
schrijving van de toepassingsgebieden ontbreekt echter de marie
ne geodesie. Bij de behandeling van het topografisch oppervlak
komt dit onderwerp wel summier aan de orde (p. 10), al wordt het
daar verkeerd gespeld.
De geschiedenis van de geodesie, de vormbepaling van de aarde,
omwentelingsellipsoïde en geoïde, en de plaatsbepaling met be
hulp van rechthoekige coördinaten geven in deze inleiding een hel
der beeld van de doelstellingen van het vakgebied. Ook wordt aan
gegeven met welke middelen men de vraagstukken van onze we
tenschap kan oplossen. De vele aspecten van de kaartprojectie
worden helder en zeer systematisch belicht. Opvallend is de zorg
die bij dit onderdeel aan de afbeeldingen is besteed. Speciale aan
dacht wordt gewijd aan de directe conforme afbeelding, gevolgd
door een bijzonder geval: de conforme afbeelding in het platte
vlak, zoals toegepast in België. De betekenis van de projectie van
Mercator voor de scheepvaart komt uitvoerig aan bod, evenals de
dwarse conforme projectie.
De nationale en lokale coördinatenstelsels zijn helder beschreven.
Jammer is, dat het Planimetrisch Grondnet van België (p. 96) zo
klein is afgebeeld, dat de tekst onleesbaar is. Daardoor kan men
slechts een globale induk verkrijgen van het Belgische driehoeks-
net. Het hoogtenet van de eerste orde is daarentegen netjes afge
beeld. De keuze van het nulpunt wordt niet nader verklaard. Ik
meen, dat het een relatie heeft met het peil van Oostende. Door
de stringente indeling van de stof is het hier en daar nodig te ver
wijzen naar deel 1 voor de bijbehorende meettechnieken.
De triangulatie wordt uitvoerig behandeld, alsmede de invloeden
op het meetproces van standaardafwijkingen in de apparatuur.
Ook bij de vereffeningen wordt verwezen naar de stof in deel 2,
maar tevens worden de gereduceerde waarnemingsvergelijkingen
aangegeven. Het onderwerp wordt afgesloten met een aantal nut
tige beschouwingen. De trilateratie, alsmede de combinatie van
deze methode met de triangulatie komen slechts summier aan de
orde. Daarna volgen de voorwaartse en achterwaartse snijdingen
met hun oplossingsmethoden. Daarbij dient men de stof in deel 2
wel te kennen voor de berekening van de precisie. Grafische
oplossingen worden summier beschreven. Meer aandacht krijgen
de numerieke oplossingen. Aan dit onderwerp zijn enkele uitge
werkte voorbeelden toegevoegd.
De veelhoeksmeting is een klassiek onderwerp, dat door de komst
van de elektromagnetische afstandmeting weer betekenis heeft
176
NGT GEODESIA 88
