„Daar komen we straks nog op terug"
'ÈSPSS
Interview met ir. drs. H. A. L. Dekker, door P. Miete en G. M. van Osch.
SUMMARY
„We will resume this later.
The editorial staff of NGT Geodesia had an interview with Henri A. L. Dekker on the occasion of his
appointment as head of the Advisory Group on Land Information of „Heidemij".
Subjects were his career and his ideas on land information in general (development, use and education).
Inleiding
NGT Geodesia had in het najaar van 1987 een vier uur
durend gesprek met Henri A. L. Dekker op het kantoor
van de Heidemij in Woerden. Aanleiding hiervoor was
het feit, dat Dekker per 1 juli 1987 voor de Heidemij
ging werken als hoofd van de Adviesgroep Vastgoed
informatie. Peter Miete en Berry van Osch hadden voor
dit gesprek een aantal vragen voorbereid, maar tevoren
stond al vast dat Dekker zich niet in zo'n vast patroon
laat vangen.
In een hoog tempo werden twee jaar militaire dienst,
vijf jaar studie aan de TH Delft, elf jaar Spoorwegen en
viereneenhalf jaar Kadaster afgewerkt. Alle perioden
werden bovendien nog rijkelijk voorzien van anekdotes
en bijzonderheden over zijsporen. Om de lezer zoveel
mogelijk van de sfeer mee te geven, zijn in onderstaand
verslag ook zaken in aparte kaders vermeld.
In het gesprek werd veel tijd besteed aan de NS-periode
van Dekker, waarin hij zich naar hartelust kon wijden
aan technische en organisatorische zaken.
De redactie tracht Dekker in een vast patroon te vangen.
Wat is voor alle duidelijkheid nu precies je positie bij de
Heidemij?
Ik werk voor, en niet bij, de Heidemij als hoofd van de
Adviesgroep Vastgoedinformatie. Dat doe ik drie dagen
in de week; mijn overige activiteiten zijn het lesgeven
aan de Hogeschool Utrecht en de zorg voor mijn bedrijf
„Geoproject".
Geodesie
Je bent niet uitroeping" geodesie gaan studeren, en
ook je latere studie rechten aan de GU in Amsterdam
duidt op een breder gezichtsveld. Waarom dan toch in
de land meter ij begonnen?
Dat zat zo: na mijn militaire dienst, waar ik overigens
ook nog niet zo „exact" bezig was, maar daar komen
we straks nog op terug, wilde ik financieel onafhanke
lijk zijn, en toch verder studeren. Dat kon in mijn geval
via het Kadaster of het IJkwezen. Het is een contract
met het Kadaster geworden (vijf jaar nadienen na de
beëindiging van de studie), en dus studeerde ik geo
desie.
150
Ik wil niet lang stilstaan bij de aanvangsproblemen in
Delft, waar ik als HBS-er „oude stijl" nog niet bekend
was met de integraal- en differentiaalrekening en dus
begon met een achterstand. Ook wil ik het niet te lang
hebben over mijn activiteiten bij de vereniging „Snel-
lius". (Deze zijn te lezen in het lustrumboek 1960-
1965 red.). Interessanter om te vertellen vind ik mijn
bij toeval gelegde contact met de Nederlandse Spoor
wegen. Dat ging toen via de stationschef van Delft, die
voor mij in de interne telefoongids ontdekte dat NS een
eigen landmeetkundige dienst had. Destijds werd de af
deling geleid door de heer llmer, die mij een stageplaats
van drie maanden bezorgde. Uit die tijd stamt ook mijn
bogenboekje.
De banden met de NS werden zo sterk, dat na mijn af
studeren het eigenlijk vanzelfsprekend was dat ik er
kwam werken. Dat contract met het Kadaster waar
over ik sprak, is overigens keurig door mij afbetaald.
Het heeft uiteraard niets te maken met mijn latere werk
bij het Kadaster.
Het zat mij mee, NS verkeerde in een groeiperiode,
denk maar aan de projecten als „Spoorslag 70",
„Spoor naar '75" en het Intercity-gebeuren.
Spoorwegen
Je hebt, zien wij, ook nog in buitenlandse tijdschriften
over spoorwegen gepubliceerd?
Ja, dat is een prachtig verhaal. Je weet, ik zei het net,
NS zat in de groei, en je kwam met de meest uiteen
lopende zaken in aanraking. Zo ook met de problemen
van de vrije ruimte die een trein moet hebben bij het
passeren van zijn omgeving, bijvoorbeeld langs perrons
en seininstallaties en op bruggen. Om die „in kaart te
brengen", hebben wij allerlei vernuftige dingen gedaan,
aanvankelijk met terrestrische fotogrammetrie, later is
eigen apparatuur door ons bedacht en ook gebouwd.
Daarover is toen nog het een en ander in internationale
literatuur geschreven en dat kwam onder ogen van een
Australische spoorwegman. Op uitnodiging van de
Ook in internationale literatuur bezig geweest.
NGT GEODESIA 88