co-ordinates used for the construction of charts at
present published and geodetic co-ordinates be
longing to the adjusted European geodetic system.
These discrepancies to be given to the greatest pos
sible accuracy and at least to 0.1
Hiermee was de weg nog niet vrij voor een Europese
samenwerking en waren er nog vele pogingen nodig
om instanties over te halen de benodigde informatie en
gegevens vrij te geven (militaire gegevens!). Dit moge
blijken uit de pogingen van Verstelle in september 1952
tijdens een fotogrammetrisch congres om handtekenin
gen te verzamelen onder de navolgende „statement":
Having discussed and considered:
a. the importance of making use of the results of the
European adjustment for the construction and com
pilation of nautical charts;
b. the practical possibilities and limitations of restric
tions at present imposed on publication of these
results, as seen in the light of data already publicly
available on nautical charts published by the U.S.
Hydrographic Office.
The undersigned geodetic and hydrographic experts are
of the opinion that their Governments should agree in
allowing their Hydrographic Offices:
aa. to make known to the International Hydrographic
Bureau in Monaco the discrepancies at present
existing, with regard to coastal positions, between
the geodetic coordinates used for the construction
of nautical charts at present published and geode
tic coordinates belonging to the adjusted European
geodetic system, these discrepancies to be given
to the greatest possible accuracy and at least to
0.1";
bb. to use these data in the construction of generally
available new editions of nautical charts, either in
having the graticule printed according to the Euro
pean adjustment, or in the form of a note giving the
corrections in latitude and longitude to be applied
to make the graticule agree with that in the Euro
pean adjustment."
Het zou nog vele jaren duren voordat in de nautische
publikaties geheel en uitsluitend de Europese Vereffe
ning (European Datum, First Adjustment 1950 - ED 50)
zou worden gebruikt. De zeekaarten langs de Neder
landse kust met schaal 1 50 000 en groter waren alle
in de stereografische projectie gekarteerd. Alle opne
mingen langs de kust en in de zeegaten geschiedden
terrestrisch met behulp van speciale lodingsextanten.
Alle meetpunten en tijdelijk op te richten hulpbakens
waren slechts in RD-coördinaten bekend of te bereke
nen. Omzetting van RD-coördinaten naar Europese Ver
effening kon op twee manieren plaatsvinden:
a. nauwkeurig met behulp van destijds „geheime" for
mules waarmee RD-coördinaten werden omgere
kend naar UTM-coördinaten op de Internationale El
lipsoïde (ED50) [3];
b. een correctiekaart zoals ondergebracht in een coör-
dinatenlijst in gebruik bij het Bureau Hydrografie (fig.
1).
Evenzo bestonden er omzettingsformules en correctie
kaartjes voor zowel Belgische als Duitse coördinaten
naar RD- en ED50-coördinaten.
Eind zeventiger jaren vond een aantal instanties uit di
verse Noordzeelanden elkaar vanuit verschillende in
valshoeken met betrekking tot de Europese Vereffe
ning:
446
3'5
W,o
~'T.:
""jTTr1111 li'„'.nT:
Fig. 1. Correctiekaart.
a. Groot-Brittannië, Noorwegen en Denemarken inzake
basislijnposities op de Faerper Islands;
b. Groot-Brittannië en Noorwegen omtrent preciese
locaties in de Noordzee met betrekking tot olie- en
gaswinning;
c. Groot-Brittannië en Nederland inzake- Doppler-posi-
ties in de Noordzee, gemeten vanuit Engeland
respectievelijk Nederland;
d. de hervereffening van de Europese Triangulatie
(RETrig)*) [4], enz.
Hoewel in de bilaterale verdragen een duidelijke specifi
catie is te vinden omtrent de Europese Vereffening,
ontbreekt deze nadere aanduiding in de wetgeving van
het nationaal continentaal plat, zoals de bijlagen bij de
Mijnwet Continentaal Plat en het Mijnreglement Conti
nentaal Plat. Er wordt slechts gesproken over:
geografische coördinaten, berekend volgens het
stelsel van de Europese Vereffening".
Toch zullen alle mijnbouwactiviteiten gerelateerd blijven
aan deze wetgeving uit de zestiger jaren en dienen alle
coördinaten te worden herleid tot het ED50-gebeuren.
Alle bestaande verdragen in de Noordzee tussen Groot-
Brittannië, Noorwegen, Denemarken, Duitse Bondsre
publiek en Nederland bevatten afgebakende grenzen in
geografische coördinaten, afgerond op volle boogse-
conden in het ED50-stelsel. Welk nieuw en verfijnd
referentiestelsel er ook mag komen, aan deze interna
tionale afspraken kan niets worden veranderd.
Onder de bezielende leiding van de Ordnance Survey
werd in 1979 een onderzoek gestart om procedures te
ontwikkelen voor de transformatie van Doppler-satel-
lietposities naar ED50 en tevens schattingen te ver
krijgen omtrent de betrouwbaarheid.
Readjustment of the European Triangulation.
NGT GEODESIA 88