LANI NI VALUE 4 CH 4-t CH l CN
25,6 meter radiotelescoop van de radiosterrenwacht Onsala, Zwe
den, in gebruik voor VLBI-waarnemingen ten behoeve van de be
paling van aardrotatie en platentektoniek.
op 19 mei 1988 een studiemiddag aan dit thema ge
wijd. Het lezingenprogramma hiervan was als volgt:
prof. dr. ir. R. Rummel: Aardgericht ruimte-onderzoek:
thema voor geodetisch speurwerk.
ir. E. J. O. Schrama: Satelliet radarhoogtemeting: me
ten aan de vorm van het zeeoppervlak.
dr. ir. B. H. W. van Gelder: Satelliet laserafstandme-
ting: verleden, heden en toekomst.
dr. ir. F. J. J. Brouwer: Very Long Baseline Interfero-
metry: afstandverschilmeting naar het oneindige.
dr. ir. H. van der Marei: Hipparcos: de astrometrische
satelliet van de ESA.
Zoals uit de titels van de voordrachten duidelijk mag zijn
is naast het overzicht van prof. Rummel gekozen
voor een benadering vanuit de meettechnieken. De rela
tie tussen de resultaten van deze vier meettechnieken
met de boven geformuleerde vier onderzoeksthema's
vindt u in onderstaand diagram.
^~~~\Onderzoeks-
^^\thema
Meettechniek^\^^
Punts-
bepaling
Stand
aarde
Zwaarte-
krachts-
veld
Zee
opper
vlak
Satelliet radar
hoogtemeting
X
X
Satelliet laser-
afstandmeting
X
X
X
Very Long Baseline
Interferometry
X
X
Satelliet
astrometrie
X
In de komende afleveringen van NGT Geodesia drukken
we de teksten van bovengenoemde lezingen af in de
vorm van een mini-serie, met uitzondering van die van
prof. Rummel, aangezien een vergelijkbaar overzicht
reeds is gegeven in zijn rede ter gelegenheid van de
144ste dies natalis van de TU Delft; zie NGT Geodesia
van april 1986.
We beginnen nu met een artikel van de hand van ir.
Lemmens over de interne structuur van de aarde, dat
onafhankelijk is geschreven van de NVG-studiedag, maar
goed past binnen het kader van de mini-serie.
De redactie hoopt dat u deze mini-serie op prijs zult stel
len en drukt bijgaand vast een aantal foto's af die een in
druk geven van het „Aardgericht Ruimte-onderzoek".
Variabiliteit van de zeetopografie bepaald uit satelliet radarhoogtemeting. Gebieden met sterke stromingen (bijv. Golfstroom) vertonen grotere
veranderingen in de hoogte van het gemiddelde zeeoppervlak dan de overige oceaanbekkens.
502 NGT GEODESIA 88