Niet: DUF of SUF, maar GUF? Prof. Alberda: .Landmeter is niet gelijk aan een man met een theodoliet. afstudeerwerk van Heijungs: zij heeft o.a. een onderzoek van het Kadaster bekeken over tijdsduur en kosten van een detailmeting. Je kon dan wel een gemiddelde en standaardafwijking bepalen, maar eigenlijk was het mate riaal gewoon te heterogeen! Teveel afhankelijk van de omstandigheden en de individuele meetploegen. Meten is te weinig lopende band werk en dat breekt je wat de kosten betreft de nek. Indertijd bij de HTW 1956 had Baarda net zoiets, toen de praktijk de numerieke waarden van de parameters van de theorie moest leveren! Om het wiskundig echt te laten werken, moet je het pro bleem verengen, en dan kom je weer los van de praktijk. Je krijgt dan een oplossing die op zoek is naar zijn pro bleem! „Second order design" is zoiets. De praktijk zegt daarvan, dat is mijn vraag niet; ik heb wel een ervaren man die zegt of het drie of zes dagen werk is! En dan komt er nog bij, dat in de praktijk ook soms verliesgevend werk wordt aangenomen, als je je mensen maar aan het werk kunt houden! Slotvraag aan prof. De Haan: U heeft in uw colleges en publikaties meer aandacht geschonken aan het gewenste recht dan aan het geldende recht. Waarom? De Haan: Ja, dat klopt, alhoewel het meer de rechtsont wikkeling is dan het gewenste recht. Deze rechtsontwik keling heeft in mijn colleges en artikelen de meeste aan dacht gekregen; in mijn boeken meer het geldende recht. De geodetische praktijk is dan ook sterk afhankelijk van deze rechtsontwikkeling: wetgeving en jurisprudentie zijn voortdurend in beweging. Vroeger in „Kadaster en Land meetkunde" en nu in NGT Geodesia, als er iets op het gebied van het recht werd of wordt gepubliceerd, dan had het altijd te maken met de rechtsontwikkeling; dat moet ook, want de vakontwikkeling is dynamisch ingesteld. Zo af en toe moeten we een concreet geval beoordelen, maar ook dat leidt dan weer tot nieuwe rechtsvorming. Op deze manier doet ook de Hoge Raad steeds meer aan rechtsontwikkeling. En wat de studenten betreft, zij komen meestal zelf met een afstudeeronderwerp aandragen op het gebied van de rechtsontwikkeling. Je ziet dat het niet een typische keuze van mij is, maar gewoon een noodzakelijke keuze. Mijn opvolger zal het niet anders doen. Tenslotte: Heeft u nog iets toe te voegen; iets wat we zeker hadden moeten vragen? De Haan: Nee, ik heb het idee dat we na dit interview helemaal zijn uitgeloogd. Alberda: Nou, zeg maar rustig: uitgelogenü! Dankwoord De interviewers bedanken mr. ir. J. C. Anneveld voor zijn bijdrage aan het opstellen van de vragen voor het inter view. Onder het hoofdkussen van de coördinerend minister voor vastgoedinformatie, de vroegere Ed Raket, ligt het RAVI-rapport met de definitie van SUF-2. De pre sentie in die slaapomgeving is niet, omdat de eerste uitleg van het woord suf wat soezerig is. Maar als het daar niet ligt, hoe kan het dèn, dat de minister op de VNG-studiedag Vastgoed wist, dat SUF-2 al werd ge bruikt door bedrijven en overheden? De bewindsman heeft die informatie in elk geval niet uit het ClAD-blad „CADCAM in bedrijf". Eind 1988 be vatte dat een artikel „Landmeten en CAD. TAb streeft naar standaard". Verklaard worden de afkortingen DUF, SUF, GUF en Def-DUF. (Terzijde: waarom heet dat militair formaat eigenlijk geen MUF?) SUF is volgens het artikel samen met het onfris klin kende DUF bij het Kadaster in gebruik. In het ClAD-blad wordt alleen het Gasunie Uitwisse- lings Formaat (GUF) besproken. „Het mag dan ook geen verwondering wekken als in de nabije toekomst dit uitwisselingsformaat een belangrijke bijdrage zal leveren aan een zo nodige uniforme uitwisseling van landmeetkundige gegevensbestanden", aldus de slot zin. Aldus de onzin, zou je haast schrijven. Immers bij het definiëren van GUF is SUF zoveel mogelijk ais basis benut en het voorstel voor SUF-2 is mede afkomstig van de Gasunie. Vandaar de dringende oproep aan het adviesbureau TAb om „sufferd" te worden, niet in de betekenis van iemand die suft, maar van iemand die SUF-2 gebruikt. SUF-2, het formaat of format dat een Nederlandse norm gaat worden dank zij een com missie met daarin gelukkig weer een Gasunie-man. Piksel ■(18 NGT GEODESIA 89

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1989 | | pagina 14