Nabeschouwing
zinswoonverblijf (6.2) in één indicatie ondergebracht die
als „aard woonverblijf" attribuut van de entiteit WONING
is. Voor de gegevenselementen met betrekking tot een
bejaardenwoonverblijf (6.3 e.v.) en aangepast woonver
blijf (6.4), alsmede wat met overig (6.9) wordt aangeduid,
is voorgesteld deze in een attribuut „doelgroep woonver
blijf" op te nemen.
Wat betreft de financieel-economische gegevens wordt
verwezen naar de Centrale Registratie voor Rijkssubsi
dies op het gebied van de Volkswoningbouw (CRRV). In
aanvulling op een dergelijke registratie zouden deze ge
gevens met de attributen „financieringscategorie" en
„subsidieregeling" tevens kunnen worden toegevoegd
aan de entiteit WONING. Deze entiteit krijgt daarmee de
volgende opbouw:
WONING
gebouw-identificatie (5.1)
gebouwdeelvolgnummer (5.1.1)
aard woonverblijf (5.1.1.1 e.v., 5.1.1.1.2 en 9, 15.1.1
en 2)
[doelgroep woonverblijf] (15.1.3 t/m 9)
financieringscategorie (25.1.1 t/m 4)
[subsidieregeling] (25.1.1 t/m 5 e.v.)
Entiteitenstructuur
Voor zover het de geïnterpreteerde voorstellen van de
RAVI over de identificatiegegevens van verblijfsobjecten
betreft, wordt, na toevoeging van de laatst benoemde
entiteiten van het door ons ontwikkelde conceptuele
model voor de registratie van verblijfsobjecten, tot de vol
gende entiteitenstructuur gekomen:
WONING
PERCEEL
COÖRDINATEN
GEBOUW
DEELPERCEEL
112
Een VERBLIJFSRUIMTE intern geïdentificeerd met een
„object-identificatie" is een VERBLIJFSPERCEEL, zijn
de een onbebouwd (deel van een) KADASTRAAL PER
CEEL, in voorkomend geval KADASTRAAL DEELPER
CEEL, of is een (onderdeel van een) GEBOUWDEEL, dat
weer deel uitmaakt van een GEBOUW.
Deze twee laatste entiteiten kennen intern een onafhan
kelijke „gebouw-identificatie". Van buiten zijn de VER-
BLIJFSRUIMTEN te identificeren middels kadastrale
aanduidingen (KADASTRAAL PERCEEL, KADASTRAAL
DEELPERCEEL en KADASTRAAL APPARTEMENT), en
een adres (GEBOUWADRES en PERCEELSADRES),
waarbij gebruik wordt gemaakt van een tabel STRAAT
NAAM en eventueel BURGERLIJKE GEMEENTE. Zo ge
wenst kan de registratie worden uitgebreid met RD-
coördinaten (OBJECTCOÖRDINATEN en KADASTRALE
COÖRDINATEN).
In bovenstaande conceptuele model voor een registratie
van verblijfsruimten is getracht de voorstellen van de
RAVI, en voor zover van belang ook die van de VNG, in
een consistent kader te plaatsen. De voorstellen van de
RAVI en VNG zijn op meerdere wijzen te interpreteren en
kunnen daarom allerminst het laatste woord zijn voor een
standaard voor de basisregistratie van verblijfsruimten.
Dit mag ook niet van dit voorstel worden gezegd. Wel wil
len wij de discussie openen over de feitelijke inhoud en
structuur van vastgoedregistraties om daarmee de nu al
jaren lopende algemene discussies, waarin met slecht
gedefinieerde en vaak inconsistent gebruikte begrippen
de noodzakelijke keuzes worden ontlopen, in een volgen
de fase te brengen. Door in deze discussies niet concreet
te zijn, wordt namelijk het risico gelopen, dat de keuzes
niet worden genomen aan de hand van de materie zelf en
de informatiebehoefte daarover, maar dat de standaard
gezet wordt door het systeemhuis met de meest succes
volle marketinginspanningen. Hoe belangrijk de rol van
deze deelnemers in het proces van automatiseren ook
mag zijn, het bepalen van een goede en bruikbare stan
daard zou zich door méér moeten laten leiden dan de
resultaten van de concurrentiestrijd in de softwaremarkt
voor vastgoed.
Deze studie laat ook twee leemten zien in de voorstellen
van de RAVI. Er is behoefte aan een meer volledig en
algemeen toepasbare classificatie van activiteiten be
treffende zowel de bestemming als de inrichting en het
gebruik van vastgoed dan tot op heden is gegeven. Het
tweede punt dat nader onderzoek behoeft, is de wijze
waarop de associatie van vastgoedregistraties met de be
heerders en gebruikers van de verblijfsruimten gestalte
moet krijgen. Een dergelijk onderzoek geeft een aanzet
voor de koppeling tussen de door de VNG onderscheiden
verschillende categorieën van informatiesystemen (be
volking, vastgoed, maatschappelijke activiteiten en mid
delen).
NGT GEODESIA 89