III I
Fig. 14. Geclassificeerd Landsat TM-beeld. Er zijn zes klassen,
inclusief onbekend.
opnemingsproces is gesimuleerd door introductie van
verstoringen. Met eigen ontwikkelde software is een
multispectrale classificatie uitgevoerd. De verstoringen
bewerkstelligen redelijk veel foute classificaties. Op het
gelabelde beeld is een histogram check uitgevoerd.
De veranderingen in label van de percelen werden ade
quaat opgespoord met de procedure (fig. 16b). Duidelijk
is te zien dat er nogal wat foute classificaties zijn. Na een
opschoningsprocedure worden met behulp van cluster
search de samenhangende beelddelen opgespoord. Het
resultaat van de werking van de ontwikkelde procedure is
te zien in fig. 16c. Vervolgens zijn de nieuwe grenzen ge-
vectoriseerd (fig. 16d). De procedure spoort de grenzen
buitengewoon goed op, hoewel de methode te grofmazig
is om korte grenzen, 2 - 4 pixels, te detecteren. Daardoor
ontstaan knooppunten waarvandaan slechts één lijn ver
trekt. Opsporing van deze knooppunten dient in de proce-
Fig. 15. Grenzen van de percelen in het elementaire GIS.
182
dure te worden opgenomen. Dit is algoritmisch goed
mogelijk. De ontbrekende grenzen kunnen dan worden
getraceerd in het grijswaardebeeld. Hoewel nog geen uit
voerige precisie-analysen zijn uitgevoerd van de vectori-
sering in de thematische lijn, is wel duidelijk dat bij hoge-
Fig. 16a. Uitsnede uit het synthetische beeld.
Fig. 16b. Label veranderingen met behulp van de histogram check.
Fig. 16c. Beeld na toepassing van de cluster search.
NGT GEODESIA 89 - 4