Daarbij kan zij gebruik maken van nieuwe elementen, zoals: 1. Een ruime bestemmingsomschrijving met meerdere doeleinden. 2. Een beschrijving in hoofdlijnen van de wijze waarop met het plan de betreffende doeleinden worden nagestreefd. 3. Ontwikkelingsgerichte doelstellingen bij uit te werken plannen. 4. Wijzigingsgrenzen of -regelingen inzake vrijstelling met een meer indicatief karakter. „Bestemmen met Beleid" is een eerste aanzet tot het maken van globale en beleidsmatig ingevulde bestemmingsplannen. Bij de Rijksplanologische Dienst zal op korte termijn het project Voorbeeld plannen worden gestart, waarin de uitgangspunten en mogelijk heden van „Bestemmen met Beleid" eveneens tot uiting kunnen komen. GROTE BELANGSTELLING VOOR GRONDBEDRIJF-SOFTWARE Tijdens een bijeenkomst over het grondbedrijf-informatiesysteem zo als dat wordt ontwikkeld bij RAET Lokale Automatiserings-Diensten, toonden ruim 125 vertegenwoordigers van de 80 grootste gemeen ten in ons land zich zeer geïnteresseerd. De software wordt vervaardigd op basis van het grondbedrijf- datamodel, zoals dat door ir. G. H. J. Oude Vrielink Rl te Leusden de afgelopen jaren werd ontwikkeld. Deze ontwikkelingen worden gevolgd door een referentiegroep vanuit de Vereniging van Grond bedrijven. Van de prototypen van de eerste twee deelsystemen konden de deel nemers aan de bijeenkomst door middel van een demonstratie ken nis nemen. Na een proefperiode bij enkele gemeenten zullen de zes deelsystemen in de tweede helft van 1989 beschikbaar komen. Voor nadere informatie: RAET Lokale Automatiserings-Diensten, Groningensingel 816835 ED Arnhem, telefoon 085 - 246911 (P. van den Bosch en J. Teunissen). Tijdens het buffet was er gelegenheid om demonstraties bij te wonen en vragen te stellen. RIJKSUITGAVEN INVESTERINGSPRIORITEITEN VIERDE NOTA OP EEN RIJ GEZET Minister Nijpels van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer heeft op 23 februari 1989 het rapportInvesteringsprio riteiten en de Rijksbegroting: een analyse naar aanleiding van de Vierde nota" aangeboden aan de voorzitters van de Eerste en Twee de Kamer. In de Vierde nota over de ruimtelijke ordening zijn negen investe ringsprioriteiten aangegeven. Het kabinet heeft daarbij gezegd zo spoedig mogelijk te zullen aangeven wat per departement de gevol gen van deze prioriteitstelling zullen zijn. Deze negen investeringsprioriteiten zijn: 1. Wegnemen van knelpunten op de hoofdtransportassen. 2. (Inter)stadsgewestelijk openbaar vervoer. 3. De internationale allure van de steden Amsterdam, Rotterdam en Den Haag. 4. Stedelijke knooppunten. 5. Nederland - Waterland. 6. Handhaven en vernieuwen van het landelijk gebied. 7. Volkshuisvesting van de lagere inkomensgroepen. 8. Stadsvernieuwing. 9. Milieu. In het door de Rijksplanologische Commissie (RPC) opgestelde rapport wordt geconstateerd, dat de gewenste invulling van de meeste investeringsprioriteiten (voor zover afhankelijk van rijksbud getten) kan worden gerealiseerd binnen de meerjarenramingen van de desbetreffende begrotingsposten. Er bestaan mogelijke span ningen tussen de benodigde en de beschikbare middelen voor het milieubeleid inclusief het waterbeleid, het natuurbeleid en het toeristisch-recreatief beleid. Werkwijze Om de gevolgen van de prioriteitstelling bij uitvoering van het Vierde nota-beleid in de toekomst te kunnen aangeven, is eerst een inventa risatie gemaakt van de huidige investeringsstromen in de rijksbegro ting. De begrotingsartikelen die rechtstreeks verband houden met de investeringsprioriteiten, zijn op een rij gezet. Zo wordt een ijkpunt voor een vergelijking verkregen. Een herhaling van deze excercitie op een later tijdstip kan inzicht bieden in de wijze waarop in de tus senliggende periode inhoud is gegeven aan de investeringspriori teiten. Betaalbaarheid Vierde nota-beleid In veel reacties op de Vierde nota is aangedrongen op een nadere financiële onderbouwing. Karakteristiek voor de Vierde nota is echter niet een lijst van projecten waaraan een prijskaartje kan worden ver bonden, maar een visie op de ruimtelijke ontwikkeling van Neder land. Met andere woorden: de nota is geen uitvoeringsprogramma, maar een ontwikkelingsschets op weg naar 2015. Aan de vierde nota is dan ook geen begroting verbonden. Wel moet de nota in financieel opzicht plausibel zijn. De beschreven ont wikkelingen moeten in principe betaalbaar zijn uit de toekomstige budgetten. De financiële vertaling van het Vierde nota-beleid in concrete projec ten zal, voor zover het Rijk daarbij betrokken is, plaatsvinden in de meerjarenplannen van de verschillende departementen. In de Rijks planologische Commissie zullen deze sectorplannen worden ge toetst aan de Vierde nota. In het rapport worden nu nog mogelijke spanningen geconstateerd ten aanzien van het milieubeleid inclusief het waterbeleid, het na tuurbeleid en het toeristisch-recreatief beleid. Over deze financiële behoeften is grotere duidelijkheid te verwachten in de desbetreffen de sectornota's Nationaal Milieubeleidsplan, Nationaal Natuurbe leidsplan en de Nota Toeristisch Beleid. 4E INTERNATIONALE CONFERENTIE OVER HET WEGENER/ MEDLAS PROJECT Onderzoekers van de Faculteit der Luchtvaart- en Ruimtevaarttech niek en de Faculteit der Geodesie van de TU Delft spelen sinds 1982 een vooraanstaande rol in het internationale WEGENER/MEDLAS- project. Dit project is gericht op het meten van de aardkorstbewegin gen in het oostelijk deel van het Middellandse-Zeegebied met behulp van laserafstandmetingen naar de geodetische satelliet LAGEOS. Een mobiele laser van de TU Delft heeft in 1986 en 1987 samen met twee mobiele Duitse en Amerikaanse lasers verschillende locaties in dit vaak door aardbevingen geteisterde gebied ingemeten. De kwali teit van de metingen van de drie deelnemende lasers werd daarbij voortdurend vanuit Delft gecontroleerd door middel van een snelle verwerking van steekproeven uit de waarnemingen. In maart 1989 is de derde meetcampagne van start gegaan. Recent zijn de eerste resultaten van de volledige verwerking van de waarnemingen uit 1986 en 1987 aan de TU Delft beschikbaar geko men. Deze hebben een voorlopig beeld opgeleverd van de werkelijk optredende aardkorstbewegingen in dit gebied. Deze resultaten zullen samen met de resultaten die door andere groepen in dit inter nationale project zijn verkregen, worden gepresenteerd op een WEGENER/MEDLAS-conferentie, die door de TU Delft van 7 tot 9 juni 1989 in het Europa Hotel in Scheveningen zal worden georga niseerd. Voor meer informatie: Congresbureau TU Delft, mevr. M. H. P. Komen-Zimmerman, Stevinweg 1, 2628 CN Delft. Telefoon 015- 781340/ 1356. MOMENTOPNAMEN LANGS DE MAAS Van 29 april tot en met 29 juni 1989 is in het Venlose Goltzius- museum een bijzondere tentoonstelling te zien over topografische tekenkunst. Onder de titelMomentopnamen langs de Maas" wor den vijfentachtig kostbare bladen met Limburgse stads- en dorps gezichten en landschappen getoond uit de periode 1600- 1800. De tekeningen, afkomstig uit binnen- en buitenlandse collecties, werden zelden eerder geëxposeerd. Verschillende tekeningen wor den zelfs voor het eerst in Nederland getoond. In de twee eeuwen die de expositie Momentopnamen langs de Maas bestrijkt, waren bekende kunstenaars in Limburg aktief. Ze hadden zich niet metterwoon gevestigd maar waren op doorreis bijvoorbeeld als militair-tekenaar of in een prinselijke hofhouding. 196 NGT GEODESIA 89 - 4

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1989 | | pagina 36