INGENIEURS-
EN ADVIESBUREAU
INPARK BV (voorheen Keynes Inpark BV, Fugro Geodesie BV
en Netherlands Hydrographic Services BV)
is gespecialiseerd in:
Landmeten en kartografie
Software en consulting
Civiele techniek
Leiding- en kabelregistratie
Rioolinspectie
Hydrografie, geofysica en oceanografie
Fotogrammetrie
Vastgoedinformatie
Hoofdkantoor:
2264 SG Leidschendam, Veurse Achterweg 6, tel. 070-111433, fax 070-111159,
telex 31778 nhs nl.
Regiokantoren:
1097 BA Amsterdam, George Westinghousestraat 2-4, tel. 020-932951,
fax 020-921415
8911 BN Leeuwarden, Zuiderstraat 2, tel. 058-120634
4811 KJ Breda, Karnemelkstraat IA, tel. 076-225850, fax 076-147129
zoek. GPS is namelijk een veelbelovend instrument om de coördina
ten van het projectiecentrum te kunnen bepalen.
In deze scriptie is gewerkt met de resultaten van een totovlucht,
waarbij de projectiecentrumcoördinaten werden bepaald met behulp
van GPS. Deze projectiecentrumcoördinaten zijn ook bepaald langs
fotogrammetrische weg. Hieruit is gebleken, dat de standaardafwij
king van de projectiecentrumcoördinaten gemeten met behulp van
GPS ongeveer 25 centimeter is.
De met GPS bepaalde projectiecentra kunnen op twee manieren in
een blokvereffening worden meegenomen:
als paspunten;
in een supermodel.
Er zijn blokvereffeningsberekeningen gedaan voor een blok van vier
stroken en voor een enkele strook. Voor beide zijn berekeningen
uitgevoerd met een volledige paspuntenconfiguratie en met een
minimale paspuntenconfiguratie plus toepassing van GPS-waar-
nemingen.
Geconcludeerd kan worden, dat toepassing van met GPS bepaalde
projectiecentrumcoördinaten als paspunt in een blokvereffeningsbe-
rekening van het blok met vier stroken met slechts acht terrestrische
paspunten voldoet aan de bij de Meetkundige Dienst van de Rijks
waterstaat gestelde eisen. Voor de enkele strook geldt dit niet. Ook
toepassing van het supermodel heeft geen bevredigende resultaten
opgeleverd.
L. Boer
VLBI: RELATIVITEIT EN GEODESIE
Toenemende verbeteringen in meettechniek bij Very Long Baseline
Interferometry (MARK-III, zeer stabiele frequentiestandaarden),
waardoor een afstandprecisie van 1 cm op 10 000 km (10-9) mogelijk
is, noodzaken tot een formulering van effecten die voortvloeien uit de
Speciale Relativiteitstheorie (SRT) en Algemene Relativiteitstheorie
(ART).
In de scriptie worden, na een algemene inleiding in de geodetische
VLBI, diverse theoretische aspecten van de SRT en ART besproken,
die van belang zijn voor geodetische VLBI. Doel hiervan is, naast het
geven van een algemeen beeld van de relativiteitstheorie, het leggen
van relaties van deze theorie met VLBI. Deze relaties treft men aan
in een aantal relativistische effecten, namelijk de dagelijkse en jaar
lijkse aberratie, het gedrag van atoomklokken en de straalbuiging
van radiogolven. In de scriptie zijn deze effecten op hun orde van
grootte onderzocht.
Relativistische straalbuiging in een gravitatieveld van bijvoorbeeld
de zon hangt samen met de waarden van de zgn. post-newtonse
zwaartekracht-buigingsparameter y. De waarde van deze parameter
geeft de mate van kromming van de vierdimensionale ruimte-tijd
aan. Volgens de ART is y 1. In dit onderzoek is deze y-parameter
schatbaar gemaakt. Via de implementatie van dit model in de VLBI-
analyse programmatuur DEGRIAS zijn naast simulatieberekeningen
ook daadwerkelijk uitgevoerde VLBI-metingen gebruikt ter bepaling
van deze y-parameter.
Doel van deze simulatieberekeningen is het vinden van een optimale
meetopzet in de zin van de „Delftse" methodieken (precisie en
betrouwbaarheid) ter schatting van die parameter. Het blijkt, dat
de y-parameter uit een noord-zuid georiënteerd netwerk met inter
continentale basislijnen 8000 km) in de perioden augustus en
oktober optimaal wordt bepaald. Voorwaarde is, dat de radiobronnen
OJ287 (augustus) en 3C273B (oktober) in het waarnemingspro
gramma zijn opgenomen.
Na de implementatie van het J2000.0 stersysteem (definitie preces
sie, nutatie en aberratie) in DEGRIAS zijn enkele VLBI meetcampag-
nes gebruikt om de y-parameter uit echte data op te lossen. Het
resultaat voor y uit de MERIT-campagne van september 1980 is van
dien aard, dat de conclusie gewettigd is dat uit VLBI-metingen een
test op de juistheid van de ART, middels een zeer precieze bepaling
van de y-parameter, mogelijk is.
V. V. M. W. Ampt-Riksen
EEN DEFINITIESTUDIE VOOR HET ONTWIKKELEN VAN EEN
INFORMATIESYSTEEM VOOR BESTEMMINGSPLAN LANDELIJK
GEBIED
In dit afstudeeronderzoek is geprobeerd een geautomatiseerd infor
matiesysteem te ontwikkelen ten behoeve van het opstellen van een
bestemmingsplan landelijk gebied. Dit onderzoek is in de praktijk uit
gevoerd bij Bureau voor Stedebouw ir. F. J. Zandvoort.
In het onderzoek is een analyse gemaakt van de verschillende activi
teiten die kunnen worden onderscheiden. Deze activiteiten, de infor
matiebehoefte en het informatie-aanbod van deze activiteiten zijn in
schema's weergegeven.
De belangrijkste knelpunten die op deze wijzen naar voren kwamen,
waren:
de informatie die wordt gebruikt bij het opstellen van de plan
ning/begroting, voldoet niet aan de behoefte;
Inpaik
200
NGT GEODESIA 89 - 4