Uitbesteden of inhuren?
Bij een groot aantal medewerkers van het Kadaster be
staat de vrees, dat het uitbesteden van akteposten een
aantasting betekent van hun eigen kans op voortbestaan.
Kunt u hiervoor begrip opbrengen?
Besemer: Ja, dat begrijp ik wel. Wij zitten echter met een
te grote voorraad akteposten, waar we van af moeten. De
provinciale vestigingen behoeven echter niet over te
gaan op structurele uitbesteding van akteposten. Als
echter de voorraad te groot is, dan zal men, indien geen
andere mogelijkheden aanwezig zijn, toch moeten uit
besteden. Met dit probleem worstelen een aantal vesti
gingen.
Waarom is men nu, nadat de afslankingsoperatie in al
haar vormen zijn beslag heeft gekregen, al bezig om
personeel in te huren? Is dit om de ontstane achterstand
weg te werken, of is er al te veel afgeslankt?
Besemer: Wij huren op zich niet zoveel personeel in. In
het kader van de uitbesteding wordt echter, vooral wat
betreft het binnenwerk, aan de bedrijven gevraagd om
het werk op de Kadasterkantoren te laten verrichten. Dit
is voor het Kadaster verreweg de meest eenvoudige
manier om het werk uit te besteden. De contracten zijn
dus met de bedrijven gesloten, niet met de mensen. Hier
mee willen we de achterstanden terugbrengen. Iets der
gelijks gebeurt ook bij de conversie AKR. Hiervoor wordt
ook personeel ingehuurd.
Het huidige personeelsbestand is geënt op het werkaan
bod in 1986. Sindsdien is dit met enkele procenten geste
gen. Structureel hoeft dit niet te zijn. Dit is al voorspeld,
maar het blijft koffiedik kijken. Als blijkt dat er een structu
rele vergroting van het werkaanbod is, dan moet op lange
termijn het personeelsbestand misschien weer worden
uitgebreid.
De geprivatiseerde medewerkers zijn nu vaak bezig om
op hun oude werkplek dat werk voort te zetten, wat zij
voorheen ook deden. Dit is werk dat niet in de uitbeste
dingssfeer ligt. Blijkbaar was er op 1 januari 1989 niet ge
noeg werk op de plank om uit te besteden. Daarnaast
heeft het Kadaster haar geprivatiseerde medewerkers
nog nodig voor het verrichten van haar eigen werk. Hoe
zit dit?
Besemer: Er spelen twee zaken. Ten eerste: Er is door
het Kadaster en de B6 keihard gewerkt om binnen een
paar weken de privatisering in deze vorm operationeel te
krijgen. Voor een paar mensen heeft dit geresulteerd in
een tijdelijke tewerkstelling op de vestiging van herkomst.
Voor een aantal van hen is deze situatie alweer voorbij.
Ten tweede is uit praktische overwegingen besloten om
enkele medewerkers bepaalde kantoorwerkzaamheden
op de betreffende kadastervestiging te laten uitvoeren.
Dit betreffen dan ,,ex"-medewerkers van het Kadaster.
Ook bij het private bedrijf is het gebruikelijk om in voor
komende gevallen medewerkers op het kantoor van de
opdrachtgever de werkzaamheden te laten doen.
Was het tijdstip van 1 januari 1989 dan zo onaantastbaar,
dat geen uitstel meer mogelijk was, ofschoon dit wel per
sonele problemen met zich meebracht?
Van der Gaag: In algemene zin is dat wel meegevallen.
Er is van alle kanten verschrikkelijk hard gewerkt om de
mensen tegemoet te komen. Naar mijn mening is dit goed
verlopen.
Van der Gaag:Er is van alle kanten verschrikkelijk hard gewerkt om
de mensen tegemoet te komen. Naar mijn mening is dit goed
verlopen".
Op een aantal vestigingen was er te weinig werk om deze
mensen aan het werk te houden. Was dit voor het Kadas
ter aanleiding om te proberen om de verwerking van akte
posten uit te besteden?
Besemer: Wij hebben de provinciale directeuren meege
deeld dat, hoe dan ook, de geprivatiseerde mensen aan
het werk moesten worden gehouden. In sommige vesti
gingen leverde dit problemen op. Pas half december
werd de provinciale directeur met dit feit geconfronteerd,
terwijl hij zijn uitbestedingsplanningen reeds voor het
komende jaar gereed had.
Ik moet zeggen, dat de directeuren hiermee met veel
creativiteit zijn omgesprongen. In hoofdlijnen is dit alles
echter prima verlopen. Natuurlijk betekent dit niet, dat er
in het geheel geen problemen zijn geweest.
F. van der Gaag werd geboren op 12 september 1948. Na het
behalen van het Mulo B-diploma kwam hij op 1 juni 1966 in
dienst bij het Kadaster te Dordrecht, en na het CTO als land
meetkundig ambtenaar in de vestiging Utrecht (1969) en de
vestiging Zutphen.
In verband met de reorganisatie werd hij op 1 april 1974 over
geplaatst naar de Hoofddirectie te Apeldoorn, in de functie van
landmeetkundig medewerker bij de, in dat jaar opgerichte, af
deling Onderzoek van de directie Onderzoek en Automatise
ring.
In 1982 is de heer Van der Gaag overgestapt naar de afdeling
Organisatie, in de functie van organisatiemedewerker. Op 1
januari 1989 is hij benoemd tot adviseur-IB bij de directie Intern
Beleid.
168
NGT GEODESIA 89 - 4