Schoolgaan en knikkers Tenslotte Fig. 9. De niet-nul structuur van hetattitude" deel van een normaal matrix bij attitude-smoothing na eliminatie van de ster onbekenden (alleen de onderdriehoek is hangegeven). De attitude-, of stand parameters zijn zo gesorteerd, dat de fill-in, het aantal nieuwe niet- nul elementen, tijdens Choleski-factorisatie klein blijft. Het gedeelte van de bovendriehoeksmatrix onder de getrokken lijn loopt vol tijdens Choleski-factorisatie. Voor het oplossen van de stelsels vergelijkingen wordt gebruik gemaakt van Choleski-factorisatie met ijle-matrix routines (fig. 9). Daarbij hangt de hoeveelheid rekenwerk sterk af van de volgorde waarin de onbekenden worden opgelost. Bovendien blijkt het uitrekenen van de onge veer 30 instrumentele parameters relatief veel computer- tijd te kosten. Een paradox? Nee, want elke waarneming heeft betrekking op slechts één sterparameter en één standparameter, maar wel op alle instrumentele para meters. De Hipparcos gegevensverwerking vormt een giganti sche rekenklus. De totale rekentijd wordt geschat op 2300 uur CPU op een main-frame computer. In verband met de omvang van de gegevensverwerking hebben astronomen, geholpen door wetenschappers uit andere disciplines, zich op verzoek van ESA georganiseerd in een aantal consortia. Hun doel is om zo snel mogelijk na de beëindiging van de Hipparcos missie de stercatalogus gereed te hebben, een klus die niét aan een instituut kan worden overgelaten, of waarmee kan worden gewacht tot ,,het moment daar is". Voor de consortia is de catalogus een eindprodukt. Ech ter voor de astronomen (ook die uit de consortia) bevatten de Hipparcos en Tycho catalogi een schat aan informatie: voor hen begint het werk pas echt als de catalogus ge reed is. Literatuur Baarda, W., S-transformations and Criterion matrices. Netherlands Geodetic Commission, Publ. on Geodesy, Vol. 5, No. 1, 1973. Brouwer, F. J. J., Aardgericht Ruimte-onderzoek [2j, Very-Long- Baseline Interferometry: Afstandverschilmeting naar het oneindi ge. NGT Geodesia, p. 2-7, januari 1989. Daalen, D. T. van, and H. van der Marei, Geodetic, Geometric and Computational Aspects of Hipparcos. In: Manuscripta Geodaetica (1986), 11, p. 146-166. Gelder, B. H. W. van, Aardgericht Ruimte-onderzoek [4], Laser- afstandmeting naar satellieten: Verleden, heden en toekomst. NGT Geodesia, p. 119-123, maart 1989. Groten, E., Geodetic applications of Hipparcos results. In: Perryman and Guyenne, Proc., Strassbourg, ESA, febr. 1982, p. 71-77. Kovalevsky, J., The project Hipparcos. In: Manuscripta Geodaetica (1986), 11, p. 89-96. Manuscripta Geodaetica, Special Issue on Hipparcos, Vol. 11No. 2, 1986. Marei, H. van der, On the .great circle reduction" in the data analy sis for the astrometric satellite Hipparcos. Proefschrift TU Delft, Netherlands Geodetic Commission, Publ. on Geodesy, Vol. 8, No. 2, Delft, 1988. Mueller, I. I., Reference coordinate systems and frames: concepts and realization. Bulletin Geodésique 59 (1985), p. 181-188. Perryman, M. A. C., and T. D. Guyenne (eds.), The scientific Aspects of the Hipparcos space astrometry mission. Proc., Strassbourg, ESA document sp. 177, 1982. De regering legt verband tussen enerzijds het kinder tal en anderzijds de formatie en de centjes van scho len. Sindsdien doet de TU Delft nadrukkelijk aan werving. Tot in de reizigerstunnel van het NS-station Den Haag HS toe. Vijf panelen met verlichte transpa rante posters gaan zodoende niet over drank, maar over schoolgaan. „Ga studeren aan de TU Delft" leert het introductie paneel met een dusdanige afbeelding van de toren van de Oude Kerk, dat een deformatiemeting nodig lijkt. Vier faculteiten kregen een apart paneel. Zowaar zit de Faculteit der Geodesie erbij. „IS DE AARDE ROND?" is de klemmende vraag in grote letters die als trekker fungeert. Rechts zie je het afgezaagde GPS-plaatje met satellietbanen en een aardkloot, die net zo rond is als de twee losse glazen knikkers op de zelfde superdia! Dat symbolische speelgoed irriteert menig afgestudeerde, want materieel gewin lijkt geen motief om voor geodesie of landmeetkunde te kiezen. Verder zien de treinpassanten een remote sensing (RS) beeld, alsmede een fragment van een topografi sche kaart van de Maasvlakte. Vooral vanwege de be- schrifting is de kaart het duidelijkst. Op het RS-plaatje staat slechts de weinig populaire tekst „L2054 P1321 ROAM NLR". De positionering van de bijschriften is op de totale dia al een even groot probleem als op een drukke kaart. Rechts, van uitgerekend een man met een driepoot (zij het tevens onder het RS-plaatje), staat „Er wordt steeds meer vanuit de lucht en de ruimte naar de aarde gemeten". Uitsmijter is de volzin „De verzamelde gegevens worden meestal weerge geven in kaarten". Wat een verschil vormt de superdia met de recente advertentie van de Hogeschool Utrecht in dagbladen. Geen fundamentele vraag als „Is de aarde rond?", maar een pittig meisjeshoofd met de tekst „Ik Weet Wat Ik Wil". Geen verwijzing naar aardobservatie van uit de ruimte, maar juist de stelling „Er valt op aarde nog heel wat te doen voor HTS-ingenieurs landmeet- kunde/kartografiel". En voor deze doelgroep staan er geen knikkers als lokkertje afgebeeld. Piksel 242 NGT GEODESIA 89 - 5

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1989 | | pagina 22