n
KARTERINGSDIENST
mm
mm
mm
m
mm
mm
mm
mm
mm
mm
mm
Leesbaarheidsonderzoek
13
El
ca
E3
i
a
meet af aan een belangrijke activiteit op het gebied van
de computerkartografie ontplooid. Die is vooral gericht op
toepassingen in de topografische en thematische karto-
grafie en op de opbouw van geografische informatie
systemen. Ook het gebruik van de computer ten behoeve
van de reproduktie krijgt veel aandacht, met name het ge
bruik van scanners. Door de onderwijseisen is men hier
met name ook goed ingewerkt in de eigenschappen,
mogelijkheden en tekortkomingen van de beschikbare
hardware, waarvan op het ITC veel voorbeelden aan
wezig zijn.
In de kartografie gaat het om informatie-overdracht door
middel van kaarten. In de meeste gevallen gaat het daar
bij om gegevens die door middel van visuele waarneming
uit de kaart moeten worden ontleend. Kartografen bedie
nen zich daarbij van traditionele methoden en symbolen
die in het verleden goed geschikt bleken voor de over
dracht van informatie. Op zichzelf is aan de visuele waar
neming weinig veranderd, des te groter zijn echter de ver
anderingen op het gebied van de stimuli, in het onder
havige geval de symbolen op grootschalige kaarten. In de
periode dat deze symbolen hun huidige vorm kregen,
werden ze nog op papier getekend met trekpen of Bran-
dauerpen. Op dit moment worden veel symbolen al geplot
op maatvaste materialen en is er derhalve iets veranderd
aan de omstandigheden bij de waarneming. Die verande
ringen worden nog veel groter, wanneer bijvoorbeeld
rond de eeuwwisseling tenminste de helft van de groot
schalige bestanden ook op beeldscherm zichtbaar zal
kunnen worden gemaakt. Daarvoor gelden dan weer
andere waarnemingsomstandigheden (bijvoorbeeld de
grootte van een beeldscherm ten opzichte van een plot,
lichtinval en ,,zoom"-faciliteiten). Het ligt daarom voor de
hand de in gebruik zijnde symbolen te toetsen op hun ef
fectiviteit bij de huidige vormen van overdracht van groot
schalige ruimtelijke informatie.
Dat een dergelijk onderzoek naar de symbolen op groot
schalige kaarten thans plaatsvindt, is van groot belang,
aangezien men op het punt is aangekomen, dat op grote
schaal wordt overgegaan op elektronische media. Bij
deze automatisering worden in eerste instantie bestaan
de symbolen overgenomen of zo goed mogelijk geïmi
teerd. Het is nu het moment daarop zo nodig mits daar
toe op grond van de testresultaten aanleiding bestaat
in te grijpen door andere symbolen voor te schrijven. Im
mers later zal het, gezien de hoge investeringen in soft
ware, moeilijk zijn eenmaal grafisch gedefinieerde sym
bolen te veranderen.
Bij het uittesten van symbolen speelt in eerste instantie
de vraag of ze snel worden herkend. Men zal een groot
schalige kaart primair gebruiken om na te gaan waar op
een bepaalde plaats bepaalde objecten voorkomen (wat
is daar?). Vragen naar het spreidingspatroon van een be
paalde categorie van objecten (bijvoorbeeld waar zijn de
telefooncellen?) komen minder voor. De visuele her
kenning is dus het belangrijkste, en pas daarna speelt de
selectiemogelijkheid een rol.
TOPOGRAFISCH
ELEMENT
NEN 3256
GASUNIE
GEMEENTE
DEN HAAG
GRONTMI J
GEMEENTE
H' SUM
KLM
AEROC.
MEETK.
DIENST
NS
GEMEENTE
R' DAM
ROVU
UTRECHT
BESCH0EIING
BOOM
ELECTR. KAST
HOOGSPANNI NGS-
MAST
LICHTMAST/
LANTAARNPAAL
SCHUTTI NG
TELEFOONCEL
VANGRAIL
VERKEERSLICHT
VERHARDING
GESLOTEN
BITUMEN
BETON
HALF OPEN
OPEN
0 0 hsin
lm\lp
VR
vl
•-«> V
rLTLTLTVTUT
O
LP
VL
O O O O O O
O O O O O
O O O O O O
O O O O O O
O O O O O
O O O O O O
LP
S
T
O
schut
tc
LrrLm
ov
TC
ov
GV
O O O O O O
O O O O O
O O O O O O
ov
Fig. 1. In gebruik zijnde symbolen voor een aantal topografische elementen bij tien verschillende karteringsinstellingen.
NGT GEODESIA 89 - 6
291