Toepassing FINGIS in de
landinrichting
Inleiding
FINGIS
door ir. C. H. J. Lemmen, Hoofddirectie van de Dienst van het Kadaster en de Openbare
Registers te Apeldoorn.
SUMMARY
Application of FINGIS in landdevelopment
The article gives a rough overview of the FINGIS database structure and the possibilities for input, modi
fication, inventory and presentation of geometric data. Furthermore a description is given of the (Dutch)
Landdevelopment application which is defined in the FINGIS Set-up module and of an interface to a Data
Base Management System in which object-subject relations are represented.
Het Finnish Geographic Information System (FINGIS) is
inmiddels ongeveer twee jaar bij het Kadaster in gebruik
voor toepassing in de landinrichting. Het sofwarepakket
is ontwikkeld door de National Board of Survey te Helsin
ki, Finland. Deze instelling voert wr rkzaamheden uit, die
in Nederland vergelijkbaar zijn met de werkzaamheden
van de Topografische Dienst, het Kadaster en de Land-
inrichtingsdienst.
Met de ontwikkeling van FINGIS is in 1975 gestart. De
eerste commerciële versie is in 1984 op de markt ge
bracht. In 1987 is het systeem aangekocht door het
Kadaster. Het is geleidelijk in de vestigingen van het
Kadaster geïntroduceerd en is op dit moment in vrijwel
alle vestigingen beschikbaar. Er wordt enthousiast mee
gewerkt. Gebleken is dat een gebruiker zich de veelzij
dige mogelijkheden die worden geboden, snel eigen kan
maken.
FINGIS biedt onder andere krachtige en voor toepassing
in de landinrichting zeer geschikte commando's voor
manipulaties met oppervlakte-objecten, zoals schattings-
gebieden, kavels of percelen. Dit is voor een doelmatige
en doeltreffende digitale gegevensverwerking in de land
inrichting van groot belang; de belangrijkste informatie
die aan bestanden met geometrische gegevens dient te
worden ontleend, betreft oppervlakten en waarden. In het
kader van het ontwerpen van het plan van toedeling
dienen deze oppervlakten en waarden onmiddellijk te
kunnen worden berekend, nadat een begrenzing van een
kavel door de gebruiker is aangegeven. Dit wordt ver
zorgd met behulp van een topologische editor, waarmee
sluitende oppervlakte-objecten op een direct controleer
bare wijze kunnen worden ingevoerd of gewijzigd. Daar
naast voorziet het pakket in een mogelijkheid om op een
voudige wijze relaties te leggen tussen FINGIS-data-
bases met geometrische gegevens enerzijds en afzon
derlijke databases met administratieve gegevens ander
zijds. De structuur van laatstgenoemde databases kan
aldus worden afgestemd op de verschillende eisen die
aan een specifieke applicatie worden gesteld.
In het Kartografisch Administratief Systeem (KAS) voor
landinrichtingsprojecten, een systeem dat op dit moment
in ontwikkeling is, fungeert FINGIS als kartografische
component. Bij de ontwikkeling van het KAS is veelvuldig
gebruik gemaakt van de genoemde koppelingsmogelijk
heid. Voor KAS is de koppeling gebaseerd op aanduidin
gen van oppervlakte-objecten.
Dit artikel geeft een algemeen overzicht van de database
structuur, de mogelijkheden van invoer en wijziging van
geometrische gegevens en de mogelijkheden van raad-
282
plegen en presentatie van gegevens in FINGIS. Vervol
gens wordt de landinrichtingsapplicatie zoals die bij het
Kadaster is gedefinieerd, nader uitgewerkt en wordt stil
gestaan bij een aantal technische aspecten met betrek
king tot het werkproces. Tenslotte zal kort worden inge
gaan op het Kartografisch Administratief Systeem, waar
van een aantal modules dit jaar operationeel wordt.
Database-structuur
De databases met geometrische gegevens in FINGIS
betreffen een afbeelding van een gelimiteerd rechthoekig
gebied in het terrein. Een limiet is nodig om de recht
streekse invoer en wijziging van gegevens in de data
bases op een doelmatige wijze, dus met een snelle
respons, en een doeltreffende wijze, dus met directe
bijhouding van de topologie, te kunnen uitvoeren. Een
database wordt gedefinieerd door middel van de terrein
coördinaten van de hoekpunten en (eventueel) een data
basenaam. In iedere database kan een aantal lagen met
geometrische gegevens worden opgenomen, bijvoor
beeld een laag met topografie, een laag met waarde-
gegevens (schatting) en een laag met kavels.
Bij de definitie van een applicatie in FINGIS dient te wor
den opgegeven of in een laag sprake is van „losse" lijnen
of van oppervlakte-objecten. Iedere laag bestaat uit een
aantal objectgroepen, te weten een (lijn)puntgroep, een
symboolgroep, een tekstgroep en een lijngroep (fig. 1).
(Lijn)punt-, symbool- en tekstgroepen bevatten puntob-
jecten, lijngroepen beschrijven lijnobjecten; hieruit kun
nen oppervlakte-objecten worden gevormd.
Binnen een objectgroep kunnen classificaties worden
onderscheiden. De objectgroepen als zodanig zijn uniek
Een database bestaat uit lagen.
Een laag bestaat uit de objectgroepen
puntgroep
symboolgroep
tekstgroep
lijngroep
Punt-, symbool- en tekstgroepen bevatten puntobjecten.
Lijngroepen bevatten lijnobjecten; hieruit kunnen opper
vlakte-objecten worden gevormd.
Per objectgroep worden classificaties onderscheiden.
Fig. 1. Overzicht gegevensstructuur FINGIS databases.
NGT GEODESIA 89 - 6