O
vlakobject).
kunnen via de rechts" en „links" relaties de bijbehoren
de zijden worden gevonden en daaruit via de „begin" en
„eind" relaties de bijbehorende knooppunten met hun
coördinaten.
Lijn- en puntobjecten kunnen op eenzelfde manier wor
den gevonden.
2. Geef alle objecten in een bepaald gebied
Het gebied wordt door middel van een omgrenzing aan
gegeven. Daarna worden alle knooppunten die binnen de
omgrenzing vallen, opgezocht via hun coördinaten. Via
de „geef weer" relatie worden de bijbehorende punt
objecten gevonden met hun klasselabels. Via de „begin"
en „eind" relaties worden de zijden gevonden en van
daaruit via de „deel van" relaties de lijnobjecten met hun
labels en via de „links" en „rechts" relaties de vlak-
objecten met labels.
3. Geef informatie over een bepaald object
De ingang is nu de objectidentificatie. Via de ok-link wordt
het klasselabel gevonden. De geometrische gegevens
worden weer via de go-links en de gg-links gevonden.
Door combinatie van elementaire bevragingen ontstaan
samengestelde bevragingen, zoals „geef alle bossen bin
nen een bepaald gebied".
Dit is een combinatie van bevragingen van type 1 en 2.
3.2. Topologische relaties tussen objecten
Tot nu toe zijn bij de ontwikkeling van de f.d.s. twee
groepen topologische relaties ingevoerd. De eerste soort
volgde uit de graafstructuur van de vectorkaart, de twee
de soort werd gevormd door de verbondenheid tussen de
geometrische elementen (knooppunten en zijden) en de
objecten. Iedere topologie heeft zijn eigen informatie-
waarde. Men moet ze echter niet verwarren, omdat ze
ieder een bepaald type verbondenheid beschrijven met
eigen elementen en regels. De combinatie van deze twee
topologieën maakt het mogelijk om geometrische gege
vens over objecten af te leiden uit de opgeslagen ge
gevens in een gegevensbank, zoals in hoofdstuk 3.1. We
kunnen nu echter een stap verder gaan en een topologie
op objectniveau definiëren. Die maakt het mogelijk de
verbondenheid van de gekarteerde objecten te onder
zoeken. Hiertoe kunnen zes groepen objectrelaties wor
den gedefinieerd in vectorkaarten. Als we ons tot e.v.k.'s
beperken, vinden we de volgende topologische object
relaties (fig. 12 t.m. 16).
vlak-vlak relaties vv-r (fig. 12)
lijn-lijn relaties ll-r (fig. 13)
eiland
(b)
Fig. 12.
In een e.v.k. kunnen vlakobjecten elkaar niet overlappen.
Uit fig. 12 blijkt, dat er sprake is van aangrenzende vlak
objecten (vv-r1 vlakobject 1 grenst aan vlakobject 2) en
vlakobjecten die een eiland vormen (vv-r2 vlakobject 1
is een eiland in vlakobject 2).
398
Fig. 13.
snijdt
Een lijnobject kan van een ander lijnobject aftakken, zo
als de IJssel van de Rijn aftakt of omgekeerd, zoals de
Ruhr in de Rijn uitmondt (Il-r1 lijnobject 1 takt af van
lijnobject 2).
Lijnobjecten kunnen elkaar kruisen, zoals een weg over
een rivier gaat (Il-r2 lijnobject 1 kruist lijnobject 2).
Twee lijnobjecten kunnen elkaar snijden, zoals bij een
wegkruising (Il-r3 lijnobject 1 snijdt lijnobject 2).
punt-punt relaties pp-r
Er is maar één punt-punt relatie en dat is hun onderlinge
afstand (pp-r1 puntobject 1 heeft een afstand tot punt-
object 2).
Nu volgen de relaties tussen objecten van verschillende
typen; dit zijn:
vlak-lijn relaties vl-r (fig. 14)
eindigt in
doorsnijdt
Fig. 14.
Een lijnobject kan in een vlakobject eindigen of omge
keerd vanuit een vlakobject beginnen, zoals een rivier die
in een meer uitloopt of vanuit een meer verder stroomt
(vl-r1 lijnobject eindigt in vlakobject).
Een lijnobject kan een vlakobject doorsnijden, zoals de
Rijn door Nederland stroomt (vl-r2 lijnobject doorsnijdt
vlakobject).
Een lijnobject kan over de grens van een vlakobject
lopen, zoals de Rijn de grens tussen Duitsland en Frank
rijk vormt (vl-r3 lijnobject is grens van vlakobject).
punt-lijn relaties pl-r (fig. 15)
ligt op
op afstand van
Fig. 15.
Een puntobject kan op een lijnobject liggen, zoals een
brug over een rivier. Een brug wordt hier als een punt
object beschouwd (pl-r1 puntobject ligt op lijnobject).
Een puntobject ligt op een bepaalde afstand tot een lijn
object (pl-r2 puntobject ligt op afstand van lijnobject).
punt-vlak relaties pv-r (fig. 16)
Een puntobject kan binnen een vlakobject liggen, zoals
een boerderij in een polder (pv-r1 puntobject ligt in
NGT GEODESIA 89 - 9