De manager als stuurder Ik verklap dus nu maar het grote geheim, dat verborgen moest blijven in de cultuur, totdat het nieuwe mensbeeld van de emancipatiepolitiek mogelijk werd: mensen schrij ven hun eigen programma. Niet alleen voor zichzelf, maar vooral voor elkaar. Dat is het wezen van communi catie. Mensen zijn niet alleen energetische en biologi sche, maar ook sociale en communicatieve wezens. De spreuk „verbeter de wereld, begin met jezelf" verander ik in „begin met de cultuur en met het zelfbeeld inzake de leercapaciteit van de mensen". Zo situeer ik mijn stand punt in een ontwikkelingsproces van het zelfbeeld van menselijk denken; ik noem communicatie de verborgen bestuurder en schrijver van het menselijke programma. Dat brengt mij dan op de rol van de manager. Hij is belast met het schrijven van een stukje van het menselijke programma, als stuurder van zijn werkomgeving. Hij heeft het moeilijkste vak met de minste middelen. Alles gebeurt op het gevoel; de kennis is voorondersteld, maar deze kennis ontbreekt in onze cultuur. De eigenwijsheid loont, maar dat is een noodmaatregel. De geldigheid van de inzichten moet worden getoetst. In mijn betoog schets ik een referentiekader voor die toetsing. Onze Europese cultuur ontwikkelde eerst een overgang van machtsgestuurde organisatievormen, gedomineerd door willekeur, naar regelgestuurde organisatie en maat- schappijvormen, gedomineerd door bureaucratie en tota litaire systemen, karakteristiek voor de dertiger jaren. Voor onze tijd ontwikkel ik de logica van de communica- tiegestuurde organisatievormen als de nieuwe grondslag voor management [1], Vanuit iedere maatschappelijke positie en vanuit elk vakgebied ontwikkelt een mens een filosofie als logische fase, niet alleen in de eigen ontwikkeling, maar ook als manager en stuurder van de grotere systemen die bedrij ven en instellingen zijn. Daarmee worden de tekorten aangevuld inzake onze informatiebestanden, die verbon den zijn met de maatschappelijke arbeidsdeling en spe cialisatie. Het is een kenmerk van sturen en van besturen dat we een overzicht nodig hebben van het geheel waarin a 1 Mt\ E N Ka T-l (Est u Om de problematiek te illustreren een gravure van Bruegei, een Nederlander, dat hoef ik een landmeter niet uit te leggen, de grens werd pas later bemeten. Dat hij nu een Belg zou zijn is irrelevant, want hij leefde in de zestiende eeuw. De gravure heet Elck (London, British Museum, 1558). Op de gravure is een denkfout weergegeven. Ik geef er een naam aan die past in onze tijd ,,De mens op zoek naar zijn zelfsturing". Die zelf sturing zullen ze nooit vinden, want ze zoeken hem in de buitenwereld, terwijl hij in de binnenwereld van de innerlijke logica van het gevoel moet worden gezocht. Ze zullen hun zelfsturing evenmin vinden als de hele empirische wetenschap van onze tijd, die alleen maar naar buiten kijkt. Ik teken hier trouwens aan dat een landmeter er geen enkel belang bij heeft de empirische wetenschap te verdedigen, want een empirist snapt een landmeter niet. Als een landmeter vaststelt dat een grenspaaltje verkeerd staat, dan herziet hij zijn theorie niet, hij verzet het paaltje. Dat komt omdat de landmeetkunde uit de logica stamt, al sinds de Oudheid. Logica is veel ouder en eerbiedwaardiger dan het empirisme. Logica omvat alle beginselen van interne sturing, waaronder de sturing van het sociale regelsysteem, dat de landmeter vertegenwoordigt. ,,Het moet kloppen" zegt de landmeter en de empirist staat er beteuterd bij, maar weet niets terug te zeggen. Er wordt nog een tweede denkfout gemaakt op de gravure Elck, de mensen maken ruzie, ze vechten in plaats van te communiceren. Anders zouden ze nog eens te weten kunnen komen hoe een ander zich zelf stuurt en stukje bij beetje ontdekken dat daar een verborgen communicatief systeem in zit, dat er dingen zijn die voor iedereen als zelfsturing gelden en dat die zaken nu juist waarden zijn. 482 NGT GEODESIA 89 10

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1989 | | pagina 14