V. - - Zelfschrijvend echolood in gebruik bij de Meetdienst. Na zijn welkomstwoord schetste de heer E. Schut (hoofd van de Meetdienst) omvang en structuur van het provinciale, ambtelijke apparaat. Ook hier heeft reorganisatie in de afgelopen jaren haar werk gedaan. Bekende afkortingen (en bolwerken) als PWS en PPD komen in het organisatieplaatje niet meer voor. De ongeveer 1200 ambtenaren zijn georganiseerd in een tiental diensten, zoals WVG (Wegen, Verkeer en Grondzaken), ROV (Ruimtelijke Ordening en Volkshuisvesting) en L L (Landinrichting en Landbouw). De Meetdienst vormt met 55 medewerkers een onderdeel van de dienst M W (Milieu en Water), maar het mag duidelijk zijn dat zij ook volop voor de andere diensten werkt. Niet alleen wat de „land meetkundige" activiteiten betreft, maar ook in de organisatie van de informatievoorziening speelt de Meetdienst de eerste viool binnen het provinciale apparaat, hetgeen eenvoudigweg wordt verklaard door de reeds jarenlange ervaring met geautomatiseerde processen binnen de Meetdienst. Eén opmerking deed de echte landmeetkun digen even sidderen: bij geautomatiseerde processen is volledigheid meestal een stuk belangrijker dan nauwkeurigheid. De aanpak van de informatievoorziening werd weergegeven door de heer B. Th. van Miltenburg (onderafdeling Rekenwerk). Reeds in 1984 is een raamwerkplan opgesteld. Hierin is een structuur ge schetst voor de aanpak en voorts is een aantal systemen benoemd. Het accent ligt op de uitvoeringsondersteunende en geo- en karto- grafische informatiesystemen. De managementinformatiesystemen werden met één opmerking getypeerd: Daar praat iedereen wel over, maar niemand weet precies wat ze ermee moeten. De heer P. van Zwienen bracht de onderafdeling Tekenwerk voor het voetlicht. Daaruit bleek dat op provinciaal niveau het accent ligt op midden- en kleinschalig kaartmateriaal. Dit wordt onder meer geïl lustreerd door het feit dat de medewerkers geen tekenaar of operator heten, maar kartografen. De heer B. G. W. J. ter Bogt (onderafdeling Vastgoedinformatie) ging in op de juridisch-administratieve taken. Vanuit de relatie met het Kadaster en de automatisering bij het Kadaster zijn ook op dat terrein in de komende jaren geautomatiseerde toepassingen te verwachten. Vervolgens schetste de heer B. Th. van Miltenburg de automatise ringsontwikkeling bij de Meetdienst, startend bij het geautomatiseer de rekenen in 1968 op de Olivetti, via de stroomversnelling die in de buitendienst ontstond door gebruik van Reg Elta's, naar de aanschaf in 1985 van een minicomputer op de tekenzaal, waar nu volop met het Infocam-systeem wordt gewerkt. De heer L. van Heukelum rondde de ochtend af met de activiteiten van de onderafdeling Meetwerk. Daar worden geen veldwerken meer vervaardigd met carbonpapier, maar worden de metingen op floppy's per post aangeleverd. Speciale aandacht kreeg het zelf schrijvend echolood met het „plaatsbepalingspistool" wat we 's mid dags met eigen ogen konden zien. 's Middags togen we de route was met jalons gemarkeerd naar het recreatiegebied Rhederlaag in aanleg. Hier wordt nu industrie- zand gewonnen en moet in de toekomst een recreatiegebied ont staan van ongeveer 700 hectare, met drie campings, een bungalow terrein, een jachthaven en een golfbaan. De onderafdeling Meetwerk toonde hier een deel van haar instrumentarium, totdat het „onwerk baar weer" toesloeg en we in taveerne „De Waard" met een inwen dige verfrissing een geslaagde dag afsloten. De Meetdienst is erin geslaagd de VVL'ers te laten zien, dat land meten ook bij de provincie een uitdaging is en dat men die uitdaging in Gelderland volop aanpakt. Wim van Pijkeren DERTIENDE URBAN DATA MANAGEMENT SYMPOSIUM Voor de dertiende maal werd het UDMS ge houden, dat dit jaar in Lissabon plaatsvond. Het symposium kende met ruim 400 bezoe kers een zeer grote belangstelling. Ook van Nederlandse zijde was een 25-tal mensen aanwezig. De doelstelling van het symposium, namelijk een forum te zijn voor mensen die doende zijn met Urban Data Management, mag als ge haald worden beschouwd. UDMS '89 had als uitgangspunt de onderdelen: 1. Systeem ontwikkelingstechnieken. 2. Implementatie-ervaringen. 3. Nieuwe toepassingen. 4. Nieuwe technologische gereedschappen. Op basis van de ingezonden lezingen waren zes plenaire sessies ge selecteerd, waarop de parallelle sessies min of meer aansloten. Deze plenaire sessies hadden als onderwerp: 1. Strategie. 2. Standaardisatie. 3. GIS-technologie. 4. Urban-informatiesystemen. 5. Planning. 6. Toekomstige ontwikkelingen. Het onderwerp strategie ging in op de strategische randvoorwaarden om te komen tot geautomatiseerde informatiesystemen binnen een gemeente. Daarbij valt te denken aan voldoende enthousiasme, vol doende tijd, voldoende digitale gegevens en zeker niet in het minst kennis en ervaring. Ten aanzien van het onderwerp standaardisatie was de lezing van Ton van der Wiel van de VNG (over het Nederlandse, ons welbeken de, GFO Vastgoed) een verhelderende bijdrage. Gedurende de sessie GIS/LIS kwamen vooral de onderwerpen ana loog/digitaal omzetting, het verschil tussen raster- en vectorsyste men, tussen GIS en LAN, alsmede een groot aantal applicaties aan de orde. Deze applicaties waren overigens ook terug te zien in de stands waar bedrijven zoals Delta-system, ARC-info, Unisys en HCS- IGOS vertegenwoordigd waren. De informatietechnische hulpmiddelen betreffende planning die hier werden gepresenteerd, hadden vooral betrekking op stedelijk mana gement, stadsvernieuwing, restauratie, enz. In het deel over Urban-informatiesystemen kwamen vooral voorbeel den aan de orde, die in steden als Wenen, Barcelona en Lissabon worden toegepast. Al met al was het symposium, gelet op het groot aantal sprekers, deelnemers en de prettige avondvullingen, een succes dat voor her haling vatbaar is. Willem Bots STUDIEMIDDAG VAN DE VERENIGING VOOR VASTGOEDINFORMATIE (VVI) Donderdag 14 september jl. hield de VVI een studiemiddag onder het thema „Ervaringen bij automatisering van gegevens ten behoeve van vastgoedinformatie". Voorzitter ir. drs. H. A. L. Dekker praatte de sprekers zeer vlot aan elkaar. Om aan te duiden, dat hij bij het brede begrip vastgoed nooit weet waar hij moet beginnen, gebruikte hij het beeld van de „muskiet op een nudistenstrand". Leerzaam was ook zijn overzicht van de status van de automatise ring: ,,We hebben nu te maken met 4e generatie programmatuur, 2e generatie managers en vanmiddag met 6e generatie inleiders". Ir. P. J. Buijs sprak over het keuzetraject voor het AM/FM-systeem bij de Provinciale Zeeuwse Energie-Maatschappij. Daar volgens hem de informatievoorziening moet aansluiten op de organisatie en niet andersom, werd in een proefproject het concept van een gedistri bueerde gegevensbank beproefd; daardoor blijft men een decentraal opererende organisatie. In een winkelconcept raadpleegt of muteert men op werkstations via districtscomputers baliebestanden van 1 km2. Daadwerkelijk mute ren vindt 's nachts plaats. Interessant was de capaciteitsschatting voor de conversie van het analoge leidingenbestand (via construc tie): 60 mensjaar. Per km laagspanningskabel werd ongeveer 4 uur NGT GEODESIA 89 - 10 489

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1989 | | pagina 21