vastgoed systeem coördinatie Het jaarverslag verwijst naar de nota ,,Het Kadaster tot uw dienst welke begin 1988 verscheen. Die nota onderscheidt drie hoofdtaken: vastgoedintormatievoorziening; coördinatie; landinrichting. Van alle drie de taakgebieden omschrijft het verslag de gebeurtenis sen in 1988. Over landinrichting en vastgoedinformatie wordt ver meld, dat de basis voor de vastgoedinformatievoorziening in land inrichtingsprojecten de vastgoedsystemen zijn, die door het Kadas ter worden opgezet en bijgehouden. Een apart hoofdstuk is gewijd aan de automatisering, met name: AKR (60% gereed); LKI (in november 1988 officieel in gebruik genomen); Vastgoedregistratie landinrichtingssystemen (VRL en KAS), waaronder het systeem FINGIS dat in 1988 in alle vestigingen werd geïntroduceerd. Al met al aanleiding voor hoofddirecteur Remijnse om in zijn inlei dingswoord op te merken dat het jaar 1988 als resultaat heeft gehad, dat de organisatorische en technische voorwaarden zijn geschapen voor een „Kadaster nieuwe stijl", te herkennen aan marktgericht heid, slagvaardigheid onder een taak- en mensgerichte leiding. JAARVERSLAG DHV 1988 Een zeer fraai uitgevoerd, met mooie kleurenfoto's geïllustreerd jaar verslag ontvingen wij van DHV. DHV Raadgevend Ingenieursbureau BV boekte in 1988 een netto winst van 2 miljoen gulden tegenover 1,4 miljoen in 1987. De omzet bedroeg 186 miljoen gulden tegen 162 miljoen in 1987. De gereali seerde verbetering was voornamelijk te danken aan het aantrekken van de binnenlandse markt. De marges op de buitenlandse markt stonden echter onder druk, waardoor het totale rendement van het bureau op een te laag niveau lag, aldus het zojuist gepubliceerde jaarverslag. DHV kent voor zijn medewerkers een winstdelings- en tantièmerege ling. Deze uitkering is thans voor het eerst in de cijfers zichtbaar gemaakt. Het resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening vóór winst- en tantièmeuitkering bedroeg 4,3 miljoen gulden en lag vrijwel op het niveau van 1987. Van de activiteiten in 1988 wordt vermeld, dat het milieu sterker dan ooit in de belangstelling stond. Men gaf vele adviezen aan bedrijven over bodem-, water- en luchtverontreiniging. Voor projecten die een belangrijke invloed op het milieu kunnen uitoefenen, moest een milieu-effectrapportage worden uitgevoerd. Het verslag beschrijft een aantal van die projecten zoals de vaste oeververbinding over de Westerschelde, de opleidingsschool voor de Koninklijke Marine in Den Helder en de studies naar waterkwali teitsbeheer in Noord-Holland en Utrecht. Van de buitenlandse pro jecten wordt een aantal beschreven, met name die op de Salomons eilanden en in Soedan en Maleisië. Voor 1989 verwacht DHV een aanzienlijke winststijging. De binnen landse markt blijft zich gunstig ontwikkelen en de interne organisa tie, waarbij het bureau is opgedeeld in een groot aantal kleinere zelf standige marktsectoren, begint zijn vruchten af te werpen. Het aantal medewerkers is gestegen van 1041 eind 1987 tot 1083 eind 1988. DHV wil zijn positie als groot internationaal bureau versterken. Hier op zal de strategie de komende jaren gericht zijn, met een accent op Europa. GEGEVENSBESTAND VAN HET GRONDGEBRUIK IN NEDERLAND Het Staring Centrum in Wageningen is samen met DHV Raadgevend Ingenieursbureau BV te Amersfoort gestart met een gegevens bestand van het grondgebruik in Nederland. De overeenkomst om een dergelijk gegevensbestand te produceren en te exploiteren, is onlangs getekend. Het project is mede mogelijk gemaakt door een subsidie in het kader van het Nationaal Remote Sensing Program ma, dat onder andere tot doel heeft het gebruik van satellietopnamen te stimuleren. Het gegevensbestand wordt vervaardigd met behulp van satelliet opnamen en veldwaarneming. Hierbij wordt uitgegaan van vlakken van 25 bij 25 m. Als binnen dit vlak bijvoorbeeld hoofdzakelijk maïsteelt is te vinden, wordt dit als vorm van grondgebruik geno teerd. Het gegevensbestand kent de volgende categorieën: gras, granen, maïs, bieten, aardappelen, overige gewassen, kale grond, fruitbomen, glastuinbouw, bollenteelt, loofhout, naaldhout, heide, overig natuurgebied, open water en bebouwing/wegen. De gegevens van het gegevensbestand worden in de vorm van een kaart of statistiek geleverd, maar kunnen ook in digitale, voor de computer verder bewerkbare, vorm worden geleverd op computer tape of diskette. Hierdoor kunnen de gegevens worden gebruikt in geografische informatiesystemen. Combinatie met andere geogra fische informatie uit bijvoorbeeld topografische of bodemkaarten is hierdoor mogelijk. Het gegevensbestand komt in fasen beschikbaar. Van oostelijk Nederland is dit inmiddels gereed. In september jl. waren de gege vens van zuidelijk Nederland rond en begin volgend jaar volgen het westelijk en noordelijk deel van Nederland. De eerste editie van het gegevensbestand bevat gegevens over het grondgebruik in 1986. Het is de bedoeling de volgende edities eens in de vier of vijf jaar te vervaardigen. Op verzoek kan echter ook een bestand van een ander gewenst tijdstip worden gemaakt. De informatie die uit satellietopna men kan worden afgeleid, is relatief goedkoop. Omdat er voortdu rend nieuwe opnamen beschikbaar komen, kan het bestand boven dien eenvoudig worden geactualiseerd. RAET EN OUDE VRIELINK SLUITEN OVEREENKOMST GROND BEDRIJF SOFTWARE Op 19 juni 1989 is door RAET Lokale Automatiseringsdiensten en automatiseringsadviseur ir. G. H. J. Oude Vrielink R.l. een overeen komst getekend voor verdere ontwikkeling van het Grondbedrijf Exploitatie Informatie Systeem. Door ir. Oude Vrielink is in 1984 een begin gemaakt met het systema tisch analyseren van gegevens die van belang zijn voor de grond exploitatie. Deze analyse resulteerde uiteindelijk in het Grondbedrijf- Datamodel. De heren G. H. J. Oude Vrielink (links), automatiseringsadviseur, en A. M. Dekkers (rechts), directeur RLAD, na de ondertekening van de overeenkomst voor de gezamenlijke ontwikkeling van GEIS. 542 NGT GEODESIA 89-11

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1989 | | pagina 30