publikaties Vanwege de grote belangstelling van gemeentelijke grondbedrijven is dit datamodel door RAET verder ontwikkeld tot een informatie systeem, GEIS genaamd (GEIS Grondbedrijf Exploitatie Informa tie Systeem). Het systeem bestaat uit de modulen verwerving, be heer, uitgifte, plankosten, werken en exploitatie, en maakt deel uit van GEOBASE, een vastgoedsysteem van RAET. Het prototype van het systeem zal door een twaalftal gemeenten en waterschappen in de dagelijkse praktijk worden uitgetest. Voor nadere informatie: RAET Lokale Automatiseringsdiensten, Postbus 4054, 6803 EB Arnhem. CARTOGRAPHICS VERHUISD Met ingang van heden is Cartographies verhuisd. Het nieuwe adres luidt: Theo Pasveer bNO/Cartographics CV, Galjoen 25-20, 8243 LJ Lelystad, telefoon 03200 - 27672. SATELLITENGEODASIE Günter Seeber; uitgave: Walter de Gruyter, Berlijn, 1989, ISBN 3-11-010082-7; XIII 489 pagina'sDM 198, Voor mijn woon-werk-verkeer reis ik momenteel dagelijks per trein op en neer tussen Amersfoort en Delft. Een week lang heb ik de terug reis besteed om bovenstaand boek eens door te werken. Ik vond het geen verloren tijd! Het boek komt uit in een tijd waarin de dorst naar kennis over het Global Positioning System (GPS) welhaast onlesbaar is. Het eerste wat dan opvalt bij de bestudering van het boek is en de titel geeft dat ook al aan dat er veel meer in staat dan GPS alleen. Het twee de dat mij trof, was dat het boek zich eerder laat lezen als een roman dan als een echt naslagwerk. Dit zal ongetwijfeld komen door het feit dat het boek is gegroeid uit de dictaten die professor Seeber heeft gebruikt bij zijn colleges aan de Universiteit van Hannover. Sommigen zullen zo'n aanpak een voordeel vinden, anderen een nadeel; het ligt er maar aan wat je voorkennis is en wat je precies wilt weten. Overigens, aan de volledigheid van alle gegevens ont breekt weinig: vrijwel elke waarde en constante kun je in het boek vinden. Terug naar de inhoud. De elf hoofdstukken, afgesloten met een zeer uitgebreide literatuur- en trefwoordenlijst, kennen de volgende in houd: hoofdstuk 1 „Inleiding" geeft een algemene inleiding op de satellietgeodesie, mede in historisch perspectief. In hoofdstuk 2 „Algemene grondbeginselen" gaat het boek dan echt van start met beschouwingen over coördinatenstelsels, tijdsbegrip en signaal- voortplanting, inclusief dus de refractieverschijnselen. Hoofdstuk 3 „Satellietbeweging" behandelt de elementaire hemelmechanica, de (door het aardse zwaartekrachtsveld, getijdenkrachten van zon en maan, en stralingsdruk e.d.) gestoorde satellietbaan en de metho den van baanbepaling (analytisch of numeriek). In hoofdstuk 4 „Waarnemingsmethoden en geodetisch bruikbare satellieten" wordt dan de stap naar de geodetische toepassing gezet: de satel lietgeodesie wordt beschouwd als een puntsbepalingsprobleem, met een behandeling van de meetgrootheden en meetmethoden. Als eer ste hiervan volgt in hoofdstuk 5 „Klassieke waarnemingstechnie ken" de fotografische richtingsmeting met satellietcamera's, plus nog wat andere verouderde technieken. Vervolgens komt in hoofd stuk 6 „Dopplermetingen" het TRANSIT-plaatsbepalingssysteem uitgebreid aan de orde. Hoofdstuk 7 „Het Global Positioning System" stelt voor sommi gen waarschijnlijk: eindelijk GPS aan de orde in zo'n 80 pagina's. De behandelde onderdelen zijn: de principes van GPS, de ontvan ger, de gegevensverwerking, een nauwkeurigheidsbeschouwing, het uitvoeren van metingen in het veld en enige toepassingen. Hoofdstuk 8 „Laserafstandmeting" behandelt principes en succes sen van de (mobiele) laserafstandmeting naar satellieten en de maan. Een apart hoofdstuk 9 „Satellietaltimetrie" is vervolgens ge wijd aan het bepalen van het gemiddeld zee-oppervlak met behulp van satellietradarhoogtemeting. Het doet mij persoonlijk wel pijn, al hoewel het strikt genomen geen satellietmethode is, de beschouwing over VLBI (Very Long Baseline Interferometry) overigens samen met o.a. satellietgradiometrie aan te treffen in hoofdstuk 10 „Ge plande missies en bijzondere methoden"! Hoofdstuk 11 „Toepassingen van de geodetische satelliet methoden" sluit het boek af met een soort algemeen overzicht over de stand van zaken op het gebied van de puntsbepaling, het bepalen van het zwaartekrachtsveld, de zeegeodetische toepassingen als navigatie en kinematische plaatsbepaling en de geodynamica. Terrestnsche Techmken 10 100 Stationsentfernung Km l 1000 10000 Tenslotte: „Wat is goed en wat is minder goed aan dit boek?" Goed is, dat het door een echte „praktijkman" is geschreven: professor Seeber heeft aan zeer veel Doppler- en GPS-metingen meegewerkt. Wie, zoals hij op p. 307, schrijft dat een van de hoofdproblemen bij de praktische toepassing van GPS de stroomvoorziening is, heeft echt gevoel voor wat in de praktijk belangrijk is; een compliment! Direct daaraan gekoppeld is dan het feit dat er regelmatig meet- campagnes uit de gehele wereld als voorbeeld worden gebruikt voor wat met een techniek mogelijk is. Verder staat er, zoals ik al in het begin schreef, natuurlijk erg veel aan overzicht, uitleq en qeqevens in dit boek. Minder is, dat ik me kan voorstellen dat mensen op dit moment in zo'n boek veel over GPS willen lezen, en dat dus bijvoorbeeld de hoofdstukken over richtingsmeting naar satellieten en TRANSIT- Doppler voor hen wat korter hadden gekund. Tweede opmerking is, dat het uitgeven van zo'n mooi gedrukt en in harde band gebonden boek natuurlijk tijd kost, waardoor de stand van de techniek van medio 1987 beschreven wordt! Vooral bij GPS is dat te merken, bijvoorbeeld bij de aantallen geplande satellieten en de behaalde nauwkeurigheden. En als ik tenslotte nog een beetje chauvinistisch word, dan komt Nederland er bekaaid af met z'n bijdrage aan de satellietgeodesie: dat de transportabele laser MTLRS een echt Nederlandse ontwikkeling is, wordt niet vermeld (p. 331en voor wat betreft de spelling van de naam van de voor deze ontwikkeling verantwoordelijke hoogleraar wordt getwijfeld tussen Aardoom (juist: p. 332), Aardom (p. 446) en Aaardoom (p. 334), die volgens p. 315 in Kootwigh werkt. Eindconclusie: gaat het je als lezer alleen om kennis over GPS, dan kun je waarschijnlijk beter het GPS-boek van de TU Delft kopen (zie NGT Geodesia van september 1989, p. 414) ook dit is natuurlijk chauvinisme! maar ben je op zoek naar bredere kennis van de totale satellietgeodesie, dan zul je met dit boek ver komen. Frits J. J. Brouwer VIJFDE EUROPESE CONFERENTIE AM/FM INTERNATIONAL (EUROPEAN DIVISION) TE MONTREUX Van 4 - 6 oktober 1989 vond te Montreux de vijfde Europese AM/FM conferentie plaats. De term AM/FM (Automated Mapping/Facilities Management) is uit de VS afkomstig. AM/FM International werd daar in 1982 opgericht, de Europese divisie dateert van 1985 en conform de laatste trend van regionalisering was in 1989 de eerste Neder landse conferentie. Ongeveer 300 personen, waarvan 20% Nederlanders, woonden de vijfde Europese conferentie bij, die als dubbelmotto droeg: AM/FM a competitive edge/Conversion a critical success factor". Ge durende het dertigtal lezingen kwam daar als onbedoelde ondertitel NGT GEODESIA 89-11 543

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1989 | | pagina 31