Landmeten in de Europese
Gemeenschap
onderzoek
inter
mediairs
onderwij
gebruikers
KENNISINFRASTRUCTUUR
(KIS)
publiek
onderzoeker is vaak niet de logica van de gebruiker. Iemand die het
leuk vindt om zich in een wetenschappelijk verhaal te verdiepen, zal
misschien met zo'n volgorde best uit de voeten kunnen. Maar
mensen die het willen gebruiken, zijn absoluut niet geïnteresseerd in
het hele verhaal, die zijn alleen geïnteresseerd in de resultaten. Dat
betekent dat je zo'n rapport als het ware moet „vertalen". Dat is bij
na evenveel werk als het schrijven van het rapport, in een vorm waar
in het door de gebruiker gemakkelijk kan worden opgenomen.
Naast de kennisoverdracht in engere zin, onderscheiden we kennis
overdracht in ruimere zin, dat is een tweerichtingsverkeer. Tegen
over de resultatenstroom van onderzoeker naar gebruiker moet
immers een vraagstellingsstroom staan van gebruiker naar onder
zoeker, althans bij de toegepaste wetenschappen. Tegen welke pro
blemen lopen de gebruikers op waaraan je met behulp van techni
sche kennis wat zou kunnen doen? Kennisoverdracht wordt dan een
proces van tweerichtingsverkeer. Simpel gezegd: de problemen de
ene richting uit en de oplossingen de andere kant uit. Vaak bestaat
het probleem, dat er tussen gebruiker en onderzoeker een enorme
afstand is. Die afstand blijkt in de praktijk te worden overbrugd door
mensen die in het model intermediairs" worden genoemd. Een in
termediair kan van alles zijn. In de land- en tuinbouwwereld zijn dat
consulenten, maar het zijn ook mensen die bladen uitgeven, die het
radiopraatje om half één organiseren. In de land- en tuinbouwwereld
is die functie krachtig ontwikkeld. Het blijkt dat branches die een
krachtige kennisinfrastructuur hebben, dat wii zeggen dat de partijen
goed zijn gedefinieerd en dat de intermediairs goed zijn ingevuld, het
beter doen dan andere branches.
De laatste groep in het KIS-model is het publiek. Vanuit de kennis
infrastructuur moet aan publieksvoorlichting worden gedaan. Iedere
branche moet een draagvlak hebben in de maatschappij. Het feit dat
er landmeters zijn, is geen vanzelfsprekendheid. Wilt u medewerking
van het publiek voor wat voor werkzaamheden ook, dan zult u moe
ten vertellen wat u precies doet en wat de lol en wat het nut daarvan
is. Dat is een stuk publieksvoorlichting.
In de land- en tuinbouwwereld bestaan aparte stichtingen die dat
stuk PR verzorgen. Een belangrijk aspect daarvan is de voorlichting
naar mensen die eventueel tot uw bedrijfstak kunnen toetreden, want
een tekort aan mensen is een nijpend probleem.
Kortom die publieksvoorlichting is belangrijk. Het imago wat je uit
straalt als landmeter is belangrijk en het zou mij niet verbazen dat het
beeld wat het publiek heeft, heel anders is dan het imago watje krijgt
als je hier over de tentoonstelling loopt.
Slot
Ik wil eindigen met de aanbeveling om te werken aan een sterke
branche-organisatie en daarbinnen de kennisinfrastructuur en vak
bekwaamheid bovenaan te zetten. Het is natuurlijk ook leuk om met
vakgenoten een borrel te drinken en bedrijven te bezoeken, maar
laat zo'n branche-organisatie er vooral zijn om de kennisinfrastruc
tuur op een hoog niveau te brengen. Zoveel tijd hebben wij niet. De
Europese ontwikkelingen gaan snel.
Er is zoveel aan de hand, dat je erg alert moet zijn op alles wat er
gaande is. Het uitvoeren van een brancheverkenning, ook internatio
nale ontwikkelingen daarin, zou een eerste taak kunnen zijn van zo'n
branche-organisatie die haar beleid op zo'n verkenning kan baseren.
Voor een branche-organisatie ligt er dus veel werk. Als u dat als
Nederlandse landmeetkundigen nu oppakt, kunt u ten opzichte van
het buitenland een riante voorsprong opbouwen.
Literatuur
Wissema, J. G. en L. Euser,Samenwerking bij technologische ver
nieuwing". Kluwer, 1988.
door ir. P. van der Molen, voorzitter NVG en directeur Dienst van het Kadaster en de
Openbare Registers Gelderland.
SUMMARY
Surveying in the EC
A brief outline is given of the education and practice of the surveyor within the EC.
The adopted and proposed Council Directives in this field are dissented, e.g. on general guidelines for the
recognition of diploma's.
Finally the effects are discussed of the adopted and proposed Directives on the public procurement in the
field of purchases, public works and services.
Het gaat goed met Europa. Wie heeft op dit moment niet het besef
dat de grote Europese markt met zijn 320 miljoen inwoners een
noodzakelijke voorwaarde, een noodzakelijke thuismarkt is om in de
wereld economisch te overleven, om de concurrentie uit Amerika en
Japan het hoofd te kunnen bieden.
In 1985 publiceerde de Europese Commissie het witboek van Lord
Cockfield, met 280 maatregelen die dienden te worden genomen om
in 1992 de eenwording van de interne markt te bereiken. Voor 260
Lezing gehouden op 11 oktober 1989 te Utrecht tijdens het 15e
NGL congres. Illustraties: L. Bosker.
NGT GEODESIA 89 - 12
van de 280 richtlijnen heeft de Europese Commissie voorstellen op
tafel liggen. Daarvan zijn er al 100 aangenomen door de Minister
raad. De besluitvorming gaat ook gemakkelijker. Aanvaarding van
het initiatiefvoorstel-Sp/ne/// door het Europese Parlement had tot ge
volg dat in de Europese akte van 1 juli 1987 werd opgenomen, dat
de Ministerraad uitzonderingsgevallen daargelaten met een ge
kwalificeerde meerderheid besluiten kon nemen. Daarvóór konden
besluiten slechts worden genomen met de noodzakelijke unani
miteit.
Levert Europa wel wat op?
En wat ligt er dan in het verschiet? Het Cecchini-rapport, inzake de
kosten van een non-Europa, becijfert dat we er nu jaarlijks 450 mil-
579