berichten 25 januari 1990 Oprichting landmeetkundige branche-organisatie. Jaarbeurs congrescentrum te Utrecht. Aanvang: 10.00 uur. 8 februari 1990 Symposium „Ergonomie en technische automatisering". Plaats: Technische Universiteit Twente. Zie bericht op p. 588 van het decembernummer 1989. 27 maart 1990 BCRS symposium „Nationaal remote sensing programma: be reikte resultaten en visie op de toekomst". Den Haag. Inlichtin gen: tel. 015 - 691359. 28 - 29 maart 1990 Tweede Nederlandstalige AM/FM-conferentie te Maastricht. Bericht volgt. 10 - 13 april 1990 EGIS '90 te Amsterdam. Onderwerp: „Analysis, planning management of urban, rural and natural environment". Inlichtin gen: M. Elekan, tel. 020-244133/247599. 10 - 19 juni 1990 XIXe FIG-congres te Helsinki. Aanmelding voor 1 maart 1990 i.v.m. lagere deelnamekosten. Inlichtingen: H. Velsink, tel. 055 - 285208. ROCOMP IN LANDMEETKUNDIGE AUTOMATISERING Het Eindhovense automatiseringsbedrijf Rocomp BV heeft onlangs haar activiteiten uitgebreid met de verkoop en ontwikkeling van land meetkundige automatisering. Dit heeft zij gerealiseerd door over name van enkele activiteiten van het failliete bedrijf Optronics BV uit Arnhem. Dit betekent dat Rocomp de door Optronics ontwikkelde landmeetkundige programmatuur TopoCAD voert en de alleenverte genwoordiging heeft van Geodimeter-produkten (Zweedse produ cent en marktleider van meetinstrumenten). Samen met zes voormalige Optronics medewerkers, die zij in dienst nam, zal Rocomp de zestig reeds geïnstalleerde systemen onder steunen en verder expanderen in dit landmeetkundige segment. Rocomp beschouwt deze uitbreiding als verbreding en verdieping van haar veelzijdige specialisaties, met name als directe aanvulling op haar CAD/CAM activiteiten. Meer informatie bij: Rocomp BV, Paula van Overveld, telefoon 040 - 425025. PHILIPS, HIC EN GRONTMIJ SAMEN IN VASTGOEDBEHEER Philips Telecommunicatie en Informatiesystemen, Holland Informa tion Consultants BV (HIC) en Grontmij NV zijn een vergaande vorm van samenwerking aangegaan op het gebied van vastgoedinforma tie. De drie partners kunnen gemeenten en andere beheerders van vast goed een op maat gesneden geautomatiseerd beheersysteem aan bieden, toegespitst op de specifieke wensen van het beherend appa raat. Afhankelijk van de organisatiegraad, de grootte van de ge meente, de omvang van de te beheren infrastructuur, het appara- tuurbeleid en ook de ervaring van de gebruikers kan worden geko zen uit een drietal automatiseringsopties: sectorale beheersystemen, ontwikkeld voor één vastgoedsector, zoals wegen, groen of rioleringen; geïntegreerd beheersysteem, waarbij de gegevens van de ver schillende sectoren worden ondergebracht in één beheer systeem, bestuurd vanuit een computernetwerk met een centrale gegevensbank en decentrale minicomputers; het integraal systeem, waarin de verschillende sectoren even eens zijn ondergebracht in een centrale gegevensbank; dit systeem biedt gemeenschappelijke functies voor begroten, in ventariseren, plannen en ook grafische representaties. Het reeds operationele VC-systeem, dat Philips, HIC en Grontmij ge zamenlijk op de markt brengen, werkt onder het besturingssysteem UNIX of XENIX en maakt gebruik van een relationeel DBMS (data base managementsysteem). Door deze kenmerken hebben de ge bruikers zoveel mogelijk dezelfde basisfuncties tot hun beschikking met maximale uitwisselingsmogelijkheden. Ook de module VC-CAD maakt deel uit van het VC-systeem; hiermee kan een koppeling wor den gelegd tussen de alfanumerieke en grafische gegevens (CAD). De samenwerking leidt tot wat men noemt een unieke totaaloplos sing met betrekking tot het beheer van gemeentelijk vastgoed, een 22 optimaal beheersysteem dat via een aantal groeipaden bruikbaar wordt. Er wordt voortgebouwd op de ervaring die de partners inmid dels met het VC-concept hebben opgedaan bij het uitvoeren van een aantal projecten voor het beheer van gemeentelijk vastgoed. JAARVERSLAG TU DELFT 1988 Onafhankelijk onderzoek steeds meer in de knel De TU Delft moet steeds meer doen met minder geld, meldt het zo juist verschenen jaarverslag over 1988. Het Delftse universiteits bestuur weigert te beknibbelen op onderwijs en onderzoek, maar desondanks hebben bezuinigingen afgelopen jaar gevolgen gehad, waarmee bij het wetenschappelijk werk nu rechtstreeks „de kwaliteit in het geding" is. De TU Delft heeft de grootste moeite de technische infrastructuur op peil te houden: de aanschaf van nieuwe apparatuur wordt steeds meer uit de derde geldstroom betaald. Daarmee dreigt de onafhan kelijkheid van het wetenschappelijk onderzoek in de knel te komen. Ook het onderwijs wordt „pijnlijk geraakt" door het bezuinigings mes. Met de door het ministerie opgelegde bezuinigingen worden de grenzen voor het verzorgen van kwalitatief goed onderwijs en onder zoek overschreden. Uit het jaarverslag blijkt verder dat derden de TU Delft steeds vaker inschakelen voor het oplossen van (technische) vraagstukken. Transferpunt en Wetenschapswinkel moesten afgelopen jaar bijna 600 (aan)vragen verwerken. Daarbij bleek vooral grote behoefte te bestaan aan de kennis en expertise van de Faculteiten Scheikundige Technologie Materiaalkunde en Civiele Techniek. Het aantal eerstejaarsstudenten bedroeg 3132 (3055 in 1987). Het aantal vrouwelijke eerstejaars groeide opnieuw; opmerkelijk daarbij was een forse stijging bij de studie Civiele Techniek. Van alle eerste jaars in Nederland gaat nu bijna 9% (ruim 3000 meisjes en jongens) in Delft studeren. De TU Delft leverde in 1988 bijna 2500 ingenieurs af. Het aantal promoties steeg van 77 (in 1987) naar 97. Daarmee is het aantal promovendi aan de TU Delft sinds 1985 bijna verdubbeld. Geodesie In het verslagjaar studeerde een recordaantal van 56 studenten af. Een groot percentage hiervan maakte deel uit van de zogeheten afstudeerbult. Na een evaluatie besloot de faculteit het onderwijs programma grondig te herzien. Herziening van het onderwijspro gramma dient de efficiëntie te verhogen. Dit moet ook leiden tot een verdere verdieping van de vakonderdelen. Op deze manier wordt meer tegemoet gekomen aan de hogere eisen van de geodetische arbeidsmarkt. De herziening richt zich ook op een meer fundamen tele studie. Als hulpmiddel daarbij wordt gedacht aan computer aided education. Om goede uitgangspunten te creëren voor een vernieuwd program ma, werden studierichtlijnen opgesteld voor colleges, practica en tentamens. In 1989 lanceert de Europese Ruimtevaart Organisatie (ESA) de astronomische satelliet Hipparcos (High Precision Parallax Collec ting Satellite). De Hipparcos gaat landmeten in de ruimte: twee-en- een-half jaar lang zal de satelliet in een langzaam roterende bewe ging de hemel aftasten en hoeken meten tussen sterren die onge veer 58 graden van elkaar staan. De waarnemingen worden gedaan in het zichtbare deel van het elektromagnetisch spectrum. Twee internationale consortia zullen de metingen verwerken. Het eindresultaat wordt een stercatalogus, die van ongeveer 110 000 sterren, tot aan magnitude 12, de positie, jaarlijkse eigenbeweging en parallax met een nauwkeurigheid van enige milliboogseconden zal bevatten. De nauwkeurigheid is twee orden hoger dan de beste nu bestaande catalogi geven. Hipparcos is niet het enige ruimtevaartproject waaraan de faculteit werkt. Zo is afgelopen tijd in samenwerking met de Technisch Physi- sche Dienst van TNO en TU Delft een mobiele laser ontwikkeld, die routinematig metingen uitvoert bij met laserreflectoren uitgeruste satellieten. Deze metingen spelen een belangrijke rol in het aard- deformatieonderzoek. Een satelliettechniek in opkomst is het plaats bepalingssysteem Global Positioning. Dat zal de komende jaren leiden tot ingrijpende veranderingen in de landmeetkunde en kine- matische puntsbepaling (navigatie). Iets dichter bij huis trok afgelopen jaar binnen de faculteit nog een andere ontwikkeling de aandacht: het vakgebied Planologische Geo desie. Deze tak van wetenschap richt zich op het voorbereiden, aan brengen en begeleiden van veranderingen in de eigendoms- en ge- bruiksverhouding van mensen tot grond of ander onroerend goed. Bekend zijn de activiteiten van de geodeet in de landinrichting (ruil verkaveling, herverkaveling). Ook bij de herinrichting van stedelijke gebieden kan inbreng van de geodeet voor individuele objecten en personen belangrijk zijn, vooral als het gaat om verwerving en uit gifte van grond. NGT GEODESIA 90 - 1

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1990 | | pagina 24