STRRLENBUNDELMETHODE
PROCESSCHEMR (ONTWERP)
RD TRCH
RD
TRCH
LUFO
k n p
p as p
g r s
p as p me ten
meten
coord
b e r e k
met i n g
9
best and
best and
best anden
best and
SP
R/B
•fotogr
KRRRT
t ac h ym
KRRRT
g e i ntegr
KRRRT
artoqratie
jest an
s ame n v
kartograf i e
best and
jestanden
ed i ten
e i ntegr
est an c
zi
Z2-
Z3
Maximale integratie.
Als randvoorwaarde gold tevens dat we niet halverwege het proces
met faillissementen van bedrijven, het wegvallen van programma-
tuurondersteuning, enz. zouden worden geconfronteerd. Er moest
duidelijk gezocht worden naar een turnkey-systeem, waar continu-
iteit en support optimaal waren. Het allervervelendste was dat het
niets mocht kosten (budgettair neutraal). Bovendien dienden we
zoveel mogelijk van de GBKN type Brabant gebruik te maken.
Hierover het volgende:
de GBKN-Brabant is een uiterst summiere kaart, voornamelijk be
doeld voor de nutsbedrijven. In eerste instantie hebben we aan het
samenwerkingsverband GBKN-Brabant gevraagd wat het zou
kosten om over de nodige bestanden te kunnen beschikken. De
kosten zouden ongeveer een half miljoen gulden bedragen. Op zich
is dat niet zo duur voor ongeveer 800 kilometer wegen. Daarbij kwam
dan wel het probleem dat deze raamkaartbestanden met heel weinig
objecten zouden moeten worden „omgevormd" naar een objecten
bestand. Al met al een zeer kostbare zaak. Bovendien komen de
objecten, waarin de gebruikers zijn geïnteresseerd, hier niet op voor.
In de sfeer van het wegbeheer zijn de noodzakelijke gegevens: ver
hardingssoorten, verhardingsscheidingen, straatmeubilair, inritten,
enz. Andere cultuurscheidingen, zoals kleine sloten, hekken, enz.,
staan er niet op. Dus op dat punt zouden we nog veel gegevens aan
het bestand moeten toevoegen door middel van bijmeting.
We hebben een onderzoek gedaan of er door fotogrammetrische
aanvulling met dit GBKN-B bestand nog iets te doen was. Deze proef
is op zich geslaagd, maar toch is er geconcludeerd, dat het logistiek
niet interessant was om deze werkmethode te volgen, mede in ver
band met de hoge produktiekosten.
Maximale integratie
Wij hebben een „probleemloos" systeem tachymetrie. ledereen is
eraan gewend, dat willen we zo houden. Bij integratie met fotogram-
metrie ontstaan twee problemen: daar waar je de bestanden gaat
samenvoegen, zit je met het probleem, dat je ook bestanden moet
hebben die je kunt samenvoegen. Dat zou oplosbaar zijn, als we
maar afspraken dat we met fotogrammetrie en tachymetrie dezelfde
datastructuur zouden handhaven. Daarnaast geeft aansluiting van
fotogrammetrisch gemeten punten op een terrestrisch gemeten
puntenveld de grootste problemen. Om maximale integratie te
garanderen, moeten deze twee knelpunten worden opgelost.
De diverse publikaties over dit probleem geven aan, dat een op
lossing wellicht te vinden is door toepassing van de zogenaamde
stralenbundelvereffeningsmethode. Voor de beeldvorming bij de ge
kozen systeemfilosofie volgt hierover enige uitleg:
Stralenbundelmethode
In de fotogrammetrie is een stralenbundel (globaal) gedefinieerd
door het centrum van de lens en de op de foto gemeten punten; in
dien deze punten met het centrum van de lens worden verbonden,
ontstaat een stralenbundel. De positie van zo'n stralenbundel in de
ruimte is te bepalen, als minimaal drie punten op de foto tevens in
STRRLENBUNDELVEREFFENING
KNOOPPUNT
-Cs. PPSPUNT
NGT GEODESIA 90 - 1
3