Remote sensing en landmeetkunde door ir. W. J. Looyen, werkzaam bij de afdeling Remote Sensing van het Nationaal Lucht en Ruimtevaartlaboratorium in de Noordoostpolder. SUMMARY Remote sensing and landsurveying In this article an overview is given of several remote sensing techniques and the CAESAR-scanner in particular. The use of remotely sensed information in several applications varies upon the result of four seperate phases i.e. dataregistration, processing, interpretation and presentation. The experimental CAESAR opto-electronic scanner is mounted in an aircraft and will be used for sea- and landobservation. The surveyor can play an important role in defining and controlling geometric distortions as well the up dating and maintenance of digital small scale topographic databases. Inleiding De bedoeling van deze lezing is duidelijk te maken wat remote sensing is en aan te geven waar landmeetkundige inbreng is ge wenst ten einde toekomstige toepassingen te identificeren. Als nieuw instrument zal de CAESAR-scanner worden gepresenteerd. Wat onder landmeetkunde of geodesie wordt verstaan, mag bekend worden verondersteld. Remote sensing of in het Nederlands tele- detectie of aardobservatie behoeft wellicht enige toelichting. Iedere dag maakt men, bewust of onbewust, kennis met remote sensing. Rond kwart over acht 's avonds komt de weerman aan het woord op de televisie en laat daarbij bewerkte en onbewerkte weer- satellietbeelden zien. Aan de hand van onder andere deze satelliet- beelden wordt dan de weersverwachting voor de komende dagen gegeven, dit met wisselend succes overigens. De weersatellieten geven de plaats van depressies, oceaanfronten en buiengebieden weer. Tevens fungeren ze als meetplatform voor atmosferische parameters. De gegevens worden door de weerman bewerkt en geïnterpreteerd met behulp van modellen waaruit de weersverwachting kan worden afgeleid. In dit voorbeeld zijn vier onderdelen te onderscheiden: 1gegevensregistratie 2. gegevensbewerking 3. gegevensinterpretatie 4. gegevenspresentatie satellietbeelden; verwerkingstechnieken; toepassing van weermodellen; weersverwachting. Definitie Als we nu komen tot een definitie van remote sensing, dan spelen deze vier onderdelen een belangrijke rol. Drie voorbeelden van definities: Bunnik [1 Onder teledetectie of remote sensing-technieken verstaat men het gebruik van opnamesystemen die op afstand de door het aardoppervlak gereflecteerde, elektromagnetische straling registre ren. Naast deze opnamesystemen vormen gegevensopslag- en gegevensverwerkingssystemen een tweede belangrijk onderdeel om uit de opgenomen gegevens de voor de verschillende toepassingen gevraagde informatie af te leiden. De Manual of Remote Sensing [2] beschrijft het als volgt: „Remote sensing is the acquisition of information about an object without physical contact" (remote sensing betreft het verkrijgen van informa tie over objecten zonder fysiek contact met deze objecten). Zelf neig ik, zoals het een goede leerling betaamt, naar een aan gepaste definitie van Lemmens [3]: Remote sensing is gegevens- inwinning vanuit vliegtuigen of satellieten over aarde-gebonden objecten met behulp van gereflecteerde, elektromagnetische stra ling. De gegevensinwinning behelst hier de al eerder genoemde onderdelen: registratie, bewerking, interpretatie en presentatie. Het is mijn persoonlijke mening dat de landmeetkundige, met name bij de bewerking, interpretatie en presentatie van gegevens, een grote rol kan gaan spelen. In het kort worden alle vier de onderdelen behandeld, waarbij vooral wordt ingegaan op de zogenaamde „optische" remote sensing. Elektromagnetische straling kan afkomstig zijn van een externe licht bron, bijvoorbeeld de zon. Elektromagnetische straling kan ook worden uitgezonden door bijvoorbeeld radar. Optische remote sensing betreft reflecterende, elektromagnetische straling afkomstig van de zon in het golflengtegebied van 400 nm tot 2500 nm, het zichtbare en infrarode gedeelte van het spectrum. Registratie De bestaande optische remote sensing-opnamesystemen kunnen worden onderscheiden naar werkingsprincipe, te weten: a. mechanische aftastsystemen of scanners; b. opto-elektronische aftastsystemen; c. beeldvormende spectrometers; c. fotografische systemen. De laatste produceert analoge beelden. De eerste drie produceren digitale beelden. Bij de mechanische scanners ontstaat een afbeelding van het aard oppervlak door middel van een oscillerende of roterende spiegel geplaatst voor de optiek van het systeem. De opto-elektronische scanners zijn gebaseerd op lineaire „Charge Coupled Device detec tor arrays" (CCD-arrays), die geplaatst zijn in het brandvlak van de camera. Door het invallende licht worden elektronen vrijgemaakt. Deze worden omgezet naar een analoog signaal: spanning. Ver volgens wordt dit signaal gedigitaliseerd en weggeschreven naar een magneetband met hoge dichtheid („High Density Digital Tape"). Bij de beeldvormende spectrometers worden zowel lineaire een dimensionale als tweedimensionale CCD-arrays gebruikt. Het prin cipe is verder gelijk aan dat van de opto-elektronische scanners. De fotografische systemen spreken voor zich. Voorbeelden van mechanische scanners zijn: Landsat TM (Thematic Mapper) of MSS (Multi Spectral Scanner), opererend vanuit de Landsat-satelliet. Landsat TM heeft zeven spectrale banden, zes met een geometrische resolutie van 30 x 30 m en één met een geometrische resolutie van 120 x 120 m. Lezing gehouden op 12 oktober 1989 te Utrecht tijdens het 15e NGL congres. Fig. 1. CAESAR-opname, na geometrische correctie, van het natuur gebied ,,De Weerribben" in Overijssel. NGT GEODESIA 90 - 1

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1990 | | pagina 9