u u u n n n u u u n n n verbijzonde ring bebouwd gebied BEBOUWINGS beeld ACHTERERVEN BINNENTERREINEN BEBOUWINGS - STRAATBEELD algemene voorstel ling perio diciteit glijdend te,i,r vast 2 par af te beelden op d< GBKN kanten van verhardingen waterpartijen aaneengesloten hoofd bebouwing en daartussenge- legen opstallen GBKN - extra •bomen, riool put ten, kolken gazon - en begroeiingsvak- ken los van de hoofd bebouwing staan de opstallen paden rasters - schuttingen rioolputlen Fig. 2. Een blad uit het bijhoudingsregister. De nummers verwijzen naar via allerlei ver gunningen gesignaleerde veranderingen in de basiskaarten (zie fig. 3). Per registerbiad worden acht basiskaarten 1 500 bestre ken. Fig. 1. Geschematiseerde voorsteliing van het weer te geven straat- en bebouwingsbeeld op de GBKN van Zaanstad met als hoofd beginsel dat horizontaal gekozen is voor één bijhoudingsperiodici- teit: glijdend of vasl. riode, zo leert de ervaring, moeten de (steeds wisselende) gebruikers eraan wennen dat de ene verandering op kor te termijn en de andere op langere termijn op het kaart- blad verschijnt. Met een glijdende bijhouding wordt dat tijdsverschil af gevlakt. Als daartoe aanleiding is, kan ver nieuwing van gebieden ook van toe passing zijn. Momenteel zit Zaan stad nog in een overgangsperiode, omdat de vervaardigingscapaciteit nog een deel van de bijhoudings- capaciteit opslokt. De bijhoudingscy- clus is daarom voorlopig nog twee jaar voor alle categorieën. De gebruikers willen, wat kan men anders verwachten, een actueel pro- dukt waarin de meest belangrijke mutaties (realisering van woning bouwplannen, uitvoering van civiele en waterbouwkundige werken, inclu sief de infrastructuur) zijn opgeno men. In fig. 2 en 3 is te zien hoe de registratie van veranderingen in de topografie plaatsvindt. De meeste van die veranderingen kan de ge meente signaleren, omdat er allerlei vergunningen voor moeten worden afgegeven. Anders is het gemis aan dergelijke veranderingen de eerste teleurstelling die gebruikers te ver werken krijgen. Gewapend met de administratieve registratie van de mutaties (nu nog handmatig, straks geautomatiseerd) in een register kan de bijhouding van start gaan. Dat geschiedt overeen komstig de regeling in samenwer king met het Kadaster. De volgende handelingen vinden plaats: door gemeente en Kadaster wordt nagegaan welke veranderingen in de GBKN-bijhouding vallen en welke in de -bijhouding, zodat later tijdens het verwerken van de bijhouding het onderscheid goed zichtbaar blijft. Aan de hand van schattingen wordt bekeken wel ke hoeveelheid mutaties de gemeente mag bijhouden, uitgaande van haar bijhoudingsaandeel van 36,81%. Dat betekent, dat een gemeentelijke meetploeg in het terrein haar werk op ongeveer een derde van het ge bied moet afbreken en dat het Kadaster het resteren de gedeelte dan voor zijn rekening neemt; de gemeentelijke meetploeg keert terug om de +- topografie te meten van twee derde gedeelte van het gebied, dat niet door het Kadaster werd ingewonnen; uiteindelijk worden de werkelijke kosten berekend, zo dat het meer- of minderwerk kan worden verrekend. Een dwaze situatie, die te vergelijken is met het door een aannemer X in de steigers zetten van een gebouw om de bovenste twee verdiepingen te schilderen. Vervolgens komt een halfjaar later aannemer Y ook weer steigers op bouwen om de rest van de verdiepingen in de verf te zet- BLADNR. 116 494 STRATENPLAN ZAANSTAD M0ZART5T GEMEENTE PR MENDR1KR.ANTSCEN heemskercxstraat UITGAVE 1987 DIENST STADSONTWIKKELING 1 OPENBARE WERKEN AFDELING LANDMETEN SCHAAL 1 5000 NGT GEODESIA 90 - 3 117

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1990 | | pagina 5