r g J Automatisering in Nijmegen, een gestructureerde aanpak*) Inleiding het voordeel van de gekoppelde theodolietmethode is, dat van de aangemeten punten on-line objectcoör dinaten kunnen worden berekend. Uit het oogpunt van betrouwbaarheid is het meten vanuit twee stand plaatsen niet voldoende. Drie of vier standplaatsen zijn noodzakelijk. Een nadeel van deze methode is, dat de gewenste theodolietopstellingen niet altijd kunnen worden gerealiseerd (bijvoorbeeld boven het object). Bovendien is een zeer nauwkeurig referentie stelsel van punten noodzakelijk, dat door tempera- tuursinvloeden niet mag worden vervormd of door obstakels onzichtbaar mag zijn; nadelen van de fotogrammetrie zijn het dure meet instrumentarium en dat het geen real-time systeem is. Een voordeel is dat het systeem een archiverende functie heeft. Dit is vooral belangrijk bij verzekerings kwesties. Tevens is het mogelijk op een later tijdstip extra metingen te verrichten. Voorts kan de meting zo worden ingericht (retrotargets), dat de objectvormen niet zichtbaar zijn op de gemaakte foto's. Dit is vooral belangrijk in verband met geheimhouding. Bovendien kan bij toepassing van fotogrammetrie de meting ge automatiseerd verlopen met behulp van correlatie technieken. Een voorbeeld van zo'n systeem wordt beschreven in [1]; de resultaten van de fotogrammetrische proefmeting wijzen uit dat: 1de gemiddelde precisie van de met fotogrammetrie verkregen coördinaten, waaruit de rondheid van een onderzeebootsectie wordt afgeleid, 0,5 mm be draagt. De maximale en minimale puntprecisie be dragen respectievelijk 0,9 mm en 0,2 mm; 2. de stralen van de cirkels die de rondheid van een onderzeebootsectie beschrijven, worden bepaald met een precisie van 0,2 mm; 3. de met de fotogrammetrie bepaalde rondheidsaf wijkingen goed overeenstemmen met de rond heidsafwijkingen zoals bepaald met de door de RDM gehanteerde draaiarmmethode; 4. het gebruik van retrotargets te prefereren is boven het gebruik van normale, niet-reflecterende signa len. Hierdoor wordt geheimhouding gewaarborgd en is een omslachtige objectbelichting overbodig; 5. de fotogrammetrie bij rondheidsmetingen kan con curreren met conventionele methoden. Literatuur 1. Fraser, C. S. en D. C. Brown, Industrial Photogrammetry: New developments and recent applications. Photogrammetric Re cord, oktober 1986. 2. Kweekei, P. en G. H. Nijenhuis, Het gebruik van fotogramme trische vormbepaling tijdens de bouw van onderzeeboten bij de RDM. Afstudeerscriptie Technische Universiteit Delft, Faculteit der Geodesie, augustus 1988. 3. Kruck, E., Bingo, bundle block adjustment program. Seminar on Photogrammetric Mapping from SPOT imagery, Hannover, sep tember 1987. 4. Claus, M., Experience with Indusurf in 3D measurements of industrial surfaces. ISPRS 1988, Kyoto. 5. Heieva, U. V., Digital Comparator Correlator System (DCCS). ISPRS Journal of Photogrammetry and Remote Sensing, 1989, Vol. 44, p. 37 - 47. door irtg. M. P. J. van de Ven, chef Beheer Topografische Informatie van de afdeling Landmeten en projectleider van het project Digitale Kaartvervaardiging in de gemeente Nijmegen. SUMMARY Automation in Nijmegen, a structured approach This article describes the process of development and introduction of a geographical information system for the department of Surveying of the city of Nijmegen. The development is based on structural analysis of data and information processing, entity and attribute relationships and information modelling. The main reason for this approach stems from several aspects of project management and contrail. Doelstelling van dit artikel is de lezer een inzicht te geven in het ontwikkelingstraject van het project Digitale Kaart vervaardiging, waarbij met name aandacht wordt besteed aan het rapport Detailontwerp. De nadruk zal daarbij worden gelegd op een aantal concrete succesfactoren in de vorm van conclusies. Omdat iedere organisatie specifieke kenmerken heeft in de zin van onder andere personele bezetting, financiële middelen, kennisniveau en dienstverlening (fig. 1), zal het niet mogelijk zijn deze aanpak daarin zonder meer toe te passen. Niettemin zal een aantal handvatten worden aan gereikt, die na grondige analyse van de eigen organisatie een stap in de goede richting kunnen betekenen. Uitwerking van een lezing, gehouden tijdens het regionale AM/FM-symposium in maart 1989 te 's-Gravenhage. De analoog/digitaal-conversie van informatie zal even eens aan de orde komen, omdat er een nauwe relatie bestaat met de bouw van een topografisch informatie systeem. Onderwerpen als organisatie en projectmana gement zullen in dit artikel niet worden behandeld. De projectnaam Digitale Kaartvervaardiging zal hierna worden vervangen door de naam Automated Mapping (AM), omdat de strekking duidelijker aangeeft wat wordt bedoeld en deze terminologie ook internationaal wordt gebruikt. Het AM-project Nijmegen betreft het onderzoek naar de mogelijkheden van automatiseren van een aantal proces sen c.q. activiteiten binnen de afdeling Landmeten, die in dit kader moet worden gezien als een dienstverlenende organisatie. Daarbij wordt het accent met betrekking tot het AM-project gelegd op het beheer van analoge en digi tale topografische informatie en het leveren van „kaart"- 168 NGT GEODESIA 90 - 4

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1990 | | pagina 8