verschijningsvorm en het reliëf van het aardoppervlak. Tot op heden wordt deze taak gerealiseerd door op ana loge wijze per deelstaat een systematisch en oppervlakte dekkend basiskaartarchief bij te houden in de schalen 1 5 000, 1 25 000, 1 50 000, 1 100 000, 1 200 000, 1 500 000 en 1 1 000 000. In totaal betreft het onge veer 60 000 basiskaartbladen. Door de verschillende vraagstellingen en deels nieuwe informatiebehoefte blijken de huidige analoge voorzie ningen niet te voldoen. De mogelijkheden van geautoma tiseerde gegevensverwerking en de problemen bij de uit wisseling van digitale informatie versterken dit aspect. Typische toepassingsgebieden die in toenemende mate ook digitale terrein- en landschapsgegevens vragen, zijn bijvoorbeeld de verwerking van digitale terreinmodellen, de simulatie en optimalisering in het kader van ruimtelijke planning, auto- en vliegtuignavigatie, basistopografie voor leiding- en distributie-informatiesystemen, planning van infrastructuur, alle vormen van managementonder steuning en wellicht ten overvloede de automatische kaartvervaardiging. Om in de nabije toekomst tegemoet te kunnen komen aan bovengenoemde randvoorwaarden, met betrekking tot digitale topografische informatie en digitale kartografi sche presentatievormen, hebben de verschillende LVA's gezamenlijk besloten het digitaal Ambtelijk Topografisch/ Kartografisch Informatiesysteem ATKIS te bouwen. Digitaal Landschaps Model (DLM) Om een digitaal landschapsmodel te vormen, wordt het landschap gestructureerd door het op te splitsen in ver schillende bouwstenen ofwel landschapsobjecten. De objecten die tijdens de gegevensinwinning worden gege neraliseerd tot punt-, lijn- en vlakobjecten, bevatten geo metrische (ligging en vorm) en thematische (eigenschap pen van objecten) gegevens. Het totaal van verzamelde objecten vormt het digitaal landschapsmodel (DLM), wat in vectorstructuur wordt beschreven in de DLM-gege- vensbank. Als gevolg van het heuvelachtige landschap en de specifieke functie van het landschap in de toe passingen, wordt het reliëf van het aardoppervlak be schreven en vastgelegd in een driedimensionaal digitaal terreinmodel (DGM). Het DGM vormt hierbij een afgeleide van het tweedimensionaal digitaal situatiemodel (DSM), waarin de geometrische gegevens en de geclassificeerde objecten zijn opgeslagen. Ten behoeve van de structurering van het landschap, en meer nog voor de modellering van het DLM, is een catalo gus opgesteld van de landschapsobjecten (ATKIS-OK). Deze bevat ongeveer 200 objecten waarvan per object identificatiekenmerken, logische regels voor het defini ëren van (deel)objecten, objecttype, toegestane attri buten en attribuutwaarden en mogelijke topologische relaties (bijvoorbeeld ,,valt in" en „gaat over") zijn vast gelegd (fig. 2). Inhoud van het informatiesysteem Principiële uitgangspunten van het informatiesysteem zijn gebaseerd op de modeltheorie en weergegeven in fig. 1Daarnaast vormt het werkelijke landschap met haar objecten het zogenaamde origineel. Tijdens het topogra fische modelleringsproces ontstaat een primair digitaal landschapsmodel (DLM). Dit model wordt als uitgangs punt gebruikt voor een kartografisch modelleringsproces, hetgeen moet leiden tot een digitaal kartografisch model (DKM). Beheerders en gebruikers van digitale topogra fische informatie kunnen beide modellen benaderen. Zij kunnen deze informatie gebruiken voor digitale verwer king in verschillende toepassingsgebieden en voor het vervaardigen van een kartografisch produkt. Op deze manier ontstaan binnen de toepassingsgebieden, door koppeling van specifieke attributen met attributen uit het primaire topografische model, tertiaire modellen. Uitgaande van deze basisfilosofie wordt de ATKIS- gegevensbank, als kern van het informatiesysteem, op gebouwd uit twee basiscomponenten: de DLM-gegevens- bank voor het digitale landschapsmodel en de DKM- gegevensbank voor het digitale kartografische model. No. Objectklasse No. Objectgroep 3000 Verkeer 3100 Wegverkeer No. Objecttype 3101 Straat Algemene gegevens definitie inwinningscriteria geometrische typering (punt, lijn, vlak) modelleringsregels naam Attributen beheerder (WDM) breedte (BDF) Referentie inclusie („behoort tot", „bestaat uit") topologische referenties Fig. 2. Objectcatalogus (ATKIS-OK). topografische opname generaliseren objectvorming landschap origineel secundair model tertiair model 1 tertiair model 2 gebruik- en beheergegeven topografisch landschapsmodel primair model kartografisch landschapsmodel secundair model kartografische vormgeving generaliseren signatuurkoppeling Fig. 1. Modellering van het landschap. Het digitaal landschapsmo del is, in tegenstelling tot een kaart, niet herkenbaar door de schaal, maar door de detaillering van de in houd (landschapsstructure ring) en de nauwkeurigheid van de geometrische lig- gingsgegevens van objec ten. Om bij de opbouw van de DLM-gegevensbank te gemoet te komen aan de grootste informatiebehoefte en vanwege de efficiency bij NGT GEODESIA 90 - 5 207

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1990 | | pagina 7