mini-serie De Topografische Dienst [*1] T75 jaar leverancier van topografische informatie Historie Het gescande origineel op het beeldscherm Arbeidsomstandigheden door ir. J. van der Linde, adjunct-directeur van de Topografische Dienst te Emmen. SUMMARY The Topografische Dienst, 175 years supplier of topographical information An introduction to a number of articles in this magazine and in the Kartografisch Tijdschrift is given. After a retrospective view some future perspectives are sketched. In 1815 werd het dienstvak van de Militaire Verkenningen opgericht, dat later de voorloper van de Topografische Dienst zou blijken te zijn. De officieren van de Generale Staf die bij de Militaire Verkenningen waren ingedeeld, moesten in vredestijd informatie over het terrein verzame len. De ingewonnen, veelal statistische informatie werd weergegeven in rapporten die voorzien werden van kaar ten. Deze kaarten werden al snel van bijzaak tot hoofd zaak, hoewel het produceren van kaarten de taak van het Topographisch Bureau van de Genie was. Na een jaren lange ambtelijke strijd tussen deze twee afdelingen die zich beide wensten bezig te houden met de kaartvervaar diging, kwam de Militaire Verkenningen als overwinnaar te voorschijn. Daar het Topographisch Bureau nog eerder Fig. 1. Illustratie bij personeelsadvertentie voor de technisch karto- graaf van de toekomst bij de Topografische Dienst. werd opgericht, is de exacte datum van het begin van de officiële kartering van Nederland nog voor discussie vat baar, maar zeker is dat vijfentwintig jaar geleden het 150-jarig jubileum is gevierd. Voor de Topografische Dienst reden genoeg om dit strijdlustig begin nu, in 1990, te vieren met een reeks activiteiten die de topografische kartering in beweging zal houden. Reeds in 1825 zijn andere overheden medegebruikers van de door de Militaire Verkenningen verzamelde infor matie. De Topographische en Militaire Kaart, uitgegeven rond 1850, was ook direct voor het publiek verkrijgbaar. De beschikbare informatie had dus van het begin af aan een nationale functie voor de overheid, maar ook voor het bedrijfsleven. Aan deze nationale taak van de Topogra fische Dienst is door de jaren heen weinig veranderd. De manier waarop de informatie wordt verzameld en hoe er vorm aan wordt gegeven, is wel degelijk veranderd, zowel met gevolgen voor de arbeidsomstandigheden als voor het eindprodukt. De topograaf van toen was een stafofficier, die het uit drukkelijk verboden was in het huwelijk te treden, zodat hij zonder huwelijkse verplichtingen het land kon door trekken. De huidige verkenner moet het doen zonder statusverhogend uniform, maar hij kan nu aanspraak maken op halve dagen ouderschapsverlof, mits hij kinde ren heeft uit een rechtmatig huwelijk. Als hij dan 's och tends de inhoud van de luiers heeft verkend, zal er 's mid dags vervangend werk moeten worden gezocht, daar halve dagen verkennen ver van huis nu eenmaal niet mogelijk is. Het overgrote deel van het personeel is in een leeftijds fase gekomen, waar jonge kinderen niet ongebruikelijk zijn. Toen de Dienst in 1984 in het kader van de spreiding van de rijksdiensten werd overgeplaatst van Delft naar Emmen, gaven de meeste oudere werknemers er de voorkeur aan in het westen te blijven, waardoor de ge middelde leeftijd met één klap vijftien jaar daalde. Hier mee viel een stuk ervaring weg, maar anderzijds zijn daar jonge werknemers voor teruggekomen, die de wil en de bereidheid bezitten om met moderne technieken een 306 NGT GEODESIA 90 - 7/8

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1990 | | pagina 2