312 aanmerking komen werkzaamheden met een geodetisch- juridisch karakter. Genoemd worden daar onder meer: aanwijzing en opmeting van rechtsgrenzen; uitzetting en aanwijzing van grenzen in het terrein; grensonderzoek bij aanwas, vernieuwing en verkave ling; aanwijzing van kavelgrenzen bij landinrichting. Verzelfstandiging Een en ander betekent uiteraard allerminst, dat er toch niet een verdere mate van verzelfstandiging van het Kadaster mogelijk zou kunnen zijn dan tot nu toe via de Kadasterwet is gerealiseerd. Mij is bekend dat naar die mogelijkheden thans door de directie een oriënterend onderzoek wordt ingesteld met steun van de Vakgroep Bestuursrecht en Bestuurskunde van de RU Groningen onder leiding van prof. mr. M. Scheltema. Men is daar op de goede plaats, want Scheltema is de man van de zelf standige bestuursorganen [5], Een begrip dat hij zo ruim opvat, dat daaronder ook publiekrechtelijke instellingen kunnen vallen met eigen wettelijke taak, personeel, bestuur en soms ook rechtspersoonlijkheid. Het verschil met een openbaar lichaam is dan alleen nog, dat bij het laatste ook sprake is van een gemeenschap van perso nen over wie het bestuur wordt gevoerd, en dat die ge meenschap vatbaar is voor democratisering3). Bij het Kadaster is dat niet het geval, want het gaat hier niet over het eigen personeel, maar over een externe gemeen schap van personen, zoals bijvoorbeeld een waterschap als functioneel openbaar lichaam die wèl heeft. Dat zijn daar de ingelanden. Het Kadaster heeft geen ingelanden, doch registreert ze alleen. Zelfbeheer Doel van een verdergaande publiekrechtelijke vorm van verzelfstandiging niet te verwarren dus met de privati sering kan zijn het Kadaster als overheidsinstelling meer mogelijkheden van zelfbeheer te bieden en minder afhankelijk te maken van departementale bemoeienis. Per slot van rekening zijn de wettelijke taken die het Kadaster als rijksdienst heeft, niet aan de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer opgedragen. Voor zover zij een uitvoerend karakter dragen, kunnen zij verder worden verzelfstandigd. Nu al hebben volgens de Kadasterwet rechtbank en Hoge Raad in hun hoedanigheid van administratieve rechter via de bezwaar- en beroepsprocedure van de artikelen 60 - 62 het laatste woord over de bijhouding en vernieuwing van de kadastrale registratie en kaarten. Ook kan een bedrijfsmatige opzet van het management binnen de sfeer van een klantgerichte overheidsinstelling als het Kadaster beslist geen kwaad. Integendeel, in dat opzicht is er al veel ten goede veranderd en zijn de voornemens ook voor de toekomst schoon, mede blijkens de genoem de brochure. Beleid Men moet echter wel bedenken, dat zelfs de weg naar de hel met goede voornemens geplaveid schijnt te zijn. Daarom is het oppassen geblazen, zeker waar het gaat 3) Over de kenmerken van openbare lichamen zie men verder Bestuursrecht in de sociale rechtsstaat, deel 1, p. 117 e.v. 4) Zie met name de Nota naar aanleiding van het Eindverslag en Handelingen UCV 65 en 66 van 8 en 9 juni 1988. om het vastgoedinformatiebe/e/d. Immers het verzelfstan digen van publiekrechtelijke instellingen en organen moge mede dienen ter inperking van een ministeriële ver antwoordelijkheid die voor uitvoerende taken toch nooit geheel kan worden waargemaakt. Voor de beleidsbepa- ling ligt het totaal anders. Dat kon men bijzonder goed zien bij de behandeling van de Kadasterwet in de Tweede Kamer. Het ging daarbij immers vooral om twee dingen, namelijk de mogelijke nieuwe taken die ik in een voor dracht voor het 14e NGL-congres had genoemd [6] en in verband daarmee de verhouding tussen rijks- en ge meentekadaster4). Ik zal op die nieuwe taken registra tie van de publiekrechtelijke rechtstoestand, gebruiks- registratie en registratie van fiscale waarden nu ander maal ingaan. Enerzijds, omdat zij in hoge mate de toe komstige plaats van het rijkskadaster bij de vastgoed informatie mede zullen bepalen en anderzijds, omdat de verdere ontwikkeling van het gemeentekadaster er al evenzeer van afhankelijk is. Behandeling Achtereenvolgens zullen de volgende onderwerpen aan de orde komen: verhouding tussen rijks- en gemeentekadaster; registratie van de publiekrechtelijke rechtstoestand; gebruiksregistratie; registratie van fiscale waarden. Op alle vier fronten zijn belangrijke ontwikkelingen gaan de. Ontwikkelingen die sinds de parlementaire behande ling van de Kadasterwet zelfs nog in de versnelling zijn geraakt. Het verhaal wordt besloten met een pleidooi andermaal voor een wettelijke regeling van het gemeentekadaster. 2. Verhouding tussen rijks- en gemeente kadaster Gemiste kans Het valt te betreuren dat Minister Nijpels de hem destijds op een presenteerblaadje aangeboden kans om in de Kadasterwet ook de positie van het voor de uitvoering van nieuwe taken zo belangrijke gemeentekadaster te regelen, niet met beide handen heeft aangegrepen. Als medestander van de CDA-woordvoerder Van de Camp had ik over een desbetreffend amendement volledige overeenstemming bereikt met de VNG. De minister ech ter deed zich in de Nota naar aanleiding van het Eind verslag en ook in de mondelinge behandeling [7] decen- traler voor dan deze vereniging, en wel door te stellen dat Gemeentekadaster slechts impliciet erkend. NGT GEODESIA 90 - 7/8

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1990 | | pagina 8